Bekerderby Izegem-Apolloon is ook duel tussen neven Ruben en Anthony Mathijs

In de beker van België staat er in de 1/16de finales een rasechte West-Vlaamse derby op het menu. Tussen 1 en 3 november strijden Apolloon Kortrijk (eerste nationale) en HBC Izegem (tweede nationale) om een plaats in de volgende ronde. Voor de Gullegemse Izegem-speler Ruben (26) en Kortrijkzaan Anthony Mathijs (23) is dat extra speciaal, want hoewel ze neven zijn, staan ook zij dan tegenover elkaar.

Beide teams wonnen dit seizoen al drie van hun vier competitiewedstrijden. “Zo’n sterke start hadden we niet verwacht. We hadden wel de ambitie om het seizoen goed te beginnen, maar zes op acht… En eigenlijk hadden we onze eerste wedstrijd (25-22 bij Union Beynoise, red.) ook moeten winnen, maar dat is maar een kleine smet op die goede start”, begint Izegem-speler Ruben Mathijs. “Ik had verwacht dat we tegen de mindere ploegen iets konden rapen, maar als iemand had gezegd dat we in Doornik, een club met een groots verleden in eerste nationale, zouden gaan winnen, dan had ik hem zot verklaard”, lacht zijn neef Anthony, die bij Apolloon speelt.

Verandert dat iets aan de ambities?

Anthony:“Onze ambitie is en blijft het halen van die play-offs.”

Ruben: “Ik vind dat jullie opnieuw kampioen moeten spelen. (knipoogt) Als je de play-offs haalt, en dat zijn wij toch van plan, dan wil je toch kampioen worden?”

Anthony:“Als we elke match zouden presteren als tegen Doornik, dan kunnen we iedereen aan.”

Ruben, je speelde met Doornik een hele tijd in eerste klasse en je werd er ook international. Toch streek je drie seizoenen geleden opnieuw neer bij je moederclub Izegem. Waarom?

Ruben: “De lange verplaatsingen werden me wat te zwaar. Bovendien zaten we bij Doornik ook een beetje op een dood spoor. We speelden jarenlang in de middenmoot van eerste nationale, maar slaagden er nooit in naar die top toe te groeien. Bij Izegem kreeg ik de kans om iets op te bouwen. Dat is al aardig aan het lukken.”

Als linkshandige spelers staan jullie beiden meestal op de rechtsbackpositie. Anthony, was Ruben voor jou, gezien jullie leeftijdsverschil en zijn ervaring op het hoogste niveau, een voorbeeld?

Anthony:“Toch wel ja. ‘Roef’ heeft lang in de topsportschool gezeten en was ook een tijd geselecteerd voor de nationale ploeg, dus daar keek ik zeker naar op. Als ik zelf niet moest spelen, ging ik ook vrij vaak naar Doornik om wedstrijden van hem te bekijken.”

Ruben:(resoluut) “Maar Anthony heeft zeker geen tips meer nodig van mij, want sinds hij bij de eerste ploeg speelt, is hij al veel verbeterd. Ik denk dat de meeste verdedigers hem ook een ‘ambetanterikske’vinden. Bovendien is hij zijn babyface kwijt.” (lacht)

Tussen Apolloon en Izegem bestaat er al decennialang een zekere vorm van rivaliteit. Leeft dat, met de bekerwedstrijden in aantocht, weer wat op?

Anthony: “Op familiefeesten hangt er altijd wel wat spanning. (lacht) Maar dan zijn het ‘de oudjes’ die ruziën, wij maken daar niet echt een probleem van.”

Ruben:“Dat vind ik ook. Als we als spelers tegenover elkaar staan, doen we natuurlijk ons stinkende best om te winnen, maar naast het veld bekommeren we ons nergens om. Voor de supporters is die rivaliteit wel reëel natuurlijk, zij gaan daar volledig in op. Dat moet ook, want het is en blijft dé derby. En natuurlijk jutten we elkaar ook onderling wat op.”

Apolloon, dat toen nog in Liga 1 (de derde handbalklasse) speelde, heeft het vorige bekertreffen met Izegem gewonnen. Speelt dat nog in jullie hoofden?

Ruben:“Niet echt, dat is al eventjes geleden. Jullie hebben toen verdiend gewonnen, maar eerlijk gezegd was de beker voor ons toen allesbehalve een prioriteit. We wilden dat jaar vooral het behoud verzekeren.”

Anthony:“Ik weet wel nog dat ik enorm gestresseerd was. Bovendien probeerde nonkel Robin (vader van Ruben en coach bij Izegem, red.) me tijdens de match wat van mijn stuk te brengen, en daar ben ik toch een tijdje niet goed van geweest. (lacht) Maar nu ben ik ouder en kan ik er beter tegen.”

Plannen jullie clubs speciale festiviteiten op de matchavonden zelf?

Anthony: “Niet dat ik weet. In de ploeg hadden we wel het plan opgevat om onze snor te laten staan, om een beetje de draak te steken met het exemplaar van nonkel Robin.” (hilariteit)

Ruben: “Is’ t waar? Dat zou sjiek zijn! Maar je moet natuurlijk wel in staat zijn er eentje te laten groeien. (knipoogt) Maar bij ons lag de focus vorige week nog vooral op de competitie en pas deze week beginnen we aan de beker te denken. Maar we hopen op veel supporters natuurlijk, en ik verwacht een match met veel intensiteit en een zotte sfeer.”