Vissers mogen ongewilde vangst voortaan niet meer in zee gooien

"Ik hoop dat de Europese Unie zal toegeven dat ze fout zat en andere oplossingen zal zoeken", aldus Hans Polet. © a-EDO
Redactie KW

Sinds 1 januari is in de visserij de aanlandingsplicht veralgemeend ingevoerd. Het is een Europese verplichting om vangsten die vissers eigenlijk niet willen vangen, meestal ondermaatse vissen, niet terug in zee te gooien. “Een doodgeboren kind”, zo noemt directeur Hans Polet van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) in Oostende de nieuwe regel. “De vele uitzonderingen maken het bijzonder complex. En hoe ga je dat controleren? Dit brengt de vissers in een stresserende en onwerkbare situatie.”

De aanlandingsplicht is sinds 2016 geleidelijk ingevoerd in de Europese Unie, maar wordt vanaf 1 januari 2019 veralgemeend. Toch zijn er nog heel wat uitzonderingen. “Tot nu toe gold de aanlandingsplicht voor Belgische vissers enkel voor tong”, aldus Hans Polet. “Bovendien zijn er kleine percentages die toch teruggegooid mogen worden. Vanaf 2019 moeten enkele soorten volledig aan land gebracht worden, naast tong ook schelvis en kabeljauw”, klinkt het.

“Voor pladijs of schol geldt in 2019 voor de Belgische vissers nog een uitzondering. We vermoeden dat deze soort het teruggooien redelijk goed overleeft. Daarom mag de pladijs voorlopig worden teruggegooid. We krijgen een jaar om cijfers te verzamelen die dat vermoeden bevestigen. Als tegenprestatie moeten de vissers een flip-uprope gebruiken, een systeem dat zorgt dat er minder stenen in de netten terechtkomen, wat de overlevingskansen vergroot. Om dezelfde reden mogen kleinere schepen hun netten maar anderhalf uur meer slepen en geen twee of tweeënhalf uur meer”, gaat Hans Polet verder.

Selectiever vissen

“Met de aanlandingsplicht wil de Europese Unie de vissers stimuleren om selectief te gaan vissen. In de praktijk worden vooral ondermaatse vissoorten teruggegooid omdat ze te klein zijn om goed te verkopen of omdat er een minimummaat is opgelegd. Maar soms gaan ook maatse vissen weer de zee in omdat het quotum bereikt is. Vissers doen dat niet graag, want het gaat om waardevolle vis. Al die ongewenste vangsten moeten nu aan boord worden gehouden en van het quotum worden afgetrokken”, legt Hans Polet uit. “We moeten er niet flauw over doen: het visbestand komt in de problemen als kleine visjes de vangst en teruggooi niet overleven. Maar vraag is of deze maatregel in de praktijk zal werken. Naar mijn persoonlijke mening – niet die van het ILVO – zijn er twee grote nadelen. Vooreerst zijn er zo veel uitzonderingen dat het heel complex wordt. ‘Waarover gaat dit nog’, vraag je je af”, aldus Hans Polet.

Geen enkele visser gelooft hierin. Controleren en bestraffen… een aanpak van 100 jaar geleden

“Het grootste probleem: hoe ga je dit controleren? Je kan met een referentievloot werken: een stuk of vier schepen intensief opvolgen en er dan van uitgaan dat de rest van de vloot niet te veel mag afwijken van hun aanlandingscijfers. Maar hoe maak je dat juridisch hard? De vangstcijfers variëren doorheen het jaar, doorheen de dag zelfs. Je kan daar geen lijn in trekken.”

Een drama

“De vissers zitten tussen twee vuren: het moet economisch en praktisch haalbaar blijven, want het sorteren van al die vissen wordt een verschrikkelijk werk. Maar als je toch teruggooit, zit je met een weliswaar kleine kans om gepakt te worden. Een onwerkbare situatie. Geen enkele visser gelooft hierin. Dit is een drama. Véél te ingewikkeld. Dit leidt tot een tweespalt tussen beleid en sector. Controleren en bestraffen… een aanpak van 100 jaar geleden.”

“Ja, ik zou een andere oplossing gezocht hebben”, zegt Hans Polet. “Mijn voorstel: kom tot een degelijke samenwerking tussen beleid, wetenschap, visserijsector en ngo’s. Verzamel degelijke cijfers en kom tot nieuwe methodes om te zorgen dat de kleine visjes niet gevangen worden. Er zijn zeker nog vorderingen mogelijk. Ik denk aan selectiever vissen, informatie verzamelen over waar de kleine vissen zich bevinden en die zones mijden, nieuwe installaties aan boord waardoor de gevangen vis kan overleven…”

Andere oplossing zoeken

“Ik verwacht en hoop dat de Europese Unie uiteindelijk toch zo eerlijk zal zijn om in te zien dat deze aanpak geen aarde aan de dijk brengt. Dat ze zal toegeven dat ze fout zat en andere oplossingen zal zoeken. Je moet altijd kritisch kunnen zijn voor jezelf. En samenwerken. Maar de eerste jaren zal Europa wel bij de genomen beslissing blijven. Ik hou mijn hart vast.”

(HH)

“Sommigen hebben geen verstand”

Schipper Joffrey Hollebeke (36) van de O.582 Hombre heeft een dubbel gevoel bij de aanlandingsplicht. “Voor sommigen is het misschien een goede leerschool.”

“De Hombre is eigenlijk maar een klein bootje, waardoor we al snel met een plaatstekort zullen kampen vanaf 1 januari”, reageert Joffrey. “Met ons kleine visruim gaan we om de twee dagen een haven moeten binnenlopen. Natuurlijk is alles haalbaar als je echt wil, maar het moet realistisch blijven”, klinkt het.

“Op zich vind ik de aanlandingsplicht persoonlijk niet slecht, voor sommigen toch. Ik zit een beetje met een dubbel gevoel. Sommigen hebben geen verstand en denken alleen maar aan binnenbrengen. Daarbij houden ze geen rekening met de toekomst. Voor die mannen is de aanlandingsplicht misschien een goede leerschool. Als je zelf al niet door hebt dat je in een gebied vist waar veel (te) kleine vis zit… Wij vangen ook wel eens kleine vis, dat hangt vooral af van het gebied dat je bevist. Op sommige plaatsen zit er meer kleine vis dan grote, maar op andere plaatsen is het net omgekeerd. Dan weet je dat je in dat gebied moet gaan vissen. De aanlandingsplicht zal sommigen doen nadenken, dat is zeker. Wat er met de kleine vis gebeurt, eens aan land gebracht? Die zal jammer genoeg vernietigd worden.” (JRO)

“Weinig vrijheid, veel administratie”

“Wij zijn hier geen supporter van”, zegt directeur Emiel Brouckaert van de Rederscentrale, de koepel van reders in de zeevisserij. “Er waren andere manieren om tot een duurzaam beheer van het visbestand te komen.”

“Wij hebben wel degelijk gezocht naar manieren om de aanlandingsplicht werkbaar te maken en enkele uitzonderingen te bekomen”, aldus Emiel Brouckaert. “We denken dat we echte moeilijkheden vermeden hebben. Maar er zal wel heel wat verplicht opgevolgd en gerapporteerd moeten worden en dat zal heel complex zijn. Onze sector wordt langs alle kanten gecontroleerd. Weinig vrijheid, veel administratie.”

“Op dit moment gaat de vis op het schip al van de spoelbak naar een lopende band, waar ze gesorteerd wordt. De aanlandingsplicht is enkele jaren terug immers al gedeeltelijk ingevoerd. Maar nu komt er nog een extra selectie. De vissers zullen hun manier van werken nog moeten aanpassen en dat zal niet evident zijn. Het is allemaal extra werk. Bovendien kunnen de ongewenste vangsten niet verkocht worden voor menselijke consumptie en zullen ze maar tegen heel lage prijzen verkocht kunnen worden.”

Al veel maatregelen

“Wij waren al langer bezig met het vermijden van ongewenste vangsten”, zegt Emiel Brouckaert. “Dat heeft ook resultaat opgeleverd. Ik denk aan de netten met grotere mazen en het ‘Vlaams paneel’, een soort tunnel in het net, waardoor de kleinere visjes kunnen ontsnappen. En dan is er nog de flip-uprope, een systeem om stenen en andere zaken die de vissen kunnen beschadigen uit te filteren. Al die zaken werden bij de Belgische vloot verplicht ingevoerd. De ervaring zal het leren, maar we verwachten dat er door dat alles niet zo veel ongewenste vangst meer aangeland zal worden.”

“Sommigen hebben geen verstand”

Schipper Joffrey Hollebeke (36) van de O.582 Hombre heeft een dubbel gevoel bij de aanlandingsplicht. “Voor sommigen is het misschien een goede leerschool.”

“De Hombre is eigenlijk maar een klein bootje, waardoor we al snel met een plaatstekort zullen kampen vanaf 1 januari”, reageert Joffrey. “Met ons kleine visruim gaan we om de twee dagen een haven moeten binnenlopen. Natuurlijk is alles haalbaar als je echt wil, maar het moet realistisch blijven”, klinkt het.

“Op zich vind ik de aanlandingsplicht persoonlijk niet slecht, voor sommigen toch. Ik zit een beetje met een dubbel gevoel. Sommigen hebben geen verstand en denken alleen maar aan binnenbrengen. Daarbij houden ze geen rekening met de toekomst. Voor die mannen is de aanlandingsplicht misschien een goede leerschool. Als je zelf al niet door hebt dat je in een gebied vist waar veel (te) kleine vis zit… Wij vangen ook wel eens kleine vis, dat hangt vooral af van het gebied dat je bevist. Op sommige plaatsen zit er meer kleine vis dan grote, maar op andere plaatsen is het net omgekeerd. Dan weet je dat je in dat gebied moet gaan vissen. De aanlandingsplicht zal sommigen doen nadenken, dat is zeker. Wat er met de kleine vis gebeurt, eens aan land gebracht? Die zal jammer genoeg vernietigd worden.” (JRO)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier