Daniil Lavrovski ruilt binnenkort zijn geliefde Brugge voor andere oorden

Daniil Lavrovski. © Davy Coghe
Redactie KW

Als je een billboard voorbij komt van McDonald’s, dan kijk je naar een ‘echte’ Daniil Lavrovski. De Bruggeling is pas 24 jaar, maar geeft zich keihard om de top van de fotografie te bereiken. “Het gaat mij niet om beroemd worden, ik wil gewoon supergoed worden in mijn werk.”

De namen Stephan Vanfleteren en Anton Corbijn vallen om de haverklap tijdens ons gesprek. Het ligt er vingerdik op dat Daniil Lavrovski enorm opkijkt naar deze twee fotografen en hun indrukwekkende palmares. Mogen we over x-aantal jaar de naam Daniil Lavrovski toevoegen aan dit lijstje klassebakken? Als het aan Daniil ligt, zeker wel. Hij smijt zich helemaal in de fotografie en probeert zichzelf constant te vernieuwen. En dat werpt zijn vruchten af. Daniil behoort tot het fototeam van De Morgen, een van zijn grote dromen ging zo in vervulling. “Ik ga pas rust vinden als ik wereldniveau heb bereikt.”

Daniil Lavrovski, niet bepaald een klassieke West-Vlaamse naam. Waar liggen jouw roots?

“Ik kom uit een Russische muzikantenfamilie. Mij mama is pianiste, mijn opa is klarinet- en saxofoonleraar en mijn oma is dirigente. Zelf heb ik ook altijd gedrumd, ik had al sinds mijn twee jaar gevoel voor ritme. Omdat heel mijn familie les gaf aan het conservatorium in Kaliningrad, ging ik vaak mee naar de muziekschool. Ik werd constant ondergedompeld in de wereld van klassieke muziek en jazz. Daardoor ben ik zo vroeg beginnen drummen. Maar op mijn twaalfde ben ik daarmee gestopt, ik wou liever gaan skateboarden.”

Nooit spijt van gekregen?

“Mega. Mocht ik geen fotograaf geworden zijn, was ik wellicht muzikant geworden. Het zat er heel dik in.”

Wat trok jullie aan in Brugge om er jullie thuisland voor te ruilen?

“We verhuisden tien jaar geleden naar Brugge. Daarvoor woonden we in Oostduinkerke. Maar we zijn destijds naar België verhuisd omdat mijn ma altijd de drang had om weg te gaan uit Rusland. Zij en ik zijn verhuisd toen ik vijf jaar was.”

Wat heeft jullie naar Brugge gebracht?

“Ik ben het middelbaar gestart in de Latijnse, maar na twee jaar besefte ik dat dit niets voor mij was. Su-per-saai! Ik had geen ambitie om dokter te worden of zo, mijn talent lag in plastische opvoeding. Ik wou een kunstrichting volgen en de eerste beste kunstschool die we vonden was de Maricolen. In het derde ben ik naar hier gekomen en zijn we ook naar Brugge verhuisd. Ik was heel content, want ik was de kust kotsbeu. Ik kon geen zand meer zien.” (lacht)

“Ik woon hier heel graag. De vrienden die ik hier leerde kennen in het derde middelbaar, zijn nog altijd mijn beste vrienden. Ik heb in de Maricolen een prachttijd beleefd waar ik enkel goeie herinneringen aan overhoud, ook aan de leerkrachten.”

Ben je van plan om ooit nog terug te keren naar Rusland?

“Neen, ik ben er niet meer geweest sinds ik er op mijn vijfde vertrokken ben. Het is ingewikkeld om Rusland terug binnen te gaan als je verhuisd bent naar een ander land. Ik heb nog mijn Russische nationaliteit en in Rusland heb je dienstplicht van twee jaar. Dus als ik het land zou binnen gaan, is de kans groot dat ik die dienstplicht moet vervullen. En ik heb hier wel betere dingen te doen dan dat. (lacht) Het risico is ook dat ze mij niet meer binnen laten in Rusland of omgekeerd, niet meer buiten laten. Russen die verhuisd zijn naar een ander land worden beschouwd als landverraders. In die middeleeuwse gedachtegang kan ik mij niet vinden. Voor mij is Rusland een vreemd land. Ik ben Belg in hart en nieren.”

De toekomst lonkt, blijf je in Brugge?

“Ik zie mijn vrienden enorm graag en voor hen zou ik hier absoluut willen blijven, maar ik ben ambitieus met mijn fotografie en ik denk niet dat het hier in in Brugge zal gebeuren. Daarom verhuis ik binnenkort. Ik twijfel of ik wel in België zal blijven Als ik dat doe, zal het in Antwerpen of Brussel zijn. Anders Rotterdam en van daaruit zien we wel waar de fotografie me naartoe brengt.”

“Als ik geen fotograaf was geworden, dan was ik nu een muzikant. Die kans zat er heel dik in”

“Ik denk dus ook dat ik zal moeten stoppen met mijn opleiding. Het was nu al heel moeilijk te combineren met mijn foto-opdrachten. Een diploma is niet nodig om als fotograaf te kunnen werken, maar het is wel handig als je bijvoorbeeld later ooit les willen geven. Maar voor een fotograaf is zijn portfolio uiteraard belangrijker dan zijn diploma. Een blad papier beslist niet of je een goede of slechte fotograaf bent.”

Wist je snel dat je fotograaf wou worden?

“Op mijn 16de heb ik mijn eerste camera gekocht en ik was meteen zodanig geobsedeerd dat ik geen fotografie wou studeren. Ik wist toen wel al perfect zeker dat ik fotograaf wou worden. Met dat ik al heel mijn leven bezig was met tekenen, schilderen en kunst leek het me wel een logische keuze om grafische vormgeving te studeren. Toch ben ik overgestapt naar fotografie.”

“Tijdens mijn studies ben ik beginnen te werken. Dat is allemaal heel geleidelijk gegaan, maar het bolde wel goed. Ondertussen werk ik al zo’n drie jaar voor Redbull. Nu in de zomer doe ik vooral veel festivals. Het is heel druk, maar ik heb het zo graag. Ik heb zelfs quasi geen tijd om te slapen, zodanig druk is het. En het festivalseizoen is nog niet ten einde. ‘t Is een mooie job, ondertussen geniet ik van de muziek. Dat doet mijn foto’s er op een zekere manier ook uitspringen, ik ga mee op in de sfeer. De meest spontane foto’s zorgen voor het beste resultaat. Je moet zorgen dat je op dezelfde golflengte zit met het publiek.”

Ondertussen sieren je foto’s ook De Morgen. Hoe ben je daar binnen geraakt?

“Thomas Sweertvaegher, een vriend van mij, is al vele jaren fotograaf voor De Morgen en tijdens de Warmste Week zocht men iemand die een fotoreportage wou maken. Goed voor zes pagina’s. Ze vonden niet meteen iemand en Thomas gaf mijn naam door. Zo ben ik twee dagen op pad gegaan voor De Morgen. En ik moet zeggen: dat was twee dagen megahard stressen. Ik wou al heel lang werken voor De Morgen. Ook Stephan Vanfleteren werkte voor De Morgen en hij is één van mijn grote helden. Door zijn beelden ben ik destijds beginnen te fotograferen.”

“Ik heb de nationale campagne van McDonald’s geshoot. Mijn grootste campagne tot nu toe. Het is beestig om je werk te zien hangen op billboards in ‘t stad!”

“Voor die opdracht van de Warmste Week, moest ik op zoek gaan naar speciale dingen, curiositeiten. Er kwamen zoveel prikkels op mij af, dat ik niet wist wat ik moest doen. Met een klein hartje heb ik het resultaat afgegeven, maar bij De Morgen waren ze zo tevreden dat ze me vroegen om bij hun fototeam te komen. Ik had nooit gedacht dat het zo vanzelf zou gaan.”

Je plannen zijn groots…

“Eigenlijk wel ja. Als ik iets doe, wil ik er graag écht goed in zijn. Het gaat mij niet over beroemd worden, ik wil gewoon super-super-supergoed worden in mijn werk. Ik wil mijn niveau constant verbeteren, blijven vernieuwen. Ik ga pas rust vinden als ik op topniveau ben.”

Je legt jezelf veel druk op?

“Megaveel. Ik vergelijk mijn werk ook constant met dat van anderen, om de lat nog hoger te kunnen leggen. Laatst was ik op een lezing van Anton Corbijn. Hij heeft de golden age van de muziek meegemaakt. Hij is er echt ingerold en heeft iconische artiesten kunnen fotograferen. Toen dacht ik: van mij zal het misschien niet zo gaan, maar het is effectief wel mogelijk om op een hoog niveau te geraken door consistent te blijven werken en goede dingen te kunnen doen. En uiteraard moet je hier en daar wel eens geluk hebben ook.”

Daniil Lavrovski.
Daniil Lavrovski.© Davy Coghe

“Weet je, er zijn superveel goede fotografen in België die staan te springen om de opdrachten te doen die ik mag doen. En voor een lagere prijs. Het is een harde wereld. Maar zonder die concurrentie zou je die drang niet hebben om altijd maar beter te doen. Ik probeer mezelf constant te vernieuwen. Je weet als iets aanslaat als het gefaket wordt.”

In welke richting wil je evolueren?

“Ik wil graag artiesten blijven fotograferen, maar ook verder gaan in de reclame. Die sector verdient goed en je werkt meestal met een tof team een concept uit. Nu heb ik de nationale campagne van McDonald’s geshoot. Mij grootste campagne tot nu toe. Het is beestig om je werk te zien hangen op billboards in ‘t stad!”

Heb je nog grote dromen?

“Op wereldniveau geraken, Anton Corbijn en Stephan Vanfleteren. Dat is niet alleen mijn droom, maar ook mijn doel en ik zal er alles voor doen om dat te bereiken. Mijn tweede grote droom is wonen in een warm land en constant vliegen om mensen te portretteren, werken voor muzikanten.” (BC)

De tips van Daniil

Lekker eten

“Ik ga graag iets eten in De Republiek. Op café gaan doe ik in ‘t Verdriet van België aan het Kraanplein. Altijd goede sfeer, leuk gezelschap. In de Kuipersstraat kom ik niet meer, wat is daar gebeurd?! Vreemde buurt geworden sinds de L’Amaral verdwenen is… Het nachtleven in Brugge is redelijk marginaal geworden. En zoveel dat er gevochten wordt. Niet normaal…”

Mooiste plekje

“Ik vind Brugge prachtig, maar ik heb het wat gehad met de toeristen. Ze lopen overal tussen en door. Maar Brugge is en blijft thuiskomen voor mij, het staat voor rust. Ik hou enorm van het Ryckeveldebos. Ik ga daar al altijd graag naartoe en ik kom daar echt tot rust. Natuur heb ik nodig in mijn leven. Ik heb constante prestatiedruk en stress, de natuur maakt me rustig.”

Reizen

“Ik reis niet veel, ik wil nu vooral werken. Ik zou later wel nog een wereldreis willen maken, maar ik plak daar geen datum op.”

“Denemarken en meer bepaald Kopenhagen vind ik de max. Ik ben er al twee keer geweest. Een keer op reis en een keer om een workshop te geven. Workshops en lezingen geven, ligt me wel. Gastdocent worden zie ik wel in me. Je kunt geen ervaring ontdoen, je doet alleen maar ervaring op. Het lijkt me logisch om dat over x-aantal jaar te delen. Je mag niet egoïstisch zijn op je ervaring, je moet kunnen inspireren.”

Shoppen

“Shoppen doe ik in Think Twice, de tweedehandswinkel die ook een vestiging heeft in de Sint-Jakobsstraat. Het is er goedkoop, je vindt er unieke dingen en je recycleert op die manier. En daarnaast ga ik ook naar de skateshops Nine One One en The Fat Flamingo. Ik vind het niet gemakkelijk om een broek te vinden, er is maar één fit die me echt goed zit en dat is de Dickies 874. Die kun je kopen in skateshops of in werkkledijwinkels.”

“Ik ben kieskieurig op vlak van kleding. Aan winkels als H&M heb ik het schijt. Ik kán gewoon ook niet in die broeken van de mainstreamwinkels, die zitten pokkestrak bij mij. Ik ben bewust bezig met mode, ook omdat ik gepassioneerd ben door ontwerp in het algemeen.”