Allochtone handelaars geven kleur aan Roeselare

De Halalsupermarkt vult een leemte in het stadscentrum in. En iederéén komt er over de vloer. (foto SB) © STEFAAN BEEL
Peter Soete

Met de opening van de halalsupermarkt in de Ooststraat gaat het over de tongen: de ‘nieuwe Belgen’ zijn meer dan ooit zichtbaar in het Roeselaarse shoppingcentrum. Ze worden er goed onthaald en doen er zo te zien geen slechte zaken. Maar toch vragen sommigen zich af of het niet een beetje té wordt en of het stadsbestuur zich niet te zacht opstelt in deze evolutie.

Op het einde van de Ooststraat, waar enige tijd geleden nog een Carrefour was gevestigd, is nu de enige halalsupermarkt van West-Vlaanderen geopend: de derde vestiging in ons land van supermarktketen Asalam. “We zijn niet zo anders dan iedere andere supermarkt. Het enige verschil is dat we geen alcohol en varkensvlees verkopen omdat dit door de islamitische leer niet is toegelaten,” zegt medezaakvoerder Darsan Hakam, die Antwerpen verlaat en in Roeselare komt wonen. “We begroeten veel klanten die hier geboren en getogen zijn en dat was ook de bedoeling van onze supermarkt. De keuze voor een winkel in Roeselare was trouwens evident. In onze filialen in Antwerpen en Sint-Niklaas krijgen we vaak West-Vlamingen over de vloer die ons de vraag stelden om naar hier te komen. We hebben in Roeselare vrienden wonen en botsten toevallig op dit pand, dat ideaal is om onze supermarkt in onder te brengen. Vooral ook omdat het dicht bij het station is en nogal wat klanten per trein komen.”

Kappersfamilie

Naast de grootste halalsupermarkt van België zijn er in Roeselare eveneens Poolse voedingswinkels, Roemeense speciaalzaken en zelfs enkele barbierzaken, waar kappers uit Irak aan de slag zijn. Zo ook bij Ahmed van de Bagdad Barber Shop in de Manestraat. In een klein pand van om en bij de 20 vierkante meter, waar vroeger een droogkuis was gevestigd, staan drie kappersstoelen en een wastafel. “Ik kom uit Bagdad, waar ik een kapperszaak met damesboetiek had”, vertelt Ahmed. “Ook mijn broers en neven zijn kapper, het is een familietraditie. Ik ben enkele jaren geleden als vluchteling in België beland en in het opvangcentrum van Poelkapelle heb ik Nederlands geleerd. Toen heb ik ook al Ieper en Roeselare bezocht. En Roeselare beviel mij enorm: een gezellige en mooie stad met vriendelijke mensen, echt waar. Ik woon ondertussen al drie jaar in Rumbeke en zes maanden geleden ben ik met mijn eigen kapperszaak gestart. En de klanten beginnen te komen, ja. Het is soms niet makkelijk, want ik heb zowel vaste kosten in mijn woning in Rumbeke als in mijn zaak in de Manestraat:. Maar ik ben vooral heel tevreden dat ik niet langer afhankelijk ben van het OCMW en dat ik nu in mijn eigen levensonderhoud kan voorzien.”

Subsidies

Toch is niet iedereen zo enthousiast over het feit dat allochtone handelaars het hier beginnen over te nemen, en er zijn zelfs kwatongen die suggereren dat het stadsbestuur de allochtone ‘beginners’ zou aanmoedigen met specifieke subsidies. Wat door Kris Declercq in alle toonaarden wordt tegengesproken. “Wij voeren een beleid in functie van de wetgeving, niet volgens afkomst van de handelaar. Voor iedereen gelijk dus, ook wat de regels betreft rond eerlijke handel, vergunningen, voedselveiligheid… Er zijn ook regelmatig controles, zoals onlangs nog door de politie, op tewerkstelling en sociale zekerheid, en voedselveiligheid. Als overheid mogen wij verder geen oordeel vellen over het type winkel die zich wil vestigen in een pand dat de juiste bestemming heeft. Ook wat de naam betreft, kunnen wij juridisch gezien niet eisen om een nederlandstalige naam te gebruiken. In ons politiereglement lieten we enkele jaren geleden wel bepalingen opnemen omtrent esthetische uitstraling en beeldkwaliteit van de winkels, o.m. wat schreeuwerige flikkering in de etalages betreft. En we hebben inderdaad subsidies uitgewerkt om de startende handelaars een duwtje in de rug te geven. Vorig jaar zijn er wat dat betreft 43 dossiers ingediend, waarvan er 40 zijn goedgekeurd. Maar nogmaals : het is voor iedereen gelijk, ongeacht de afkomst.”

Stephan Gryspeerdt, covoorzitter van de vzw Shopping & Centrum, is eveneens heel duidelijk en zegt dat de handelaarsorganisatie graag iedere nieuwe zaak steunt. “Onze straatverantwoordelijken brengen iedere nieuwe handelszaak een bezoekje. Ze stellen onze werking voor en nodigen de nieuwe zaak uit om deel te nemen aan onze activiteiten. Ze krijgen ook een factuur voor hun lidmaatschap en zijn uiteraard vrij om lid te worden of niet.”

Nachtwinkels goed onder controle

Nachtwinkels zijn altijd een buitenbeentje in de stad en in Roeselare is dat niet anders. Al probeert het stadsbestuur ook deze deeleconomie goed te monitoren en te sturen.

Roeselare telde in 2012 acht nachtwinkels, een aantal dat sindsdien stabiel is gebleven. “Het reglement dat wij in 2012 al hadden hebben we in de vorige bestuursperiode nog verstrengd”, zegt burgemeester Kris Declercq, “en we streven vooral naar een goede spreiding. Belangrijke punten uit het reglement zijn onder andere een duidelijke afbakening van het gebied, met een perimeter van 500 meter, en een voorafgaand financieel onderzoek. Een verbod op of een beperking van het aantal nachtwinkels kunnen wij niet uitvaardigen, dat strookt niet met het algemeen principe van de vrijheid van handel.” In Izegem geldt sinds 2015 een gelijkaardig reglement.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier