De ouders van Moïse Lamine Bangoura, de 27-jarige ex-voetballer van Club Brugge en KSV Roeselare die in mei om het leven kwam bij een uithuiszetting, schreeuwen in een exclusief interview met Krant van West-Vlaanderen hun onmacht uit.
“Er kwam bloed uit zijn linkeroor, langs zijn wangen liepen tranen. De politie zegt dat hij gevallen is, maar we geloven er niets van. Waarom mogen we drie maanden na zijn dood nog altijd niet weten hoe Lamine om het leven gekomen is en welke rol de politie precies gespeeld heeft?”.
Het gerecht weigerde de ouders onlangs voor de tweede keer inzage in het onderzoeksdossier. Hun geloof in justitie is de familie Bangoura niet kwijt, alleen vragen ze zich af waarom het allemaal zo lang moet duren. “Het lichaam van Lamine ligt al drie maanden bij de begrafenisondernemer. Hij ligt er in zijn short in een lijkzak. We willen hem in Afrika begraven, waar hij geboren is, maar we mogen niet. We mogen het lichaam zelfs nu nog altijd niet helemaal zien, we mogen hem geen propere kleren aandoen. Afscheid nemen, kunnen we nog niet. Wanneer mogen we de waarheid weten en kunnen we eindelijk beginnen rouwen?”, vragen vader Jean-Pierre en moeder Marthe zich af.
Ook bij de vrienden van Lamine blijft de pijn, het verdriet en de woede om zoveel onduidelijkheid groot. Nieuwe manifestaties, zoals in juni, sluiten ze niet uit.
(LK)
Lees het hele interview vrijdag in Krant van West-Vlaanderen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier