Aanpassingsjaar voor Guillian Demeyer

Guillian Demeyer werd 48ste in Ruddervoorde. (Foto Coghe) © Foto Coghe
Redactie KW

Ook voor Guillian Demeyer (18) is de crosswinter goed en wel begonnen. 2018 zal vooral in het teken staan van bijleren en ervaring opdoen, want het is toch even wennen voor de neo-belofte. Zijn eerste jaar bij de grote jongens, zijn eerste jaar aan de KUL en hij is nog steeds aan het terugvechten van twee seizoenen door klierkoorts te zijn geteisterd. Plezier beleven, dat is nu het hoofddoel voor de Merkemnaar.

En dat is hem vorige zondag alvast goed gelukt. Voor het eerst (en hopelijk niet voor het laatst) in zijn nog jonge carrière werkte Guillian Demeyer een veldrit tussen de absolute wereldtop af. In Ruddervoorde startte hij een paar rijen achter Wout Van Aert en Mathieu Van der Poel. Niet dat hij zich met hen kon meten, want Demeyer werd als 48ste afgevlagd, maar dat kon de eerstejaarsbelofte duidelijk niet deren.

“De voorbije twee seizoenen sukkelde ik met klierkoorts. En in plaats van te rusten en te herstellen, maakte ik de fout om nog harder te trainen”

“Ik heb me best geamuseerd”, blikt Guillian nog eens terug. “Het was eigenlijk niet gepland dat ik zou deelnemen in Ruddervoorde, maar ik heb me laten ompraten door mijn ploegmaats. Zowel Kenny Roelandt als Jonas Quartier gingen er van start, dus kon ik niet achterblijven. Het resultaat was daarbij van ondergeschikt belang, ik deed het vooral voor de ervaring en de beleving. En dat is echt goed meegevallen. Het was natuurlijk afzien tussen de profs, maar ik heb er toch van kunnen genieten.”

Klierkoorts

Het is ondertussen al zeven jaar geleden dat de Merkemnaar zijn eerste stappen in de cyclocross zette. Als tweedejaarsnieuweling behaalde hij enkele mooie toptiennoteringen, maar bij de junioren stokte de trein een beetje.

“De voorbije twee seizoenen sukkelde ik met klierkoorts. Je voelt je niet super, je hebt geen kracht in de benen… het loopt niet zoals je het zelf zou willen. En in plaats van te rusten en te herstellen, maakte ik de fout om nog harder te trainen.Daar moet ik nu nog steeds wat van bekomen, maar het gaat steeds beter en ik voel dat ik vooruitgang blijf boeken.”

Universitaire studies

Komt daar nog eens bij dat de renner van CT Houtland-Westkust in september gestart is met zijn studies industrieel ingenieur aan de KUL in Brugge. Geen evidente combinatie en al zeker niet als je dagelijks heen en weer moet pendelen. “Het is inderdaad niet gemakkelijk”, knikt Guillian. “Ik zit dagelijks zo’n drie uur op de trein en moet het zien te redden met een negental trainingsuren per week. Mijn studies komen op de eerste plaats, maar crossen is mijn passie en daar heb ik wel wat voor over.” (BVS)