Elsie Achtergaele, de dame die een dienstgebouwtje van de parking onder de zeedijk voor haar appartement krijgt, blijft erg verbolgen. “Ze zeggen dat ik geen bezwaar heb ingediend. Wij hebben meteen gereageerd! Maar ik kon geen bezwaar indienen, ik heb nooit realistische plannen gezien.”
Voor het appartement van de ouders van Elsie Achtergaele aan de Albert I-promenade in Oostende verschenen de voorbije weken twee betonnen dienstgebouwtjes van de ondergrondse parking, die er in aanbouw is. Het een is een liftuitgang, het ander bevat aan- en afvoerbuizen voor de verluchting. De werken werden stilgelegd omdat dat laatste gebouwtje te hoog is volgens de vergunning en omdat de ventilatieroosters niet op het dak, maar in de zijkant zitten. Maar het grootste probleem voor Elsie is gewoon dat de gebouwtjes er staan. “Heel wat buren maken ook bezwaar, maar wij zitten op het gelijkvloers en hebben helemaal geen zeezicht meer.”
“Mijn ouders kwamen ruim 25 jaar geleden in het gelijkvloerse appartement wonen”, vertelt Elsie. “Ikzelf woon nu ook in Oostende en verblijf regelmatig op het appartement van mijn ouders omdat mijn huis in renovatie is. Mijn vader is intussen overleden. Hij stierf twee dagen na de vergadering over de bouw van de ondergrondse parking. Hij was al zwaar ziek, maar heeft zich er te druk in gemaakt.”
“Nooit plans gezien”
“Burgemeester Bart Tommelein zegt nu dat wij geen bezwaar hebben ingediend, maar wij hebben van op de eerste vergadering gereageerd. Maar het exacte uitzicht van die gebouwtjes stond toen nog niet op de plans! Dat is ook de reden dat wij nog geen echt bezwaar hebben ingediend: we hebben nooit realistische plans gezien! Enkel een schets zoals mijn kleinkinderen er ook een kunnen tekenen.”
“Maar wij zijn wel meteen in actie geschoten: we gingen naar de dienst Stedenbouw en uitten onze bezwaren bij het stadsbestuur en bij bevoegd schepen Kurt Claeys. Maar je loopt overal met je kop tegen de muur. De vorige burgemeester Vande Lanotte heeft ons drie maanden aan het lijntje gehouden. En intussen was de termijn om een bezwaar in te dienen verstreken.”
“Toen ik eind augustus, begin september een mail stuurde naar Bart Tommelein, was er enkel nog maar een put te zien”, vertelt Elsie. “Die gebouwtjes staan er nog niet zo lang. Ze werken ook ‘s nachts door. Het ging zo snel, dat ik dacht: ‘Hier klopt iets niet’. Er zijn toch geen andere ondergrondse parkings met zo’n lelijke gedrochten bovengronds? Bunkers noem ik dat!”
“Oorspronkelijk was er zelfs een ander gebouwtje voorzien, met meer glas. Maar als je op de dienst Stedenbouw komt, dan krijg je die plans op de computer en moet je je plan trekken. Hoe kan je daar als leek aan uit geraken? Die plannen zijn geleidelijk altijd maar veranderd. Ik betwijfel of de definitieve gebouwtjes ooit vergund zijn. Maar blijkbaar kunnen zo’n zaken ook geregulariseerd worden. Wie ben ik als gewone burger om daar iets aan te doen?”
“Wel vergund”
Charlotte Castelein van de firma Castelein, die de parking bouwt, erkende gisteren dat ‘en cours de route’ fouten werden gemaakt met de hoogte van het gebouw en de plaatsing van de ventilatieroosters in de zijmuren. Dat wordt ook rechtgezet van zodra de werken mogen hervatten. Maar zij stelde dat de gebouwtjes wel degelijk vergund zijn.
(HH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier