Cartoonist Steven ‘Lectrr’ Degryse: “We hebben afgeleerd om ons te vervelen”

© PHILE DEPREZ
Bert Vanden Berghe

Geen cartoonist die zo gevat en scherp uit de hoek kan komen als Steven ‘Lectrr’ Degryse. Zijn werk wordt door iedereen (h)erkend, maar toch kunnen er maar weinig mensen een gezicht op de naam plakken. “Ik vind het enorm bevrijdend om te kunnen verdwijnen in de massa.”

Met een boekje stevig omklemd zit Steven te tekenen op de trappen van Dok Noord in de Gentse haven. Achter hem verrijst straks een modern appartementsblok. De graffiti en prachtige streetart schuiven dan opnieuw wat verder op richting een andere buitenhoek van Gent. Steven is graag omringd door tekeningen, grijnst dat tekenen iets is als naar het toilet gaan. Af en toe moet het eruit. Het is geen toeval dat we hier afspreken. Niet alleen zijn we vlak bij zijn huis, maar als kind zat hij ook vaak aan de vaart, van Roeselare meer bepaald. “Mijn ouders hadden het niet echt door dat ik er wel heel lang over deed van school naar huis en omgekeerd. Ik had een plekje voor mezelf nodig, zoals kinderen op een bepaalde leeftijd ook een kamp bouwen. Als puber wilde ik een plek waar ik kon tekenen zonder lastiggevallen te worden, zonder vragen over mijn huiswerk, de scouts of wat dan ook. Ik heb er zelfs ooit een schetsboek in het water laten vallen.”

Zit het in de genen, dat tekenen?

“Mijn grootvader tekende een beetje, maar dat was het zowat. Ik was de eerste die ging studeren. Fotograaf! Aha, dat fotowinkeltje op de Markt kunt ge misschien overnemen, zeiden ze thuis. Toen ik voor grafische vormgeving koos, zagen ze mij in een reclamebureau. Top, klonk het. En toen ik zei dat ik cartoonist wilde worden, vroegen ze of ik daar wel van kon leven. (grijnst) Mijn kinderen hebben dat creatieve wel geërfd.”

Ik wist het al snel: het kunstenaarschap of de goot

“De oudste doet podiumkunsten en gaat al sinds zijn vierde naar de circusschool. Hij heeft ook tekentalent, maar het interesseert hem niet zoveel. Bij de jongste is dat anders. Hij heeft het ook nodig om de wereld rond hem te verwerken, om die te begrijpen en neer te slaan in schetsboekjes. Ik deed dat ook al vrij vroeg. Ik volgde economie-wiskunde, maar ik deed liever iets creatiefs. Ik had heel vaak moeilijkheden met de schoolse attitude: je moest iets studeren, maar niet goed wetend waarom.”

Wanneer is dat ongeveer gelukt?

“Door naar het kunstonderwijs te gaan werd ik meer geconfronteerd met het echte leven. Alle mogelijke drank en drugs werden je aangeboden, maar ik bleef er altijd ver van weg. De dagen dat de klas níét naar wiet rook, vonden zelfs de leerkrachten het verdacht. Maar voor mij was het een hele nieuwe wereld die openging. We hadden in Brugge toegang tot bibliotheken, musea…”

Cartoonist Steven 'Lectrr' Degryse:
© PHILE DEPREZ

“Over de middag aten we snel onze boterhammen op, om ons dan in het Groeningemuseum te vergapen aan de Vlaamse Primitieven. Elke week hadden we vier tot zes uur tekenen naar een naaktmodel. Zo leer je écht te tekenen. En als puber is dat ook nog eens interessant. Ik ben zeker dat mijn maten van toen nog altijd niet zoveel blote vrouwen hebben gezien als ik daar op één maand. (lacht) En ik begon zo stilaan door te hebben: het wordt het kunstenaarschap of de goot. Ik had heel snel door dat ik niks anders kon doen.”

Weten wat je wil als puber… lastige puberteit gehad?

“Dat viel wel mee, denk ik. Ik was wel iemand die wat de eenzaamheid opzocht. Ik ben nog altijd graag alleen. Er zijn veel mensen die dat niet snappen. Je zou me niet straffen als je me door een helikopter laat oppikken om vier maanden alleen op een eiland te zitten. Integendeel, de laatste dag zou ik zelfs zeggen: zijt ge daar al? Ik heb wel veel vrienden en ben best wel sociaal, maar…”

Er is een verschil tussen graag alleen zijn en eenzaam zijn.

“Eenzaam voel ik me zeker niet. Ik kan ook tegen mezelf babbelen. Ik kom altijd overeen, nooit discussie.” (lacht)

Mis je dan geen klankbord?

“Niet zozeer, want ik ben wel kritisch genoeg voor mezelf. Ik weet wanneer het op geen kloten trekt of wanneer ik beter mijn best had kunnen doen. Ik probeer het ook op de lange termijn te zien. Ik weet waar ik wil staan over vijf jaar, of tien jaar. En ik probeer in kleine stapjes te evolueren. Als cartoonist word je afgerekend op de cartoon van die dag zelf. Volgende week zijn er alweer mensen die niet meer weten waarover het gaat, omdat de actualiteit zo snel gaat. Dat is ook een bevrijdende gedachte. (denkt na) Weet je, George van Raemdonck was de allereerste Belgische cartoonist, die zelfs in Washington werd geroemd en de grootste cartoonist aller tijden werd genoemd. En wie kent hem? Zelfs aan zijn geboortehuis hangt niet eens een plaatje. En eigenlijk is dat oké.”

“Humor is vooral de manier om het te begrijpen.”© PHILE DEPREZ

Wil je ook onsterfelijk worden in je branche?

“Absoluut niet. Het enige wat mij interesseert is kunnen tekenen en daarvan kunnen leven. En de vrijheid daarin vinden. Het is tof dat mijn werk bekend is, maar zelf streef ik die bekendheid niet na. Ik ken veel bekende mensen en die worden altijd nagestaard, aangesproken of lastiggevallen.”

Een cartoon kiezen is alsof je moet kiezen tussen je kinderen

“Onlangs was ik uitgenodigd op een plek waar ik omringd was door politici. Politici die je werk kennen, retweeten en er commentaar op geven. En dan zit ik daar, in een zaal vol met mijn cartoonfiguren, en niemand kent mij. Zalig. Ik vind het enorm bevrijdend om te kunnen verdwijnen in de massa.”

Er wordt veel gratis shit naar hun hoofd gegooid, maar vult dat de leegte in hun hart, denk ik dan?

“Dat is het. Die leegte. Dáárover gaat het. Die leegte wordt bij mij enkel gevuld door te zoeken, door te tekenen, door te lezen, door daarmee bezig te zijn. Zeker niet door materiële zaken te bereiken, zoals prijzen of awards. Ik doe zelden mee aan een wedstrijd. Om dan op het podium een kadertje en bloemen te ontvangen? Drie weken later is iedereen dat ook vergeten. Als jurylid van het Cartoonfestival vind ik het belangrijker dat het werk daar hangt, dan dat we een winnaar uitkiezen en we die een klets geld geven. Daarom doe ik ook niet mee aan de jaarlijkse Press Cartoon Belgium. Op maandag heb ik misschien de beste cartoon, maar op vrijdag kan dat een ander zijn. Het is heel subjectief allemaal.”

Is er een cartoon waar je écht trots op bent?

“Een paar cartoons hebben veel veranderd. De cartoon ten tijde van Charlie Hebdo bijvoorbeeld. Het leverde me een tijdje politiebescherming op, maar ook uitnodigingen van over de hele wereld. Vorige maand werd ik nog uitgenodigd in Nairobi, waar ze Afrikaanse cartoonisten een boost willen geven. Daar is immers veel nood aan politieke bewustwording en cartoons zijn daar een goed middel voor, net omdat er veel ongeletterdheid is. Maar er een cartoon uitkiezen, dat is als kiezen tussen je kinderen. Wat ik doe, is gewoon alles proberen te… begrijpen. Humor is vaak de enige vorm waarmee ik het kan uitleggen aan mezelf en mijn kinderen, en mijn omgeving. Dat ballonnetje doorprikken, dat vind ik belangrijk.”

Cartoonist Steven 'Lectrr' Degryse:
© PHILE DEPREZ

Wat is voor jou de hoogste vorm van waardering?

“Een van de mooiste dingen die ik ooit heb gemaakt, was op FACTS (de bekende strip-, comic- en fantasybeurs in Gent, red.), waar ik mijn albums van Hara Kiwi signeerde. Op een bepaald moment zie ik in mijn rijtje een vrouwtje van eind de zeventig staan. Die dus toegangsgeld had betaald, speciaal voor mij, en letterlijk stond aan te schuiven tussen een Conan met een tijgerprintbroekje en een Hulk. Ze had elke dag een cartoon van mij uitgeknipt en die allemaal in een boekje geplakt, dat ze wilde laten signeren voor haar man. Ik kreeg het niet over mijn hart om te zeggen dat ze ook gewoon mijn boek kon kopen. (lacht) Maar dat was het mooiste compliment dat ik ooit gekregen heb. Of als ik de trein moet nemen en ik zie hoe mensen de krant lezen en hun oog even bij mijn cartoon blijft hangen en ze dan glimlachen… dat maakt mijn hele dag goed. Daar kunnen al dat geklaag en die haatmail niet tegenop.”

Krijg je er veel, haatmail?

“Ik kan op één dag een mail krijgen waarin staat dat ik alleen maar in de nek van de N-VA zit én eentje die zegt dat ik dat ook doe bij de sossen. Het is niet mijn taak om mensen te overtuigen van iets, of hun politieke visie te veranderen. Ik wil ze gewoon een perspectief bieden of ze minstens even doen nadenken. Mijn politieke mening zit niet in mijn cartoons. Ik ga ook niet graag stemmen.”

Maar je leeft wel deels van de politiek…

“De politici zijn er in elk geval heel hard mee bezig om van zichzelf karikaturen te maken. En het zijn ook die karikaturen die scoren. In het buitenland zijn ze daar wel jaloers op. Ik krijg dat letterlijk niet uitgelegd hoeveel parlementen we hebben en hoeveel burgemeesters een gewest als Brussel heeft. Zeker in New York, waar er één burgemeester is voor een stad met bijna negen miljoen inwoners. Van het huidige politieke systeem zijn er maar twee soorten mensen die er beter van worden: politici en cartoonisten.”

Heb je daar moeite mee?

“Door dit langer en langer te doen, zie ik alleen maar hoe we wereldwijd altijd maar weer tegen diezelfde steen botsen. Het is niet dat ik mij daarin zo opwind, maar ik vind het wel altijd verdacht als mensen met oplossingen komen, terwijl ik alleen maar vragen heb. Hoe ouder ik word, hoe meer ik me realiseer hoe complex alles is, van de wetenschap tot de werkelijkheid. Hoe meer ik weet, hoe dommer ik word. Met de populisten heb ik het wel wat moeilijk, want die doen alsof er heel simpele antwoorden zijn.”

Politici doen heel hard hun best om van zichzelf karikaturen te maken

“Heel vaak creëer je nieuwe problemen door andere zogezegd op te lossen. Ik wantrouw mensen die zeggen een oplossing te hebben, in de politiek, in religies, bij grote multinationals. Ik kijk echt uit naar een politicus die op een dag opstaat en heel eerlijk zegt: ‘Luister, gasten. We zitten in de shit en ik weet het ook niet, maar in plaats van elkaars kas op te fretten, laat ons samen vooruitgaan’. Iemand die eerlijk genoeg is om te zeggen dat hij het níét weet, op hém of háár zou ik meteen stemmen.”

Uiteindelijk doen we allemaal maar wat.

“Dat is een van de meest waardevolle dingen die ik door de jaren heen ontdekt heb. Vaak heb je het gevoel dat je de enige bent die niet goed weet waarmee hij bezig is. Alsof jij nog dat trucje moet ontdekken, maar uiteindelijk doen we inderdaad allemaal maar iets. Of houden we de schijn op. Ik denk dat we op den duur niet meer weten wat echt is en wat niet. Mensen zijn zo gewoon om geëntertaind te worden dat we het belang van verveling vergeten zijn. Mijn beste ideeën komen vaak voort uit verveling en de frustratie die daarmee gepaard gaat.”

Cartoonist Steven 'Lectrr' Degryse:
© PHILE DEPREZ

Waarvan ben jij nog onder de indruk?

“Ik ben een grote liefhebber van middeleeuwse tekenaars en schilders. Ik kan letterlijk heel erg lang mottig lopen omdat die zo goed zijn. Maar het kunnen ook domme dingen zijn. Dat water hier, als ik zie hoe het hier uniform kabbelt en er een soort ritme ontstaat, dan denk ik… dat is allemaal wel goed geregeld. Ik geloof niet zozeer in hogere krachten of toeval, maar ik kan me wel heel nietig voelen als ik naar boven kijk. Ik heb vaak ook… ‘obsessieperiodes’. Dan verdiep ik mij in één thema en geef ik veel te veel geld uit aan boeken daarover.Om maar te zeggen: er is zoveel dat we niet weten en hoe meer je leest, hoe wijzer je wordt.”

Dat zou een mooie afsluiter kunnen zijn van je biografie…

“En op mijn grafsteen laat ik dan zetten: ‘Pas op, achter u!’. Dat lijkt me geweldig. Of op mijn bidprentje, een heel andere tekst, zodat de mensen zich afvragen of ze wel op de juiste begrafenis zijn. Als er maar een glimlach bij komt kijken.”

Wie is Lectrr?

Cartoonist Steven 'Lectrr' Degryse:
© PHILE DEPREZ

– Lectrr, in het dagelijkse leven Steven Degryse, werd op 27 mei 1979 geboren in Roeselare. Vandaag woont hij in Gent met zijn vrouw en twee kinderen.

– Hij studeerde grafische vormgeving, maar werd uiteindelijk cartoonist. Onder zijn pseudoniem Lectrr maakt hij cartoons voor zowat elk magazine in Vlaanderen en er verschenen er zelfs in The New York Times. Vandaag tekent hij onder meer cartoons voor De Standaard. Hij is ook stripscenarist.

– Steven is voorts stand-upcomedian en lid van Cartooning for Peace. Van zijn werk verscheen er al een 25-tal albums. De reeks Hara Kiwi is een van de bekendste.

“De boot gemist?”

Wie Lectrr zegt, zegt ook strips. Hij was lid van het collectief The Wolfpack, dat nieuwe reeksen als Amoras en Red Rider bedacht, maar een tijdje geleden werd opgedoekt. “Zonde. Zeker omdat er veel mooie zaken op de plank lagen. Ik heb zaken gezien die echt tot de mooiste dingen behoorden die ik de afgelopen tien jaar op dat vlak zag. Vlaanderen was altijd zowat het dorp van Asterix. Een hoge pief van Marvel is in de jaren 80 ooit komen kijken, omdat wij het enige land waren waar ze níét op nummer één stonden. Die is meteen het vliegtuig terug opgestapt. Vandaag is dat anders, nu zijn ze de grootste. We leven in een wereld waar mensen fan willen zijn en dat willen tonen. Maar uitgevers doen niet aan merchandising of aanverwanten zoals animaties of games. Daar ligt echt een heel grote markt. Ik vrees dat al die uitgevers veel te laat gaan ontdekken dat ze de boot hebben gemist.”

Picknickvraagjes

1) Vlees of veggie?

“Ik ben al meer dan twintig jaar vegetariër. Ik ben opgegroeid naast een slachthuis. De dingen die je daar hoorde en zag… Ik heb ooit foto’s genomen voor school toen dat slachthuis leegstond. De leerkracht wees mij op de gelijkenissen met de foto’s van Dachau of Auschwitz. Die waren treffend. Ik ben vegetariër geworden toen ik op kot ging, want waar ik opgroeide was dat nog niet zo goed ingeburgerd. Toen moest je leven van een broccoli en een prei bij wijze van spreken. Als ik binnenga in een slagerij, dan vind ik dat het er naar de dood ruikt. Maar mijn kinderen eten wel vlees en mijn vrouw ook. Natuurlijk doe ik het voor de dieren, maar ook uit zelfbehoud. Ik zit heel vaak neer, heb rare uren en eet ook op onmogelijke momenten. Ik drink geen alcohol, rook niet en eet dus ook bewust geen vlees. Ik ben van plan om heel lang te leven.”

2) Gezellig thuis of in de openlucht?

“Ik zit vaak achter mijn tekentafel, maar als het kan trek ik er ook opuit met de fiets. Vroeger was dat vaak te voet, maar ik probeer elke dag toch zeker 20, 25 kilometer te fietsen.”

3) Fiets of auto?

“Ik heb geen auto. Mijn grootvader was auto-instructeur en vastberaden om mij te leren autorijden. Hij had het al zovelen aangeleerd, dus het zou ook wel bij mij lukken. Vier maanden later had ik de as van zijn auto bijna gebroken en had hij al een heel andere mening. (lacht) Tijdens mijn rijexamen reed ik bijna de rijinstructeur omver, viel ik stil op de helling en reed ik een Smartje bijna het water in. De enige reden dat ik mijn rijbewijs haalde, was omdat de instructeur vast vroeger naar huis wilde. In mijn familie zat ook een garagist, dus we hebben wel wat met auto’s. (droog) Ik denk dat ik van de melkboer ben.”