Torhoutse brandweerman Jean Delbaere zet een punt achter 24 jaar ambulancewerk

Jean Delbaere , hier voor de laatste keer in 'zijn' ambulance. © Foto JS
Johan Sabbe

Eind januari heeft Jean Delbaere (61) een punt gezet achter bijna 24 jaar ambulancewerk voor de stedelijke brandweer. Honderden ritten heeft hij tot een goed einde gebracht om mensen in nood te helpen. Jean blijft nog wel brandweerman, maar zijn werk als ambulancier zit erop.

Jean runt samen met zijn vrouw Rita Desmet (59) al vele jaren een zaak in schoenherstellingen en lederwaren op de Burg. Het kan er heel druk zijn, maar als Jean dienst had als ambulancier en er een oproep binnenkwam, dan ging dat noodsignaal altijd voor. Intussen nam Rita de bezigheden in de winkel volledig op zich.

“Ik ben haar bijzonder dankbaar dat ze me daar altijd in gesteund heeft”, zegt Jean. “Tegelijkertijd wil ik ook de verpleegkundigen van de Spoed en het MUG-team van het Sint-Rembertziekenhuis bedanken, plus de ambulanciers van de brandweer. Hun collegialiteit is groot geweest. Ik heb veel vriendschap van hen gekregen.”

In de witte Volkswagen

Eind 1989 is Jean, die met Rita in de Nijlstraat woont, tot de Torhoutse brandweer toegetreden en vanaf 1990 werd hij effectief brandweerman. “In dat jaar trad ik toe tot de toenmalige SNIP, de Snelle Interventie Ploeg onder de leiding van luitenant Georges Pannecoucke. Dat team rukte uit bij zware verkeersongevallen. Zo werd ik als starter meteen geconfronteerd met zwaargewonden en dodelijke slachtoffers. Dat was aanvankelijk even slikken, maar geleidelijk aan raakte ik het menselijke leed gewoon, probeerde mijn werk zo goed mogelijk te doen en verdrong de emoties die ermee gepaard gingen. Achteraf gezien, zou de SNIP de ideale voorbereiding blijken te zijn op mijn werk als ambulancier.”

In maart 1994, na vier jaar SNIP-ervaring, werd Jean gevraagd om als ambulancier te starten. “De brandweer had vooral mensen nodig voor overdag en als zelfstandige was ik daar de geknipte man voor, al moest ik dan telkens mijn zaak als schoenhersteller in de steek laten. Je houdt het nu niet meer voor mogelijk, maar toen volstond het om twee cursussen bij het Rode Kruis te volgen om ambulancier te worden: een cursus reanimeren en een cursus verbanden leggen.”

“Het zou de start van een lange carrière met de ambulance worden. Aanvankelijk reden we nog uit met de kleine, witte Volkswagen, een voertuig dat als ambulance niet veel voorstelde. Maar de eisen lagen op dat moment totaal zo hoog niet als nu. En toch slaagden we erin veel mensen te helpen. Het waren de jaren waarin er zich heel wat zware verkeersongevallen voordeden, onder meer in de toen erg gevaarlijke bocht van de Oostendestraat nabij het Kasteel Wijnendale en langs de hoofdweg Torhout-Brugge. Met helaas tal van zwaargewonden en doden tot gevolg.”

Invloed van alcohol

De laatste jaren is het aantal zware ongevallen in de regio afgenomen, vindt Jean. “Ik vermoed dat dit vooral te maken heeft met de strengere controles op rijden onder de invloed van alcohol. Vroeger waren die controles veel beperkter en minder efficiënt. En dus zaten sommige chauffeurs af en toe stomdronken achter het stuur. Als er dan iets misging, waren de gevolgen niet te overzien. Komt daarbij dat de weginfrastructuur tegenwoordig veel verbeterd is. De bocht aan het Kasteel Wijnendale is nu bijvoorbeeld niet zo gevaarlijk meer als toen.”

Enorme voldoening

Om zijn badge als ambulancier te behouden, diende Jean 24 uur opleidingper jaar te volgen. En dat zag hij niet meer zitten. “Ik besloot die opleiding te laten schieten en mijn badge dus te laten vervallen”, zegt hij. “Vandaar dat ik nu met het ambulancewerk gestopt ben. Ik blijf wél nog bij de brandweer actief, want ik wil mijn exit niet té bruusk maken. Ik vind het beter om geleidelijk aan mentaal afscheid van het korps te nemen. Achter al die jaren van vriendschap zet je niet zomaar een punt. Ik ben altijd een gewone pion bij de brandweer gebleven. Ik heb nooit de ambitie gevoeld om in graad te klimmen.”

Doorgaans deed Jean zijn ambulancewerk overdag. Hij bleef nooit in de Torhoutse brandweerkazerne overnachten. “Ik was ‘s nachts wel soms verantwoordelijk voor de tweede ambulance, maar bij een oproep kon ik dan van thuis uit vertrekken. Dat is uiteraard geregeld gebeurd. Het werk als ambulancier valt zeker niet te onderschatten, maar het geeft je een enorme voldoening als je mensen kunt helpen. Dat maakt het de moeite meer dan waard.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier