Met Fabrice Ondoa heeft KVO, na eerder al Nicaise Kudimbana en Didier Ovono, opnieuw een Afrikaanse doelman. De Kameroener won vorig jaar nog de Afrika Cup, maar startte het nieuwe seizoen wel op de Oostendse bank. De laatste weken toont hij zich. Een kennismaking.
Fabrice Ondoa (22) groeide op in Yaoundé in een gezin van vijf, maar moest al op jonge leeftijd zelf zijn boontjes doppen. Toen hij elf was, werd hij namelijk opgenomen in de Samuel Eto’o Academy, een voetbalinternaat opgericht door de Kameroense superster Samuel Eto’o en op zijn dertiende verhuisde hij zowaar naar het grote FC Barcelona.
Hoe komt het grote Barca in hemelsnaam bij een Kameroens kind van 13 terecht?
“Samuel Eto’o speelde ooit voor Barcelona en zijn opleidingscentrum heeft een samenwerking met de Catalanen. Nadat ik met mijn ploeg Barcelona uitschakelde tijdens een tornooi en ik werd verkozen tot beste doelman, werd ik er uitgenodigd om te komen testen. Uiteindelijk werd ik ook aanvaard. Mijn vader strubbelde nog even tegen omdat hij vond dat ik nog te jong was voor dergelijk avontuur en de focus op mijn studies moest liggen. Uiteindelijk verzekerde Barcelona dat niet enkel het voetbal telde, maar dat de jeugdspelers ook resultaten op school moesten behalen.”
Ik kan me inbeelden dat het niet makkelijk was om als kind naar een ander land te verhuizen waar je de taal niet spreekt.
“Dat klopt, al was ik het al een klein beetje gewoon van in de Eto’o Academy. Daar woonde ik ook op vier uur rijden van mijn familie. Toen zag ik ze echter regelmatig, dat was in Barcelona natuurlijk niet zo. Ik werd er opgevangen in het opleidingscentrum La Masia. Eén jaar na mijn komst, arriveerde ook mijn neef Andre Onana en dat was top natuurlijk. Uiteindelijk speelde ik tot mijn 18de voor Barcelona.”
Opvallend: die neef is net als jij doelman. Hij staat in doel bij Ajax Amsterdam.
“Klopt, wij groeiden samen op in de Eto’o Academy en later ook in Barcelona. We deden alles samen en ook nu hebben we nog quasi dagelijks contact. We gaan vaak samen op reis. Dinsdagavond feliciteerde ik hem nog met de kwalificatie voor de Champions League.”
Maar jullie zijn eigenlijk wel concurrenten bij de nationale ploeg van Kameroen.
“Ach, zo zien wij dat eigenlijk niet. We zijn fier dat we het allebei tot de nationale ploeg hebben geschopt. Wie speelt, is dan van ondergeschikt belang. Het is de teamprestatie die telt. Volgende week zijn er opnieuw interlands, de eerste onder het nieuwe trainersduo Seedorf-Kluivert. We zien wel wie dan onder de lat staat hé.”
Jij won wel de Afrika Cup met je land, terwijl je neef in Amsterdam bleef om met Ajax te spelen.
“Hij stond voor een moeilijke keuze. Hij was net eerste doelman geworden bij Ajax, maar een vertrek naar de Afrika Cup betekende misschien dat hij weer van vooraf aan moest beginnen. Hij koos er dus voor om de Afrika Cup te laten schieten en zich te concentreren op zijn club. Op die manier kreeg ik mijn kans van Hugo Broos en uiteindelijk wonnen we het tornooi. Het waren na de zege echt doldwaze taferelen in de straten.”
Een ploeggenoot van jou bij Kameroen is Sébastien Siani, de voormalige aanvoerder van KVO.
“Een topkerel. Tijdens de Afrika Cup was hij belangrijk voor ons. Een Afrikaanse speler die aanvoerder is in Europa, daar heeft iedereen respect voor. Hij was hier heel geliefd en praat nog steeds positief over de kustploeg. Hij overtuigde me dat KVO de ideale club was om mijn carrière te lanceren. Een warme, familiale club en daar was geen woord van gelogen.”
Maar de aanwezigheid van Hugo Broos gaf wellicht dé doorslag om Sevilla B in te ruilen voor KVO.
“Dat is zeker zo. Het is Hugo die mij de kans gaf als titularis bij Kameroen. We wonnen samen de Afrika Cup en dat schept een band. Voor Hugo ga ik door het vuur.”
Je intrede bij KVO was nochtans geen instant succes. Je startte het seizoen als doublure voor William Dutoit.
“Ik was wel wat ontgoocheld daarover, maar ik kan die keuze wel begrijpen. Ik had al een tijdje geen wedstrijden met inzet meer gespeeld. Ik had ook wat aanpassing nodig: een nieuwe omgeving, nieuwe mensen. Vóór de match op Kortrijk achtten de trainers mij klaar. Morgen sta ik in Sint-Truiden opnieuw in doel en na de interlandbreak is het aan de trainer om te beslissen wie eerste doelman is.”
In een dagblad gaf Didier Ovono aan dat hij jou een goede doelman vindt, maar dat je gewoon zal moeten worden aan het Belgische voetbal met veel fysiek spel en luchtduels.
“Akkoord. Ik merk inderdaad op dat het er hier erg hard kan aan toegaan. Ik speelde twee keer tegen Ovono en hij is echt een legende in Afrika. Het doet me plezier dat hij mij een goede doelman vindt. Ik hoop dat ik een even goede indruk kan nalaten in Oostende als hem.” (Red)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier