Boudewijn Baertsoen (TAC Rally Tielt): “Strengere veiligheidseisen doen ongevallen dalen”

Met de TAC Rally in het verschiet zal het Tieltse asfalt weer heel wat brullende motoren en gierende banden te verwerken krijgen. Met Pieter Tsjoen, Freddy Loix, Kris Princen en vorig jaar nog Vincent Verschueren kan men al heel wat mooie namen op de erelijst terugvinden. Boudewijn Baertsoen en zijn team zorgen ervoor dat de rally zo veilig mogelijk kan verlopen.

Naar jaarlijkse traditie vindt op vrijdag 6 en zaterdag 7 april de rallysport zijn weg naar Tielts grondgebied. Om alles in goede banen te leiden, is er een degelijke organisatie nodig. Een van de personen die een oogje in het zeil dient te houden is Tieltenaar Boudewijn Baertsoen.

Van waar komt jouw passie voor de rallysport?

Boudewijn Baertsoen: “Het is meer de passie voor het organiseren en niet de passie voor de rally op zich. Ik was vroeger coach van de waterpolo- en zwemclub. En met die clubs gingen we dan in de jaren 80 gaan helpen bij de rally. In het begin deden we de entreeposten, maar op den duur waren we met de grootste groep en voorganger Jan Verstraeten, die in het bestuur van de TAC Rally verantwoordelijk was voor de entreeposten, stopte ermee. Zo ben ik in het bestuur van de TAC gekomen. Mijn eerste ervaring die ik opdeed, waren dus de entreeposten. Na een tijdje boog ik me over het veiligheidsluik, in het kader van mijn beroep, en omdat de veiligheid toch heel wat veranderde. Er moesten dan ook draaiboeken gemaakt worden en zo ben ik er eigenlijk ingerold.”

Hoe lang zit je nu al in het organisatiecomité?

“Dat is in twee etappes gegaan. In 1985 of 1986 maakte ik er even deel van uit, maar ik ben dan uit het bestuur gegaan. Ik bleef wel meehelpen in mijn functie als verantwoordelijke van de entreeposten. 20 jaar geleden ben ik teruggekeerd in het bestuur en nu ben ik ondertussen 15 jaar secretaris.”

Zelf zeg je dat de veiligheid in de rallysport veel is veranderd. Wat is het grootste verschil in vergelijking met 20 jaar geleden?

“Het grootste verschil is dat je een compleet veiligheidsboek moet hebben, waar onder meer in staat welke zones dienen afgebakend te worden op elke klassementsproef (KP). Er dient dus per KP een plan gemaakt te worden waarop staat waar je toeschouwers verwacht en waar de veiligheidszones zijn waar het volk niet mag staan. Dat dient post per post afgezet te worden. Deze zones zijn behoorlijk uitgebreid om natuurlijk te vermijden dat er zich ongevallen zouden voordoen, waarbij publiek betrokken is. Op elke KP staat er tegenwoordig een dokter met een verpleger en ook een ambulance met twee hulpverleners van het Rode Kruis.”

Zorgden ongevallen in het verleden ervoor dat de veiligheid werd aangescherpt?

“Dat is wel degelijk de oorzaak. Naar aanleiding van een aantal ongevallen die zich hebben voorgedaan, werd naar een vast stramien gegrepen om mee te werken. Naarmate de tijd verstrijkt werd het strenger en strenger, ook al doen er zich geen ongevallen voor.”

“Op elke KP staat er een dokter, verpleger en ambulance”

Vrijdag en zaterdag wordt de TAC Rally gereden. Wanneer begint nu precies jullie voorbereiding?

“Dat hangt er van af. Dit jaar behouden we al onze KP’s zoals ze waren. Zo hebben we met vier maanden voorbereiding genoeg. Als je de KP’s moet beginnen uittekenen omdat je ze wilt veranderen, moet je rekening houden met zes maanden. Drie maanden voor de datum van de rally moeten de aanvragen allemaal binnen zijn bij de gemeente, provincie en Binnenlandse Zaken. Dan moet het veiligheidsboek opgesteld en goedgekeurd worden. Dat is puur naar veiligheid toe. Sportief gezien moet je een bijzonder reglement opmaken dat op tijd moet verschijnen. Anderhalve maand voor de wedstrijd dienen de inschrijvingen opengezet te worden. Daarnaast heb je nog tal van andere zaken zoals programmaboekjes maken, tickets voorzien, spandoeken bestellen…”

Stel dat we je zaterdag een hele dag zouden volgen, hoe zou je dag eruitzien?

“Zaterdag begint het heel vroeg. Rond 6.30 uur staan we aan de Europahal en wachten we op de officials. Dat zijn de politie en de burgemeesters. Die vertrekken, samen met onze veiligheidsverantwoordelijke en de veiligheidsverantwoordelijke van de RACB (Royale Automobile Club of Belgium, red.), om kwart voor zeven naar de KP’s om te controleren of ons veiligheidsboek wel helemaal juist is. Dat de juiste mensen er staan en dat er onder meer een blusapparaat aanwezig is. Alles wordt in feite gecheckt. Ik wacht dan hun antwoord af per KP om de piloten te laten starten om acht uur.”

“Eens de boel draait, hou ik me bezig met de wedstrijd zelf, maar ben ik slechts adjunct omdat ik me met tal van andere zaken ook nog moet bezighouden. Toch volg ik heel de wedstrijd en hoop ik dat er niets gebeurt. Als er toch iets zou voorvallen, kom ik tussen waar nodig. Met andere woorden de brandjes blussen waar nodig. Tussendoor zijn er ook nog vergaderingen met de sportcommissie. Als iedereen dan aangekomen is, geef ik de bekers op het podium en is er nog een vergadering met de sportcommissie.”

Kriebelt het nooit om zelf achter het stuur te kruipen?

“Neen totaal niet, maar ik heb me laten vangen. Al drie jaar vraagt Vincent Verschueren om met hem mee te gaan op de shakedown (die vond op woensdag 4 april plaats, red.) en nu heb ik wel toegezegd zeker…”

(Kenny Martens)