“Ik ben baas in mijn eigen kot.” Garagist Marc De Mil (56) spreekt met het hart op de tong. In zijn atelier werkt hij dagelijks de ziel uit het lijf. “Dat andere garagisten klagen over onbetaalde facturen? Je moet op vandaag meer een advocaat en diplomaat zijn. Je moet spreken met de mensen. Als het mankement bekend is, zeggen hoeveel het gaat kosten.”
Dit artikel maakt deel uit van ons Dossier Auto.
In de regio Tielt staat een ‘De Mil’ bekend als garagehouder. Vader Antoon De Mil en zijn vrouw Paula (beiden in de tachtig) hadden in Wingene een garage en ook hun vier kinderen: Marnix, de tweeling Luc en Marc én dochter Linda zouden vroeg of laat in die sector hun professionele loopbaan uitstippelen. Marnix zet met de hulp van Luc de zaak in Wingene voort, tot voor kort had Linda een bloeiende zaak van autobenodigdheden in Waardamme.
En Marc? Die trouwde met Carine De Clercq uit Schuiferskapelle en werkte eerst thuis in de garage in Wingene. “Mijn vrouw en ik beslisten om later op eigen benen te gaan staan: eerst een zelfstandige garage in Pittem, sinds 1994 aan de Wakkensesteenweg in Tielt.” Enkele tientallen meter voor de inrit naar het containerpark de industriezone Zuid. “Er waren zeker geen spanningen, of zo. Maar met vier thuis werken, dat zou moeilijk zijn. Ik had misschien al eerder de stap kunnen zetten. Ik zou het direct weer doen, zeker.”
Eigen baas, geen merk
In Tielt werkt Marc met medewerker Cedric De Maziere uit Veldegem. “Ik noem hem hier altijd onze dokter. Hij is hier de man van de diagnoses. Hij kent wel voor alles een oplossing. Ik heb trouwens altijd goed volk gehad.”
Dat Marc De Mil altijd onafhankelijk is gebleven en zich nooit aan een merk koppelde, was een bewuste keuze. “Heel zeker. Kijk, niemand moet zeggen wat en hoe ik moet werken. Ik moet niet investeren als ik geen zin heb. Ik moet dit niet, ik moet dat niet. Ik kan dit en dat doen, als ik daar zelf zin in heb. Ik heb totaal niks tegen garagehouders met een merk, maar ik ben nog meer mijn eigen baas. En dat wil ik zo houden. Ik heb er de voordelen van, maar ook de nadelen. Ik moet zelf van zoveel mogelijk op de hoogte zijn, zelf cursussen zoeken en bijwonen. Het heeft zijn voor- en zijn nadelen, maar voor mij zijn de voordelen duidelijk groter dan de nadelen.”
Persoonlijk contact
Hard werken, flexibel zijn. Het klinkt Marc De Mil zo vertrouwd in de oren. “Klanten mogen bij ons nog in de werkplaats, hé. Bij de meeste merken en in de meeste garages mogen ze dat al lang niet meer. De poort blijft dicht of men mag in het salon een koffietje gaan drinken en wat bladeren in de magazines met de nieuwe modellen.”
“Het zijn inderdaad andere tijden, maar ik werk nog altijd liever op de vertrouwde manier en besteed maar al te graag verder aandacht aan dat persoonlijk contact en babbeltje. Bij ons zijn klanten geen nummers, wat niet wil zeggen dat dit bij anderen zo zou zijn. Klanten zijn vrienden.”
Marc en zijn vrouw Carine, ouders van kapster Evelien, kunnen niet zonder de garage. “We zijn de laatste ezels, zeg ik soms. Auto’s zijn ook minder goed gemaakt dan vroeger. De motor is prima, maar de rest. Er zijn veel meer problemen dan vroeger. Men is milieubewust bezig, maar men vergeet andere zaken.”
Nee, Marc is geen regelmatige bezoeker van het Autosalon. “Nee, ik ga zeker niet jaarlijks. Als ik vrije tijd heb, knutsel ik liever wat aan oldtimers.” En ook wat genieten van het leven. Cedric gaat als ontspanning met de auto of een motor op circuit rijden.
“We zijn er op de eerste plaats om mensen te helpen. Dat is waar het bij ons allemaal om draait.”
(LVA)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier