Nieuwe korpschef en gebouw voor PZ Mira

Frederik Vandecasteele neemt het roer over van Jean-Pierre Coudenys (rechts). © LK
Redactie KW

Na 17 jaar als korpschef geeft Jean-Pierre Coudenys (63) op 1 oktober de leiding over de politiezone Mira (Waregem, Anzegem, Avelgem, Spiere-Helkijn en Zwevegem) door aan Frederik Vandecasteele (42) uit Ingelmunster. De Heulenaar heeft er maar liefst 41 dienstjaren bij de politie opzitten. “Ik ben blij dat mijn opvolger met een volledig korps kan beginnen en binnenkort een gloednieuw gebouw ter beschikking heeft”, zegt afscheidnemend korpschef Coudenys.

Waregems burgemeester Kurt Vanryckeghem (CD&V) zette afgelopen week zijn handtekening onder de verkoopakte voor het gloednieuw politiegebouw dat vanaf november zal verrijzen aan het op- en afrittencomplex van de E17 in Waregem. In het vier verdiepingen hoge kantoorgebouw zullen voor het eerst alle diensten van de politie gecentraliseerd zijn. Dat moet de efficiëntie bevorderen en zorgen voor snellere interventies. Projectontwikkelaar De Steenoven maakt zich sterk dat het nieuwe gebouw begin 2021 in gebruik genomen kan worden. Een mooier cadeau bestaat wellicht niet, bij de overdracht van het bevel over het korps. In oktober neemt Ingelmunsternaar Frederik Vandecasteele (42) de leiding over van Jean-Pierre Coudenys (63).

Jean-Pierre Coudenys: “Het is het enige in mijn hele carrière dat ik een beetje betreur. Ik heb nooit de leiding gehad over een korps waarbij iedereen in hetzelfde gebouw zat. Toen ik in 2001 in Waregem arriveerde, zat de politie op maar liefst acht locaties. Acht! Dat is helemaal niet werkbaar. Ik ben blij dat mijn opvolger dat wel zal kunnen doen.”

Frederik Vandecasteele: “De stad Waregem heeft de voorbije jaren een enorme vlucht genomen. Je merkt dat het hier bruist. Het is de snelst veranderende stad in West-Vlaanderen. Ook op het vlak van KMO’s bijvoorbeeld. Die combinatie, en ons nieuwe gebouw, zorgt ervoor dat de politiezone een aantrekkelijke plek is voor jonge politiemensen om te komen werken. We zijn best populair.”

Nochtans kwam de zone in de zomer van 2017 negatief in het nieuws. Er werd gemord binnen het korps, over een negatieve tevredenheidsenquête en een te hoge werkdruk.

Jean-Pierre Coudenys: “Dat klopt. Daar waren logische verklaringen voor. We kampten toen met veel zieken, er waren veel mensen in verlof en de resultaten van die enquête waren inderdaad niet goed. Alleen, sommigen – en ik noem geen namen – hebben daar een politiek spelletje van gemaakt. En de vakbonden hebben alles nog eens opgeblazen. Uiteindelijk is beslist om bijkomende aanwervingen te doen en is het dossier rond het nieuwe gebouw in een stroomversnelling gekomen. Goeie beslissingen, waardoor mijn opvolger met een volledig korps en een nieuwe gebouw kan beginnen.”

Een korpschef die nooit in de interventiedienst gewerkt heeft, mist die niets?

Frederik Vandecasteele: “Ik ervaar dat niet als een gebrek. In mijn job ben je meer bezig met het aansturen van mensen dan met het echte veldwerk. En als het nodig is, heb je altijd mensen op wie je een beroep kan doen.”

Jean-Pierre Coudenys: “Ervaring in de interventie is een pluspunt, maar geen must. Voor mij waren het wel de mooiste jaren in mijn carrière, die acht jaar interventie bij de Kortrijkse Gemeentepolitie. Dat is het echte politiewerk waarvoor je ooit bij de politie bent begonnen. Je kan van onze job toch niet zeggen dat het echt politiewerk is?” (lacht).

U hebt de criminaliteit in uw 41 dienstjaren enorm zien veranderen.

Jean-Pierre Coudenys: “Het openlijk geweld is afgenomen. Vroeger hadden we onze vaste klanten die we elk weekend moesten oppakken omdat ze een café kort en klein sloegen. Dat gebeurt nu maar heel zelden. Nu heb je computercriminaliteit, rondtrekkende inbrekersbendes, transmigranten. De internationalisering is normaal geworden. Toen er ooit een bende Fransen letterlijk kwam schieten op de Paasfoor in Kortrijk was dat bijna wereldnieuws. Fransen! Over de grens in België! Nu is het normaal dat Britse agenten in de haven in Zeebrugge komen controleren.”

Op vlak van materiaal is er ook een wereld van verschil in vergelijking met vroeger.

Jean-Pierre Coudenys: “Ik ben bij de gemeentepolitie begonnen met een typemachine van het merk ‘Adler’, bouwjaar 1942. Een toestel dat door de Duitsers na de oorlog is achtergelaten. Later kocht ik met mijn eigen centen een elektronische typemachine, de enige in het hele bureau. Nog later kregen we computers, twee: één voor mij en één voor mijn baas. Je kan je dat nu niet meer voorstellen. Maar ik vind dat je altijd mee moet met de nieuwste technologie. Bij de politie kan je niet anders.”

Frederik Vandecasteele: “Het komt er toch op aan om doordachte keuzes te maken. Kijk naar de ANPR-camera’s, die automatisch nummerplaten herkennen. Wij worden om de oren geslagen met software daarvoor. Als je voor een bepaald systeem kiest, kan het zijn dat je software binnen de drie jaar alweer verouderd is. Een privébedrijf gooit die software dan weg en installeert nieuwe, maar bij de overheid kan je je dat niet permitteren. En dus moet je goed nadenken.”

Heeft u nog een tip voor uw opvolger?

Jean-Pierre Coudenys: “Blijf jezelf. Laat je niet onder druk zetten of je voor bepaalde karretjes spannen. Als ik ‘s morgens wakker word, is het eerste wat ik doe eens goed schrikken van de spiegel (lacht). Mijn tweede gedachte is dat ik beslissingen genomen heb waarmee ik kan leven. Het is voor een korpschef soms heel lastig, je beslissingen zijn vaak ingrijpend in een mensenleven en worden door weinig mensen gesmaakt. En hier (wijst naar zijn bureau, LK) zit je altijd alleen.” (LK)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier