Roeselaarse schepenen Michèle Hostekint en Griet Coppé zeggen Brussel vaarwel

Michèle Hostekint en Griet Coppé schenken hun politieke aandacht vanaf nu enkel nog aan Roeselare. (foto SB) © STEFAAN BEEL
Philippe Verhaest

Wie zondag zoekt naar Michèle Hostekint (SP.A) of Griet Coppé (CD&V) op de Vlaamse lijsten, komt van een kale reis terug. Beide Roeselare politieke monumenten nemen afscheid van de nationale politiek en focussen zich vanaf nu hélemaal op de Rodenbachstad. “De verplaatsingen naar Brussel zullen we niet missen, het contact met de mensen wél”, zeggen ze in koor.

De politieke ervaring van beide dames is allerminst te onderschatten. Op lokaal niveau maken ze al jaren deel uit van het schepencollege en samen hebben ze liefst 25 jaar ervaring als Vlaams parlementslid. Aan hun nationale engagement komt nu een einde, want zowel Michèle Hostekint als Griet Coppé stellen zich zondag niet verkiesbaar.

Hoe voelt het om voor het eerst sinds héél lang niet meer op de lijst te staan?

Griet: “Ergens ben ik opgelucht, moet ik toegeven. De stress die je als Vlaams parlementslid ervaart, is niet te onderschatten. Wat je doet, wordt met een loep bekeken. En ook de kiescampagne kan zwaar zijn. Niet te vergelijken met gemeenteraadsverkiezingen. Je moet een hele provincie vertegenwoordigen en dienen. Pas nu ik alles van langs de zijlijn beleef, begin ik te beseffen hoe intensief zo’n traject kan zijn. Ik ben van nature ook geen campagnebeest…”

Michèle: “Ik heb een raar gevoel. Er is ook een verschil tussen Griets situatie en mezelf. Bij SP.A is het combineren van een schepenmandaat en een functie als parlementslid niet langer toegelaten. Ik heb dan ook heel bewust voor Roeselare gekozen, mijn politieke hart klopt in mijn eigen stad het hevigst. Maar ik ben ook nu actief betrokken bij de campagne. Ik ga mee op huisbezoeken, schrijf brieven om onze drie Roeselaarse SP.A-kandidaten te promoten… Al is het toch anders dan wanneer je zelf op pakweg de tweede plaats prijkt. Geen debatten, geen nood om jezelf constant te moeten bewijzen…”

Griet, jij zet heel bewust een stap terug.

Griet: “Klopt. Ik blijf nog drie jaar schepen in Roeselare, maar het nationale verhaal is wat mij betreft geschreven. Ik sluit een mooi hoofdstuk af. Het werd ook steeds moeilijker om beide mandaten te combineren. Die verplaatsingen naar Brussel durfden al eens door te wegen. Op dat vlak ben ik niet rouwig dat ik het ‘verre’ Brussel kan uitzwaaien.”

Michèle: “Dat was voor mij nooit een struikelpunt. Het is part of the job. Ergens vind ik het ook wel jammer dat ik afscheid moet nemen van het Vlaamse niveau, maar de partij heeft het zo beslist. Mijn politiek vuur zal daarom niet minder hard branden. Nu wil ik nog meer tijd investeren in Roeselare en haar inwoners. Hier sta je het dichtst bij de mensen, kan je beslissingen nemen die meteen impact hebben… De afgelopen vijf jaar voerden we met SP.A op Vlaams niveau ook oppositie. Dat was niet altijd even makkelijk. Als schepen kan ik hier mijn visie uitrollen.”

Wat is het grootste verschil tussen Roeselare en Vlaanderen?

Griet: “Hier gaat alles een pak sneller. Maar beide fronten werken versterkend, vind ik. Al die jaren had ik een directe lijn met de verschillende kabinetten en zo kregen we bepaalde dossiers in een stroomversnelling. Neem nu het 3A-knooppunt aan AZ Delta. Dat wordt op 28 juni al ingehuldigd. Zonder de connecties in Brussel zou dit hele project nooit zo snel afgewerkt zijn. Als Vlaams parlementslid heb ik ook fors ingezet op ouderenzorg. Iedereen kent de problemen: te weinig personeelsleden, de zorg is niet meer te betalen… Wel: dankzij onze inspanningen zijn er een pak extra budgetten voorzien en de komende jaren zal er een duidelijke evolutie te merken zijn. Daar ben ik best trots op.”

Hebben jullie als Vlaams parlementslid een steentje kunnen verleggen?

Michèle: “Dat kan je zeker. Neem nu het warmtenet, hier in Roeselare. Wij zijn een pionier op dat vlak, maar door de ervaringen uit Roeselare mee te nemen naar Brussel hebben we voor een doorbraak in heel Vlaanderen gezorgd. Oostende is in onze voetsporen gevolgd, Kuurne is bezig, Antwerpen wil een eigen warmtenet ontwikkelen… Allemaal dankzij onze inspanningen op Vlaams niveau.”

Michèle, je was amper 27 toen je Vlaams parlementslid werd…

Michèle: “Die plek is ontegensprekelijk een deel van mijn leven. Vijftien jaar zal ik er doorgebracht hebben. En zonder overdrijven: daar heb ik de politieke stiel geleerd. Vlaanderen heeft me een stevige bagage gegeven en die ervaringen kan ik op Roeselaars niveau toepassen. Een duidelijke meerwaarde.”

Is de combinatie van een lokaal met een nationaal mandaat waardevol?

Griet: “Wat mij betreft wel. Mijn adresboekje is de afgelopen tien jaar enorm gegroeid. Je leert er interessante mensen kennen, legt contacten die anders nooit zouden gebeuren… Daarom vind ik ook dat SP.A de verkeerde beslissing heeft genomen door hun schepenen en burgemeesters niet langer verkiesbaar op te stellen.”

Michèle:(grijnst) “Daar heb ik geen commentaar op.”

Hebben jullie de afgelopen jaren de handen in elkaar geslagen om voor de Roeselaarse en West-Vlaamse zaak te vechten?

Griet: “We dragen natuurlijk een ander politiek kleur, maar in bepaalde dossiers hebben we elkaar wel gevonden. Toen ik tijdens de vorige bestuursperiode nog schepen van Wonen was, hebben we samen geijverd voor vijfhonderd extra sociale woningen in Roeselare. Michèle zetelde toen ook al in de raad van bestuur van Bouwmaatschappij De Mandel, het was dus de logica zelve dat we elkaar in dat dossier hebben gesteund. En met succes.”

De toon in de politiek wordt alleen maar ruwer. En daar heeft N-VA zeker een aandeel in

Hebben jullie de nationale politiek zien veranderen, de voorbije jaren?

Griet: “Wat me tien jaar geleden meteen opviel: er zaten toen al veel jonge vrouwen in het Vlaams parlement. Ik dacht dat ik er in een bastion vol oude, grijze mannen zou terechtkomen, maar daar klopte maar weinig van.”

Michèle: “We zijn op de goeie weg, maar op dat vlak is er nog altijd werk aan de winkel.”

Is het wereldje harder geworden?

Griet: “Zeker. En N-VA heeft daar zeker een aandeel in. De toon in de politiek wordt alleen maar ruwer.”

Michèle: “Dat aspect zal ik zeker niet missen. Er wordt steeds meer de man in plaats van de bal gespeeld. Het debat wordt steeds minder op een intellectuele manier gevoerd, het inhoudelijke aspect wordt naar de achtergrond verdrongen. Allerminst mijn stijl.”

Griet: “Die trend zet zich ook stilaan door op het lokale niveau. De sociale media spelen daar zeker een rol in, maar er is ook zoiets als de macht van het getal. Ik heb de N-VA-fractie in het Vlaams parlement de voorbije jaren alleen maar zien groeien en wanneer die dan applaudisseert voor een van haar leden, kan dat geweldig intimiderend overkomen.”

Michèle: “Weet je wat het ergste is? Dat sommige politici de voorbije jaren manifeste onwaarheden hebben verkondigd en daar gewoon mee zijn weggeraakt. Dat raakt me in het diepste van mijn ziel. Als politicus moet je de waarheid vertellen. Dat is de kern van onze job, net als de menselijkheid bewaren. Die was in sommige dossiers, bijvoorbeeld het hele discours van Theo Francken, ver te zoeken.”

Wat zullen jullie missen?

Griet: “Het contact met de collega’s. Sommige parlementsleden zijn echte vrienden geworden. Mensen die ik anders nooit ontmoet zou hebben.”

Michèle: “Ik heb altijd met veel goesting in de commissies gewerkt. Nuttig én interessant. En ook ik hoop dat de contacten met de politici uit alle Vlaamse windstreken behouden blijven. Uit het oog is allesbehalve uit het hart.”

Hoe zullen jullie zondag beleven?

Griet: “Toch iets rustiger dan anders, maar spannend wordt het sowieso. Ik trek ‘s avonds naar het Fabriekspand en duim mee voor een zo goed mogelijk resultaat voor CD&V. Na zondag begint het verhaal pas. Meerderheid of oppositie? Dat maakt een wereld van verschil.”

In het Vlaams parlement heb ik de politieke stiel geleerd. Die bagage neem ik mee naar Roeselare

Michèle: “Mij zal je in de Saint-Georges vinden, waar ik met mijn collega-SP.A’ers de resultaten zal afwachten. Het wordt sowieso een lange dag, maar die persoonlijke spanning zal er voor het eerst sinds lang niet meer bij zijn. De nationale politiek blijf ik uiteraard volgen. Die afgelopen vijftien jaar wis je niet zomaar uit.”

Zie je jezelf nog terugkeren op het Vlaamse niveau?

Michèle: “2024 (de volgende Vlaamse en federale verkiezingen, red.) is nog een eind van ons verwijderd. Wie weet hoe de wereld er dan uit ziet… Laat ons die vraag beantwoorden wanneer ze zich ook daadwerkelijk stelt.”

Waar hopen jullie zondag op?

Griet: “CD&V moet op elk niveau minstens 20 procent halen. En in West-Vlaanderen moeten we uiteraard een nog veel sterkere score neerzetten. En dan mee besturen. Daarvoor doe je aan politiek.”

Michèle: “Ik plak er geen cijfer op. Natuurlijk hoop ik op een zo goed mogelijk resultaat, maar ik hoop ook dat Vlaams Belang niet de grote winnaar wordt. Een nieuwe zwarte zondag kunnen we missen als de pest.”

Griet: “Daar sluit ik me volledig bij aan. En laat ons de verkiezingen afsluiten met Hilde Crevits als winnaar en nieuwe minister-president. Dat lijkt me een betere keuze van Bart De Wever.”

Michèle: “Als je mij voor de keuze tussen De Wever en Crevits stelt, dan opteer ik eveneens voor Hilde. West-Vlaams én een vrouw!”