Gebruik jongeren niet als stopverf

Tom Vandenkendelaere (Jong CD&V), Bert Schelfhout (Jong VLD) en Sanne Doms (Jongsocialisten). (Foto RN) © KRANT VAN WEST-VLAANDEREN
Olivier Neese
Olivier Neese Editieredacteur Brugsch Handelsblad Brugge - Torhout

Olivier Neese hoopt dat de vele jongeren op de verkiezingslijsten niet zomaar wat stopverf zijn.

Als een sportclub verkondigt dat hij volledig de kaart van de jeugd zal trekken, hoort een geoefend luisteraar : ‘het geld is op en de vereniging kiest voor de meest goedkope oplossing’. De uitzondering niet te na gesproken, krijgt – zeker in een competitieve omgeving als de sportwereld – de zekerheid van de ervaring immers nog altijd voorrang op een iets risicovollere jeugdoptie.

Hoeveel jongeren krijgen een verkiesbare plaats?

Die lijn kan je makkelijk doortrekken naar de politieke wereld, die in haantjesgedrag niet moet onderdoen voor de sport. Ook de politieke partijen zullen de komende weken trots op de borst kloppen dat ze x aantal jongeren een plaats op hun lijsten hebben gegeven. Maar je kan hen ook al even snel de mond snoeren door te vragen hoeveel jongeren er effectief een verkiesbare plaats kregen. Want we moeten realistisch zijn : de hoofdreden waarom er nu opvallend meer jongeren op de lijsten staan, is omdat er drie verkiezingen samenvallen en het voor de partijen – die hun vaste boegbeelden niet op meerdere lijsten mogen uitspelen – zoeken was om alles opgevuld te krijgen.

Mee laten beslissen én besturen

Maar laat het ons positief bekijken : het is op dergelijke momenten dat jongeren zich even aan de buitenwereld kunnen tonen, kunnen bewijzen dat ze meer zijn dan wat stopverf om gaatjes op te vullen.

Motiveer jongeren door hen mee te trekken in het bad, hen mee te laten beslissen én besturen. Worden de jongeren te lang op de bank gehouden, dreigt hun jeugdig enthousiasme te verzanden in opstandigheid, gelatenheid of – nog erger – onverschilligheid. Geen treuriger zicht als brandend enthousiasme dat gesmoord wordt tot een doffe rook van frustratie. Maar nog eigen aan competitieve omgevingen is dat de vaste waarden niet makkelijk hun eigen ego en succes (even) aan de kant willen schuiven om een jongere te laten ‘scoren’. Achter iedere succesvolle jongere staat nochtans een oudere die hem of haar – al dan niet gedwongen door de omstandigheden – een kans bood. Dat zal voor die ‘ouderen’ niet anders geweest zijn. En dan moet de jeugd uiteraard die kansen grijpen. Want veel kansen zullen ze op hun pad niet vinden.