‘Chocozoenen’ van de kust naar de wereldsteden

Stephan Destrooper, producent van zijn eigen Melo Cakes. © ED
Kurt Vandemaele
Kurt Vandemaele Reporter

Stephan Destrooper, banketbakker uit Sint-Idesbald, ziet hoe de supermarkten alsmaar peuzelen aan het aandeel van ambachtelijke bakkers. Maar in plaats van in een hoekje te zitten treuren, wil hij groeien. Sinds enkele jaren verkoopt hij onder de naam ‘Choc You’ zijn eigen culinaire ‘chocozoenen’, waarvan hij er tegen eind volgend jaar één miljoen per jaar wil verkopen. Destrooper en koekjes? Nee, dat is niet toevallig. Hij is… de kleinzoon van Jules Destrooper.

Toen Stephan in 2010 het West-Vlaamse bakkersgild vertegenwoordigde in ‘De Beste Bakker’ op Vier bereidde hij voor één van de proeven in het tv-programma een ambachtelijke, culinaire chocozoen, u weet wel, ook wel eens ‘melocake’ genoemd. De week nadien stonden de mensen aan te schuiven in zijn winkel om ook zo’n chocozoen te kopen. “Heel anders dan de industriële versie”, aldus de patissier, “maar een vers exemplaar, met een echt krokant koekje, onder een laag van praliné met chocolade. Echt knapperig. En dan dat hemelse schuim onder krakende Belgische chocolade.”

(Lees verder onder de video)

https://www.youtube.com/watch?v=2KHJdzUns2w

In die periode verkocht hij er duizend per week. Dat aantal zakte na het programma tot een 400-tal stuks. Tot een vertegenwoordiger kwam vragen of hij die melocakes niet in de betere zaken aan de man mocht brengen. Een echte Destrooper heeft het ondernemen in de genen, en Stephan liet dan ook snel verpakkingen maken. En een kleine machine ook om de productie op te drijven. Zo steeg de verkoop naar 2.000 schuimzoenen per week. Sinds anderhalf jaar heeft de bakker een bedrijf op het industrieterrein van Sint-Idesbald, waar nu wekelijks 10.000. van die cakejes worden gemaakt.

Mensen moeten in de bakkerij kunnen ruiken dat het om verse producten gaat

“Nu verkopen we nog hoofdzakelijk bij de ambachtelijke bakkers”, vertelt hij in zijn bakkerij. “Maar vanaf het najaar kunnen we ook in de retail terecht. En daar verwachten we heel veel van. Er zijn nu al contracten ondertekend die ons garanderen dat we naar een 15.000 koekjes per week gaan. Tegen eind 2020 moet dat 20.000 per week of één miljoen per jaar zijn. Daarmee zit de productielijn dan ook vol.”

Schuimzoenen

Het volgende doel is om elders nog enkele van die fabriekjes neer te zetten waar ze één miljoen van die cakes produceren. Meer nog, Stephan Destrooper wil dat in de betere winkelstraten gaan doen. Met chique ambachtelijke winkels, die verwant zullen zijn aan de exclusieve chocoladezaken.

“Als we voort willen groeien, kunnen we ofwel een productielijn bijbouwen of we kunnen kijken waar we een nieuwe installatie kunnen zetten in een nieuwe regio waar we weer hetzelfde doen als hier in West-Vlaanderen. Nu gaan we via een grossier naar de bakker, maar mochten we rechtstreeks kunnen verkopen aan de eindconsument, en je kunt dat doen op een plek waar er heel veel volk voorbijkomt, dan kan dat concept enorm aanslaan. We hebben 100 vierkante meter nodig om een chocozoenfabriekje te maken, waar het publiek ziet hoe het product wordt bereid. Ik denk daarbij aan plaatsen als de luchthaven van Zaventem of een grootstad als Londen of New York. Transfereer je dat concept naar New York, waar je 13 miljoen inwoners hebt, dan is dat concept veel meer waard dan in West-Vlaanderen. Op zulke plekken kan je ook 2 euro per stuk vragen voor zo’n culinaire cake. Dat betekent dat je 2 miljoen euro omzet kunt realiseren. We zijn nu nog over het franchisesysteem aan het nadenken. Tegen 2025 wil ik in een wereldstad aanwezig zijn.”

Superproducten

En intussen is er ook nog zijn banketbakkerij in de Strandlaan in Sint-Idesbald. Die moet zoals iedere ambachtelijke bakkerij optornen tegen de oprukkende supermarkten. Maar ook daar ziet Stephan Destrooper mogelijkheden. “We zien dat de supermarkt in de laatste 15 jaar over heel België een vijfde van het marktaandeel van de ambachtelijke bakker heeft overgenomen. En die trend zet zich voort. De kleine ambachtelijke bakker zal uit het straatbeeld verdwijnen. Kleine bakkerijen waar man en vrouw met één gast werken, zullen het niet redden. We kunnen de oorlog verklaren aan de supermarkten, maar dat haalt niets uit. Ik wil liever inventief zijn en een goed product op de markt brengen dat ook in de supermarkt verkocht wordt.”

Naast zijn cakes hoopt hij ook het ouderwetse desembrood, onder de naam Gentiel, en zijn eigen ontbijtproducten, onder de noemer Granola & Co, aan de supermarkten te gaan leveren. Zijn bakkerij blijft in de Strandlaan, maar wellicht trekt hij voor een deel van de productie naar het industrieterrein.

“We zullen wellicht voor een tussenstap gaan. In de patisserie kan je heel veel zaken voorbereiden, zonder dat dit op de locatie hoeft te gebeuren waar je je verkoop hebt. Wel cruciaal is dat je versgebakken producten ook vers in je winkel kan leggen. Dat de mensen nog het gevoel en de beleving hebben. Als ze binnenkomen in de bakkerij, moet het er nog naar versgebakken producten ruiken.”