90-jarige torenwachter ontvangt nog wekelijks bezoekers in Lissewege

Redactie KW

De geschiedenis van het dorp kent na al die jaren geen enkel geheim meer voor de bejaarde man.

De toren van Lissewege is al zes jaar lang in de veilige handen van Bruggeling André De Blieck. Niks bijzonders, ware het niet dat de man ondertussen negentig (90!) jaar is geworden. De geschiedenis van het dorp kent na al die jaren geen enkel geheim meer voor de bejaarde man. Op zijn oude dag oogt hij nog steeds bijzonder scherp. “Noem me alstublieft niet bejaard. Ik voel me nog topfit. Wist je trouwens dat de toren 262 trappen telt? Ik zeg het je: het uitzicht hier is tien keer beter dan op het Belfort“, begint André zijn relaas.

Als er een prijs voor meest hardnekkige torenwachter van Vlaanderen zou bestaan, behoorde die ongetwijfeld toe aan André De Blieck (90). Op zijn oude dag komt ‘Drétje’ nog elk weekend met de fiets vanuit Brugge naar Lissewege. De reden: ‘zijn toren’ bewaken en mensen begeleiden voor en na hun beklimming. “Laat die oude dag er maar af. Ik voel me nog enorm fit”, pikt André snel in met de glimlach. Zijn woorden zijn alvast niet gelogen. Op zijn 90ste oogt de man nog steeds bijzonder scherp en helder. “Dat is ook zo. Weet je hoe dat komt? Ik blijf actief in plaats van elke dag naar een herhaling van FC De Kampioenen te kijken. Ik moet onder de mensen komen hé. Anders word ik écht oud.” Tijdens het gesprek stopt de jongeman – laat ons hem voor één keer zo noemen – geen seconde met babbelen. Een eigenschap die hem als torenwachter uitstekend van pas komt.

Noem me alstublieft niet bejaard. Ik voel me nog topfit

Bij de plaatselijke bevolking wordt André zowat op handen gedragen. Ook de bezoekers van de toren weten zijn werk te appreciëren. Logisch, aangezien De Blieck zowat alles weet over Lissewege en omgeving. “De wilde verhalen en legendes die soms de ronde doen … Ongelofelijk. Ontelbare keren al heb ik mensen moeten uitleggen hoe de geschiedenis écht in elkaar zit in Lissewege. Het platte dak van de kerk bijvoorbeeld. Het merendeel van de mensen denkt dat het diende om bij slecht weer vuur op te stoken en zo de schepen op zee richting te geven. Hoe komen ze erbij? Dat was gewoon uit veiligheid. Langs de kust is nu eenmaal altijd al veel wind geweest. Een spitstoren was dan geen ideale oplossing”, haalt André een eerste legende uit de wereld.

Toch gaat zijn ongelofelijke kennis over het dorp verder dan dat. Met zijn ‘Bijbel van Lissewege’ in de hand, kan hij perfect antwoorden op elke vraag. Opvallend: zijn dikke kaft is volledig zelf geschreven. Alle informatie komt uit boeken. Internet heeft de immer sympathieke man niet. Die kennis probeert hij op een aangename manier ook over te brengen naar de bezoekers. “Ik ben een babbelaar hé. De tijd vliegt als ik hier sta”, aldus André, die meteen een nieuw weetje over Lissewege de wereld ingooit. “Het grote Knokke, dat was in de Middeleeuwen volledig afhankelijk van Lissewege voor de handel en scholen. Ahja, Lissewege was een vissersdorp en daarom enorm belangrijk. Vandaag heeft Knokke trouwens nog steeds hetzelfde wapenschild als dit dorp. Je ziet, Lissewege is veel belangrijker dan je denkt.”

Tijdens het gesprek vertelt ‘Drétje’ moeiteloos verder over de geschiedenis van het vissersdorp en omgeving. Hoe in 1892 begonnen werd met het graven van het Boudewijnkanaal tot het huisje waar Hans Memling ooit nog kort in woonde: André weet het allemaal. Elke baksteen met geschiedenis kent de man uit zijn hoofd. “Sinds mijn dochter tien jaar geleden naar hier verhuisde, ben ik daarmee begonnen. Wet je trouwens dat het uitzicht boven veel mooier is dan vanop het Belfort? Gelukkig hoef ik de trappen zelf niet meer te beklimmen, dat scheelt al wat. En kan ik nadien een wijntje gaan drinken in de wijnhandel van mijn dochter, ô d’chatô”, lacht André. O ja, om af te sluiten: de toren van Lissewege werd gebouwd in 1250 en was toen een bedevaartsoord voor de Pelgrims. Ook dat weten we van ‘Drétje’…

(MM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier