Slagerij Everaert uit Middelkerke blaast 80 kaarsjes uit

Luc Everaert samen met zijn zoon Lieven Everaert en echtgenote Lindsey voor de beenhouwerij. © LC
Redactie KW

Net voor de start van de Tweede Wereldoorlog in het jaar 1939, startte Leopold Everaert samen met zijn vrouw Irma Desoete, Beenhouwerij Everaert op. 80 jaar later is de slagerij toe aan haar derde generatie. In al die jaren is de warme en authentieke sfeer bewaard gebleven. Luc Everaert vertelt over zijn carrière en die van zijn ouders maar ook over zijn zoon Lieven Everaert die momenteel aan het roer staat van de beenhouwerij.

“Mijn vader Leopold startte de zaak waar zich nu de Belfius bank bevindt. Ze deelden een gebouw met een ijssalon, een cinemazaal en een café. Mijn vader en moeder trouwden en dertig jaar later opende de zaak. Daarvoor was mijn vader een schapenhouder. De stiel van slager leerde hij in Brussel en Antwerpen. Al was niets vergelijkbaar met hoe er nu wordt gewerkt. De snijmachines moesten handmatig worden bediend. Koeling bestond nog niet, dus werd er gewerkt met een marmeren plaat. Voor het vlees klopte mijn vader aan bij de boeren uit de streek,” licht Luc Everaert toe.

“In 1948 kregen mijn ouders de kans om op het kruispunt van de De Smet de Naeyerstraat en de Duinenweg een nieuwe beenhouwerij te bouwen. In 1952 werd het startschot gegeven van een volgende fase in hun carrière. Zo waren ze de eerste in België met een toonbank met open koeling. In het begin kende de winkel geen sluitingsdagen, de mensen leefden toen om te werken.”

Verse producten

“Van kinds af zat de stiel in mijn vingers, op mijn vijftiende kon ik al zonder probleem een koe of varken uitbenen. De eerste dag van het nieuwe jaar in 1970 nam ik de beenhouwerij over, samen met mijn vrouw Agnes. Mijn vrouw was afkomstig uit het landbouwmilieu en had heel wat kennis over dieren.”

“Ik heb mijn werk altijd graag gedaan. We willen onze klanten een familiaal gevoel geven, een praatje op tijd en stond. Bovenaan ons lijstje staat de mensen met een gelukkig gevoel naar buiten zien gaan.”

Onze troef is de versheid van de producten

“Onze troef is de versheid van de producten. We beschikken over een mooi assortiment huisbereide producten zoals filet d’Anverse, droge worsten en boerenpaté. We krijgen ook veel complimenten over onze huisgemaakte americain preparé. Op een doorsnee dag wordt er zo’n vier keer verse preparé gedraaid, we proberen alles zo puur mogelijk te houden, meer kruiden dan peper en zout komen niet aan bod. En al zeker geen bewaarproducten. Kortom alles wordt dagvers gemaakt. Ook mijn zoon Lieven werkt op deze authentieke manier”, vertelt Luc.

Een foto van Slagerij Everaert uit het beginjaar 1952.
Een foto van Slagerij Everaert uit het beginjaar 1952.© repro LC

“Mijn vrouw Lindsey en ik stapten in de zaak in 2011”, vertelt Lieven Everaert. “Zo zijn we de derde generatie die de winkel uitbaten. Het is leuk om verder te bouwen op wat mijn ouders en grootouders hebben verwezenlijkt. We hebben een vast cliënteel en krijgen ook nieuwe klanten bij.”

“Onze oudste klanten zijn mensen die al van in het jaar 1959 bij ons komen. Die mensen zijn al in de negentig en toch vinden ze nog steeds de weg naar hier, geweldig toch? We gaan niet voor een eindeloos assortiment, wij vinden de kwaliteit van het product belangrijker dan de kwantiteit. Maar je kunt wel alles bestellen bij ons. Met Pasen bijvoorbeeld hebben we ‘melk-lam’, een specialiteit van het huis.”

Weinig overconsumptie

“Nog een prioriteit van ons is dat er zo weinig mogelijk wordt overgeconsumeerd. In de toekomst hopen we vooral op een mooie en gezonde manier de zaak verder te zetten, vertelt Lieven. “Of er opvolging komt? Dat weten we nog niet,” lacht Lindsey, onze dochters weten nog niet wat ze in de toekomst zullen doen, maar wat het ook wordt wij zijn sowieso gelukkig met hun keuze.”

(RDB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier