“Je uitleven op een feest getuigt van respect!”

© Pieter Clicteur
Nancy Boerjan

Martine Jonckheere overleefde een moeilijke jeugd, borstkanker, het verlies van haar zus, een spraakmakend ontslag als actrice en een hoop venijnige commentaren. “Ik wou dat mensen eens wat vaker keken naar mij als mens, in plaats van naar wie ze dénken dat ik ben. Als ik feest, dan doe ik dat met overtuiging, maar moet ik daarom op elk vlak als losbol weggezet worden?”

“Feest? Geef mij een glas champagne en het is al feest voor mij!” Martine Jonckheere lacht uitbundig, maar voelt zich een tel later al geroepen om het beeld dat ze daarmee oproept te nuanceren: “Denk nu niet meteen… Gewoon, ik hou van een aperitiefje – terwijl ik aan het kokkerellen ben, of als ik voor het eten nog even in de zon zit – en dan heb ik nog het liefst een glaasje champagne. Niét om de sjieke madam uit te hangen, het hoeft ook echt geen dure te zijn en met één fles doe ik drie dagen, maar champagne vind ik gewoon zó lekker. Het is dat ik mijn feestgevoel niet beter kan omschrijven dan met zo’n moment: even pauze, met een lekker glaasje. “

En ze wordt nog ernstiger: “Champagne brengt me bovendien weer even dicht bij mijn zus Carmen. Ze overleed in 1992 aan kanker, en het enige wat ze na weer eens een chemokuur nog wilde, was een glas champagne. Champagne dus, ter ere van haar!” En ook nog: “Er zijn ook goeie cava’s natuurlijk, daar niet van.”

© Pieter Clicteur

Ze kijkt me aan van achter haar glas in het restaurant waar we hebben afgesproken, in het kasteeldomein van Rumbeke. Het park was het eerste wat haar in gedachten kwam bij de vraag welke plek in West-Vlaanderen bij haar feestelijke herinneringen oproept. “Ik herinner me dat ik hier met mijn ouders kwam wandelen, toen alles nog goed was tussen hen. En dan liep ik tussen hen in en gooiden ze me samen de lucht in. Of we speelden verstoppertje tussen de bomen. Die herinneringen koester ik. Die momenten waren echt waar een feest voor mij.”

Maar heb ik met jou een fuifnummer beet?

“Ik ben nooit een fuifnummer geweest, maar iedereen lijkt dat te denken. Ik draag dat imago mee, en op zich vind ik daar ook niks verkeerd aan, maar het klopt echt niet. Ik ging als jong meisje nooit naar dancings, ik heb een hekel aan dat gebonk. Met Filip ging ik graag naar bruine kroegen, waar we zijn collega-muzikanten ontmoetten. Ik hield van Franse chansons en van de joie de vivre die daarmee samen gaat. En ja, áls we dan naar feestjes gingen – en nog altijd – dan sta ik er inderdaad vanaf het eerste moment. Dan maak ik er iets van! (lacht) Haren los, schoenen uit en de dansvloer op! Dan kan niks me nog schelen, ik leef me uit. En wat anderen daar van vinden, interesseert me niet. Ik vermoed dat ik daar dat imago aan te danken heb…”

“Ik ben nooit een fuifnummer geweest, maar iedereen lijkt dat te denken. Maar als we naar feestjes gaan, dan sta ik er vanaf het eerste moment.”© Pieter Clicteur

“Dat ik vrij dansen zo fantastisch vind, heb ik trouwens nog beter beseft na mijn deelname aan Sterren op de dansvloer. Plots moest ik daar dansen in een korset, in een strak geregisseerde choreografie, en dat viel me moeilijk. Daar kwam dan nog de stress van het live dansen bij! Ik heb het er goed vanaf gebracht maar op het moment zelf bestierf ik het.”

Je houdt er niet van als je vrijheid wordt beperkt?

“Dat klopt. Ik heb veel geleerd uit dat dansavontuur, maar van nature improviseer ik liever. Ik laat een personage graag groeien vanuit mezelf. Dan wordt acteren meer dan zomaar een rolletje spelen. Bij Familie kon dat ook wel, ik mocht Marie-Rose van bij het begin spelen zoals ze als het ware uit mijzelf groeide. Ik mocht haar zinnen zeggen zoals ik die het best uit mijn mond kreeg. Maar de jongste jaren was dat moeilijker geworden. Alles moet sneller, de tijden veranderen.”

© Pieter Clicteur

En toch neem je, nadat je drie jaar geleden werd ontslagen, nu opnieuw diezelfde rol op?

“Ja, en ik heb er opnieuw zin in. Ik ben ontgoocheld en kwaad geweest, maar ik heb ook afstand kunnen nemen. Ik zie mezelf nu eerder als een toerist op de set. Ik ga mijn ding doen, want ik acteer graag en ik moet opnieuw geld verdienen. Maar ik ga mij niet meer elk probleem aantrekken, mijn mening wat meer voor mezelf houden en me minder emotioneel opstellen. Intussen staan er ook nieuwe mensen aan de leiding, dus heb ik er vertrouwen in dat we met een schone lei kunnen herbeginnen.”

Er is geen plaats voor verbittering?

“Neen, ik weiger simpelweg om verbitterd te worden. In een interview met Natalia – die er ook even door heeft gezeten – las ik: ‘Ik ben een aap, en apen klimmen altijd weer uit hun put‘. Toen dacht ik ‘Yes! Ik ben ook een aap! En hoe diep die put ook was, nu klim ik weer de bomen in!” (lacht)

“Een enorm budget om te feesten? Ik ga daar liever mee op wereldreis”

“Waar die veerkracht vandaan komt weet ik weet zelf niet goed. Destijds is mijn moeder met haar twee dochters gevlucht uit Roeselare, weg van mijn vader van wie ze gescheiden was, met het weinige dat we nog hadden. Ik was twaalf, en moeder drukte ons op het hart dat we, hoe slecht het ook met ons ging, één iets nooit mochten verliezen: onze trots. Ik heb dat altijd in gedachten gehouden. Niet dat het me altijd gelukt is, ik ben ook maar een mens, en toch…”

© Pieter Clicteur

Aan welk feest bewaar je fijne herinneringen?

“Het feestje dat ik als verrassing voor Filips 60ste verjaardag organiseerde. Omdat hij er zo overdonderd door was. Maar ook omdat de organisatie ervan me goed heeft gedaan. Ik zou de avond van mijn ontslag in het feestzaaltje gaan bespreken hoe we het zouden aanpakken. Maar ik zat zo hard te huilen in mijn auto dat ik de afrit drie keer miste… Ik heb me de weken daarna wel op dat feest gegooid, elke tafel gaf ik een thema en ik zorgde voor de versiering ervan. Het moest feeëriek worden, onvergetelijk! Dat heb ik allemaal voor Filip gedaan, maar ook voor mezelf.”

Filip en jij zijn getrouwd. Ging daar een feest mee samen?

“Ons trouwfeest was een heel bizarre gebeurtenis. Bizar en niet gepland… Zowel mijn zus als ik hadden altijd beweerd dat we nooit zouden trouwen. Tot mijn zus zwanger werd en omwille van het kind besloot om het toch te doen. In diezelfde periode moest Filip geopereerd worden, maar als muzikant had hij geen ziekteverzekering. Op die van mij kon hij geen beroep doen omdat we niet getrouwd waren, dus dat vond ik zo erg dat ik in een furie besloot dat we tegelijk met mijn zus zouden trouwen. Ik heb hem min of meer naar het stadhuis gesleept en daar alles geregeld. Met als resultaat dat ik gelukkig was en hij ongelukkig…”

“Met Filip wil ik oud worden, zo’n koppel dat elkaar verstaat zonder woorden”

“De dag nadien hebben we allebei eens goed nagedacht, en toen kwam hij tot de conclusie dat hij het echt wél wilde, terwijl ik intussen vond dat het niet meer hoefde! Filip besloot dat het hem eigenlijk om het even was, als we maar samen gelukkig verder konden leven. En met die zin wist ik het plots héél zeker: ik wilde met hem trouwen.”

© Pieter Clicteur

“Ik ben dus op dezelfde dag getrouwd als mijn zus. We hadden allebei niet veel geld. Onze jurken heb ik zelf gemaakt van zijde die ik op reis had gekocht, zalmroze voor haar en turquoise voor mij, en we zijn daarna op café geweest om een feestje te vieren. Ik snap overigens niet goed hoe mensen enorme bedragen kunnen uitgeven aan zoiets als een enorm trouwfeest voor honderden genodigden. Als ik ooit over zo’n groot budget zou beschikken, dan ging ik ermee op wereldreis!”

Jullie zijn intussen 38 jaar samen. Is Filip jouw prins op het witte paard?

“Goh neen! Geen prins, dat klinkt me te utopisch. (lacht) Ik noem hem mijn rots in de branding. Meer nog dan als vriend of man, zie ik hem bovenal als een goeie mens. En dat is ook wat me aantrekt in hem. Hij heeft een heel mooi hart en is doodeerlijk, eigenschappen die in onze maatschappij helaas al te dikwijls afgestraft worden. Maar ik blijf erbij: we zijn het aan onszelf verplicht te zijn wie we zijn. Filip kan dat, en ik probeer het… We hebben elkaar ook altijd de vrijheid gegeven om onszelf te zijn en ons eigen leven te leiden naast dat van ons samen. We kennen elkaars goeie kanten, hebben elkaars mindere kanten aanvaard, en het is goed zo. We genieten van elkaar. Als hij ‘s morgens in de tuin een nieuwe bloem ontdekt, komt hij me halen om me die te tonen. En dan is hij zo trots, en ik zo ontroerd… (veegt een traan weg) Er zijn koppels die samen zwijgend oud worden omdat ze elkaar niks meer te vertellen hebben. Maar er zijn er ook die zwijgen omdat ze elkaar gewoon zonder woorden verstaan. Daarin wil ik onszelf herkennen.”

© Pieter Clicteur

Correct me if I’m wrong, maar jij dirkt je vast graag op voor een feest?

“Ik maak me graag mooi, ja. En ik kleed me zeker voor een feestje graag een beetje glamourous. Daar geniet ik van, maar ik vind het ook niet meer dan een vorm van respect voor degene die je uitnodigt. Ik heb moeite met mensen die als hen gevraagd wordt om zich voor een feestje in een bepaald thema te kleden, of in het wit of roze, dat die dan in het grijs komen opdagen. Als iemand je zoiets vraagt, doe dan een inspanning!”

Je houdt van mooie kledij, maakte zelf je trouwjurk… Was acteren destijds je eerste keuze?

“Ik heb getwijfeld, tussen acteren en mode ontwerpen. Ik ging mee in de flow van mijn oudere zus die al in de acteurswereld zat, en ik wist dat mode studeren een flink budget vereist om alleen nog maar je eigen collectie te kunnen maken. Dat geld had ik niet. Het is acteren geworden, maar mode zou me inderdaad ook een leven lang geboeid hebben. Zeker de theatrale mode, zoals die van John Galliano: fantastisch! Ik kan er heel erg van genieten om in een winkel aan luxueuze stoffen te voelen, alleen al daarom snap ik niet hoe mensen online kleren kunnen kopen. Je moet die toch aanraken, passen… Maar goed, ik zal wel ouderwets zijn zeker?” (lacht)

© Pieter Clicteur

Koester je nog een droom?

“Een wereldreis! Maar daar zal het niet meer van komen allicht. En Matthew Bellamy ontmoeten! Filip en ik zijn ongelooflijk grote fans van de muziek van Muse. Wie weet? Dat zou mooi zijn, maar het is ook niet iets wat koste wat kost moet. Leren verlangen naar iets maakt het uiteindelijke krijgen des te mooier. Jonge mensen kunnen dat niet meer, ze willen alles meteen. Ja, ik denk toch dat ik wreed ouderwets ben.”

Wijsheid uit een theezakje…

Marie-Rose is sinds …. terug in Familie! En met haar Martine Jonckheere. “Ik heb er hetzelfde gevoel bij als toen ik genezen was van borstkanker: dankbaarheid omdat ik er nog bij ben.” (diept een kartonnetje uit haar handtas op🙂 “Ken je die spreukjes die bij de Yogi-theezakjes steken? Na mijn ontslag was dit het eerste wat ik aantrof: grattitude is the best attitude. Niet dat alles daarmee op slag weer in orde was natuurlijk, maar als ik het moeilijk had, haalde ik dit te voorschijn. En dan hielp het me om te relativeren.”

Un, dos, tres…

“Filip en ik houden van alles wat met Disneyland te maken heeft, een verblijf daar staat voor ons gelijk aan feest. Zo waren we ook uitgenodigd op de vijfde verjaardag van Disneyland Parijs, ik was toen hot. Er was een avond voorzien met ijskunstenaars en vuurwerk, waar ook internationale pers en genodigden bij aanwezig waren. Ik liep helemaal uitgedost over de rode loper en hoorde achter me voortdurend ‘Martien! Martien!‘ roepen. Ik voelde me geflatteerd maar begreep er niks van. Ik was dan wel bekend in Vlaanderen, maar het kon toch niet dat ze mij ook in het buitenland kenden! Tot de gast voor me zich omdraaide en zich tegenover mij verontschuldigde omdat hij de doorgang belemmerde, maar hij moést nu eenmaal ingaan op de vraag om foto’s van hem te maken. Een hele vriendelijke en knappe man, die ik toen helaas nog niet kende: Ricky… Martin!”

“Toen ze mij vroegen om opnieuw in Familie te acteren, heb ik lang getwijfeld, maar nu heb ik er opnieuw zin in. Ik ben ontgoocheld en kwaad geweest, maar ik heb ook afstand kunnen nemen.”© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

“Leren verlangen naar iets maakt het uiteindelijke krijgen des te mooier. Jonge mensen kunnen dat niet meer, ze willen alles meteen. Ja, ik denk toch dat ik wreed ouderwets ben.”© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

Wie is Martine Jonckheere?

Martine Jonckheere (61) is als actrice vooral bekend om haar rol van Marie-Rose in Familie. Nadat ze in 2014 ontslagen werd, is ze vanaf dit najaar opnieuw in dezelfde rol op VTM te zien.

Ze groeide op in Roeselare, later in Brugge, en heeft een zus Carmen die in 1992 aan borstkanker overleed. In 2006 overwon Martine dezelfde ziekte. Sinds 2013 is ze ambassadrice van vzw Think-Pink, de nationale borstkankervereniging.

Ze is sinds 1979 getrouwd met muzikant Filip Moortgat, afkomstig uit Boezinge, met wie ze al 38 jaar samen is en momenteel in Maarkedaal woont.

Déjeuner sur l’herbe of iets in dien aard

“Filip en ik zijn gepassioneerde tuinliefhebbers. Vooral exotische tuinen vinden we prachtig. Onlangs zijn we speciaal naar Roermond gereden om er een Australische tuin te bezichtigen. Tijdens de jongste Open Tuinendagen stelden we onze eigen tuin open, op een moment zaten er wel zestig mensen op ons terras. Als die dan twee uur blijven plakken, en ik zie dat ze genieten en maar niet weg geraken: dan is dat puur genot voor mij. Ze vinden het gezellig bij ons, dàt is een feest. Om dezelfde reden zijn we overigens zelf blijven hangen in die Australische tuin: ik had een kleine picknick mee en die mochten we opeten aan de rand van hun vijver. Het was prachtig.”

Wijsheid uit een theezakje…

Marie-Rose is sinds …. terug in Familie! En met haar Martine Jonckheere. “Ik heb er hetzelfde gevoel bij als toen ik genezen was van borstkanker: dankbaarheid omdat ik er nog bij ben.” (diept een kartonnetje uit haar handtas op🙂 “Ken je die spreukjes die bij de Yogi-theezakjes steken? Na mijn ontslag was dit het eerste wat ik aantrof: grattitude is the best attitude. Niet dat alles daarmee op slag weer in orde was natuurlijk, maar als ik het moeilijk had, haalde ik dit te voorschijn. En dan hielp het me om te relativeren.”

Un, dos, tres…

“Filip en ik houden van alles wat met Disneyland te maken heeft, een verblijf daar staat voor ons gelijk aan feest. Zo waren we ook uitgenodigd op de vijfde verjaardag van Disneyland Parijs, ik was toen hot. Er was een avond voorzien met ijskunstenaars en vuurwerk, waar ook internationale pers en genodigden bij aanwezig waren. Ik liep helemaal uitgedost over de rode loper en hoorde achter me voortdurend ‘Martien! Martien!‘ roepen. Ik voelde me geflatteerd maar begreep er niks van. Ik was dan wel bekend in Vlaanderen, maar het kon toch niet dat ze mij ook in het buitenland kenden! Tot de gast voor me zich omdraaide en zich tegenover mij verontschuldigde omdat hij de doorgang belemmerde, maar hij moést nu eenmaal ingaan op de vraag om foto’s van hem te maken. Een hele vriendelijke en knappe man, die ik toen helaas nog niet kende: Ricky… Martin!”

“Toen ze mij vroegen om opnieuw in Familie te acteren, heb ik lang getwijfeld, maar nu heb ik er opnieuw zin in. Ik ben ontgoocheld en kwaad geweest, maar ik heb ook afstand kunnen nemen.”© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur

“Leren verlangen naar iets maakt het uiteindelijke krijgen des te mooier. Jonge mensen kunnen dat niet meer, ze willen alles meteen. Ja, ik denk toch dat ik wreed ouderwets ben.”© Pieter Clicteur

© Pieter Clicteur