De West-Vlaamse Chaussée d’Amour is steendood

(Foto MM)
Axel Vandenheede

“Het is hier dood, meneer. Steendood!” Een uitbater van een privéclub in Wevelgem windt er geen doekjes om als we vragen hoe de zaken gaan. “De burgemeester zal krijgen wat hij wil: de privéclubs in Wevelgem zullen allemaal verdwijnen.”

Deze reportage maakt deel uit van ons dossier Prostitutie in West-Vlaanderen.

Van 22 naar amper 10 in drie jaar: de West-Vlaamse Chaussée d’Amour, de Kortrijkstraat-Menenstraat in Wevelgem, heeft veel van zijn pluimen verloren. “De afgelopen jaren heeft een aantal bars noodgedwongen de deuren moeten sluiten“, aldus een uitbater die liever niet met naam in de krant komt. “En er zullen er nog volgen. Logisch, want als uitbater worden we weggepest door het gemeentebestuur. Een belasting van 5.000 euro per jaar, controles door de politie en overheidsinstanties zoals de RSZ en de sociale inspectie, almaar strengere eisen rond brandveiligheid… Nu hebben we te horen gekregen dat we een nieuw brandalarm moeten installeren. Wie dat niet doet, riskeert zijn ‘boetiek’ te moeten sluiten omdat zijn vergunning kan worden ingetrokken. Akkoord, je moet in orde zijn. Maar een aantal maatregelen is vergezocht.”

Bezieler van die maatregelen is burgemeester Jan Seynhaeve (CD&V), die het grote aantal bars en privéclubs in zijn gemeente én de daarbij horende visuele vervuiling vijf jaar geleden beu was. “Toen we in september 2012 een strikt reglement rond bars uitwerkten, was dat niet omdat we geen enkele bar meer wilden in Wevelgem. Wel wilden we vermijden dat een zaak die stopte meteen door een andere werd vervangen.”

Geschiktheidsverklaring

(Foto MM)
(Foto MM)

“In het reglement staan tal van zaken vermeld waaraan een uitbater zich moet houden. Het gaat bijvoorbeeld om het aantal en soort lichtpunten dat gebruikt mag worden. De lampen mogen niet flikkeren en moeten in dezelfde kleur zijn. De bar of privéclub mag ook niet te dicht bij een school liggen, een horecazaak, een gebouw van de eredienst… In die zin hebben we de afstand eind vorig jaar, toen het reglement een update kreeg, verdubbeld: van 100 naar 200 meter. Let wel, die nieuwe afstandsregel kunnen we enkel toepassen als we een aanvraag voor een nieuwe club krijgen.”

“Verder houdt het reglement een geschiktheidsverklaring in. Zonder zo’n attest kan je geen eigenaar of uitbater zijn. De geschiktheidsverklaring moet aangevraagd worden bij het schepencollege en omvat onder meer een kopie van de brandpolis en een uittreksel uit het strafregister in het Nederlands. Ook de stedenbouwkundige aspecten van het pand moeten volledig in orde zijn.”

Burgemeester Jan Seynhaeve. (Foto RN)
Burgemeester Jan Seynhaeve. (Foto RN)© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN

“We wilden vermijden dat een zaak die stopte meteen door een andere werd vervangen”

Opvallend: volgens de burgemeester was het merendeel van de uitbaters niet tegen zo’n reglement. “Dat bleek tijdens een vergadering eind 2012 waarop we iedereen hadden uitgenodigd. Wel hoorden we toen dat sommige uitbaters zeiden dat ze nog maar een jaartje verder gingen doen en daarna zouden stoppen of met pensioen gaan. Het is namelijk zo dat het reglement in januari 2013 inging en elke uitbater een jaar de kans kreeg om zich in regel te stellen. In elk geval hebben veel bars en privéclubs sinds begin 2013 de deuren gesloten en is er nog geen enkele nieuwe bijgekomen. Sommige worden wel nog overgenomen, maar als een bar te lang dicht blijft, wordt ze geschrapt. Als er zich dan een overnemer meldt, beschouwen we het pand als een nieuwe bar en passen we strikt het reglement toe.”

(Foto MM)
(Foto MM)

Naast het strenge reglement moeten uitbaters van een bar of privéclub ook jaarlijks een extra belasting van 5.000 euro betalen. Burgemeester Seynhaeve: “Doen ze dat niet en zijn ze huurder, dan wordt de eigenaar aangesproken. Doet de uitbater niet vrijwillig aangifte van zijn zaak, dan komt daar een boete van 20 procent bovenop. In totaal gaat het dan om 6.000 euro. Tot slot moet ik zeker de intensieve controles vermelden.”

Samen met RSZ en RVA

Bij die controles is politiezone Grensleie telkens van de partij. “Er zijn twee soorten controles“, legt de coördinator van de sectie mensenhandel van de politiezone uit. “De periodieke en de georganiseerde. Bij een periodieke controle gaat de politie ter plaatse met twee personen en kijkt welke meisjes aanwezig zijn. Bij een georganiseerde controle zijn niet alleen de politie maar ook de RSZ, de RVA, de sociale inspectie en de overheidsdienst Financiën betrokken.”

Tijdens een georganiseerde controle, die enkele keren per jaar plaatsvindt, worden de bars en privéclubs nauwgezet gecontroleerd. “De politie kijkt of er geen illegalen of minderjarigen werken en de RSZ of de bar in orde is met de sociale zekerheid. Dat is regelmatig een probleem: uitbaters betalen vaak te weinig bijdragen.”

Ronselen

“Zwartwerk komt bijna nooit voor. Wel gebeurt het dat meisjes geen arbeidskaart hebben om in België te mogen werken. Het gaat vaak om meisjes met de Spaanse, Portugese of Italiaanse nationaliteit die een Zuid-Amerikaanse of Afrikaanse achtergrond hebben. Ook Franse vrouwen hebben soms niet de juiste documenten om hier te werken. Dan is het onze taak om ze de grens over te zetten.”

De West-Vlaamse Chaussée d'Amour is steendood

Volgens de coördinator is het opmerkelijk hoeveel verloop er is bij de bars. “Er zijn maar weinig meisjes die twee maanden in dezelfde bar of privéclub werken. Dat zien we bij de periodieke controles wanneer de namen worden geregistreerd. Die meisjes blijven maar een aantal weken en zijn dan plots verdwenen, wellicht werken ze hier tot ze volgens hen genoeg geld hebben verdiend. We zien ook almaar meer meisjes uit Hongarije en Roemenië en minder uit Frankrijk. Wellicht worden zij via het internet geronseld.”

Fabrieken

Dat stelt ook de uitbater vast. “Er zijn nog privéclubs die goed draaien in Wevelgem, maar dat zijn dan eerder fabrieken waar een pak meisjes werken. Vaak komen die meisjes dan nog uit voormalige Oostbloklanden en zijn ze na enkele weken alweer weg. Dat is niet mijn manier van werken en dat wil ik zo houden. Bij mij komt ook niet iedereen erin. Ik kijk eerst welke mannen er willen binnenkomen. Als die heel jong zijn of geen sérieux uitstralen, doe ik de deur zelfs niet open.”

De uitbater stelt vast dat de klanten wegblijven. “Vroeger werkte ik met vier, vijf meisjes, nu nog met amper eentje. En die moet maar een aantal uur per week komen, want er is gewoon geen werk voor haar. We zien niemand meer. Je moet maar eens door de Kortrijk- en Menenstraat passeren na 20 uur, het is hier doods. Wat zeg ik, steendood! Vroeger staken ‘s avonds veel Fransen de grens over, dat is nu ook verleden tijd. Volgens mij komt dat onder andere door die scherpe grenscontroles in het kader van het antiterrorisme.”