Een stok tussen je benen en gewoon knallen: onze vrouw is klaar voor BK zwerkbal

xxx
Annelies Nollet
Annelies Nollet medewerker KW Kortrijk-Menen

Zaterdag vindt in Mechelen het Belgisch kampioenschap zwerkbal plaats. Acht teams zullen er strijden om de titel van beste team van het land. De Undead Dragons, een gloednieuwe West-Vlaamse ploeg, waagt er zijn kans. Onze vrouw veroverde door een gebrek aan spelers, niet op basis van talent een plekje in het team.

Woensdagnamiddag 27 februari. Het zonnetje schijnt, de vogeltjes fluiten en ik zit op een terrasje bij een aangename 20 graden. Plots rinkelt mijn telefoon. Of ik niet wil meedoen aan het Belgisch kampioenschap zwerkbal? Als fervente Harry Potter-fan die alle boeken al minstens tien keer verslonden heeft én een sticker op haar toilet heeft hangen ‘Ministry of Magic this way’, hoef ik daar niet lang over na te denken. Een telefoontje naar de eindredacteur en de deal is geklonken. Erg sportief ben ik wel niet, maar het mooie weer heeft mijn goesting om uit mijn luie zetel te komen aangewakkerd. Mijn innerlijke nerd doet een vreugdedansje. Voor de dreuzels (gewone stervelingen in de verhalen van Harry Potter, mensen zonder magische krachten, red.) onder ons: zwerkbal is de sport die Harry Potter en zijn vrienden spelen op bezemstelen, enkele tientallen meters boven de grond. Het ziet er allemaal heel bevrijdend en spectaculair uit.

Bezemstelen en trefballen

Een aantal dagen later, zondagochtend vroeg, het KMI heeft code oranje uitgeroepen. Ik sta in de gietende regen en striemende wind te bevriezen in mijn veel te dunne sporttenue die ik ergens onderaan een lade heb opgeduikeld. Van de coach krijgen we de opdracht om het veld klaar te zetten. Drie grote hoepels op stokken aan de ene kant, drie aan de andere. “Wat moet er met die grote zak met korte stokjes gebeuren?”, vraag ik me luidop af. “Dat zijn de bezems”, lacht onze coach. “Die gaan tussen je benen.” Toegegeven er zijn dingen die ik liever doe dan rondrennen met een stok tussen mijn benen.

Een stok tussen je benen en gewoon knallen: onze vrouw is klaar voor BK zwerkbal

Eerste fijne ontdekking van de dag: mijn iets forsere derrière is toch nog ergens goed voor. Waar de jongens hun bezems moeten vasthouden bij het lopen, blijft die van mij mooi steken op mijn vetrolletjes. Maar dat kan mij niet echt troosten als ik weer eens op neerga en een mond vol modder hap. Ik leer dat ik als ‘drijver’ aan de bak moet. In de films slaan drijvers met baseballknuppels ijzeren ballen naar de ploeg van de tegenstrever. In het echt blijk ik alleen met trefballen te mogen gooien. Wat misschien nog erger is: ik moet die trefballen ook vangen. Voor iemand met een gebrekkig dieptezicht is dat best veel gevraagd. Als ik voor de zoveelste keer een kletsnatte bal door mijn vingers laat glippen, spreekt een van mijn teamgenoten me aan. “Tu dois le faire comme ça”, raadt hij me aan. Ik staar onbegrijpend in zijn richting. Mijn tweetaligheid begint niet voor 10 uur ‘s ochtends. Al helemaal niet in het weekend. “You take ball like this? Yes?”, roep ik. Hij maakt behulpzaam een driehoekje met zijn vingers.

Zwerkbal of quidditch was oorspronkelijk een fictieve sport uitgevonden door de J.K. Rowling. De Britse schrijfster van de Harry Potter-boeken. Net zoals in de boeken spelen er per wedstrijd twee teams van zeven spelers tegen elkaar, die gedurende de wedstrijd steeds een stok of een bezemsteel tussen hun benen houden. Het belangrijkste verschil is natuurlijk dat de spelers niet vliegen op de bezems, alles speelt zich af op de grond. De sport nam verschillende elementen uit andere sporten zoals rugby, trefbal, en handbal over. Zo mag er getackeled worden, zij het onder strenge voorwaarden. Er zijn vier ballen in het spel. De slurk wordt achterna gezeten door drie jagers, zij maken de doelpunten. De twee drijvers proberen met beukers spelers van de tegenstander een time-out te bezorgen. De wachter beschermt de doelringen en de zoeker gaat achter de snaai aan.

Diversiteit

Drie uur en minstens vijf ongevoelige ledematen later ben ik doorweekt en begrijp ik nog altijd geen snars van de spelregels. Mijn innerlijke nerd zit al lang met een warme chocomelk en onder een fleecedekentje op de zetel. En toch heb ik ontdekt dat zwerkbal eigenlijk een fantastische sport is en dat ligt vooral aan de mensen die het spelen. De link tussen de sport en de wereldberoemde boeken van J. K. Rowling wordt steeds vager. Er komen dus niet enkel fanboys en -girls op af. Mensen die houden van een tactische, intensieve sport zijn er ook als de kippen bij. “Maar wat het meeste aanspreekt is de verdraagzaamheid, de diversiteit en het feit dat iedereen zo open is”, vertelt mijn teamgenote Pauline Raes (25) uit Oostende. “Iedereen accepteert je hier zoals je bent. Als een jonge gast zin heeft om te komen trainen met vlindervleugels, dan kijkt niemand daar echt van op. Dat is waarom ik meteen na mijn eerste training vijf jaar geleden verkocht was.”

xxx
xxx

Op het podium?

Pauline werd voor het eerst meegesleurd naar een training door vrienden die in Gent speelden. “De sfeer was er heel uitgelaten en aangenaam. Helemaal anders dan bij jiu jitsu, de sport die ik op dat moment deed. Toen ik in Kortrijk op kot zat, stopte ik met vechtsporten en pendelde ik twee keer per week naar Gent om te trainen. Dat was soms wat gênant want in het begin hadden we enkel een veld, geen douches of kleedkamers. Ik had dan ook heel wat bekijks als ik van top tot teen bedekt in modder de trein op kroop (lacht). Maar daar zag ik echt niet tegenop, integendeel, ik keek er elke keer weer naar uit.”

De spelregels? Je leert het door te spelen. En anders schreeuw ik wel vanaf de kant wat je moet doen – Lore Badts, coach Undead Dragons

Pauline is net zoals ik een drijver. Maar het is al een tijdje geleden dat ze nog op het veld stond. “Ik ben een even aan de slag geweest als scheidsrechter en help nu vooral nationale en internationale tornooien organiseren”, legt ze uit. “De wereldkampioenschappen in Frankfurt en Firenze bijvoorbeeld en ook het Europees kampioenschap in Oslo van twee jaar geleden. Maar het bleef toch kriebelen om weer op het veld te staan. Nochtans heb ik wel getwijfeld toen ik gevraagd werd voor de Undead Dragons. Zwerkbal blijft immers een contactsport met een redelijke kans op blessures.” Pauline ziet mij even slikken. “Maar geen zorgen hoor”, stelt ze me gerust. “De truc is gewoon om er volledig voor te gaan. Als je bang bent dat er iets zal gebeuren, dan gaat het ook gebeuren. Je moet gewoon volle gas gaan.”

xxx
xxx

Coach en ondervoorzitster van de Belgian Quidditch Federation, Lore Badts (24) lijkt dezelfde mening toegedaan. Zij durft zelfs al dromen van een podiumplaats voor haar in alle haast nieuw samengestelde team. “Het was de bedoeling om een team te bouwen dat bestaat uit mensen met en zonder ervaring”, stelt ze me gerust. Naast mezelf doen er blijkbaar nog een vijftal andere leken mee. “Het is belangrijk dat we genoeg mannen en vrouwen hebben”, vertelt Lore. “Zwerkbal is een van de weinige sporten waar een genderregel van kracht is. Er staan altijd zeven mensen op het veld en maximaal vier van hen mogen van hetzelfde geslacht zijn. Dat geslacht hangt trouwens af van hoe jij je identificeert, we plakken hier geen labels.”

Complex maar leuk

Als ze mij nog eens de ingewikkelde set regels probeert uit te leggen die zwerkbal met zich meebrengt, staat mijn blik blijkbaar al snel weer op oneindig. Want ze beëindigt haar betoog met een oeroud cliché. “Je zal het al doende wel leren. En anders schreeuw ik wel vanaf de kant wat je moet doen (lacht).” Het zal dus zeker niet aan mij liggen als we zaterdag winnen. Maar leuk wordt het hopelijk wel. En wie weet verdwijnen die vetrolletjes wel als ik genoeg heen en weer loop over het veld.

Mensen die willen komen kijken hoe wij een pak slaag krijgen van Luik zijn zaterdag 16 maart vanaf 9 uur van harte welkom in De Nekker in Mechelen.