Willy Versluys getuigt in de rechtbank tegen de dood

Reder ter visserij Willy Versluys aan boord van de Z. 582 Hombre die de Asannat vervangt. De naam is een hommage aan Bouba, die met die roepnaam iedereen op de kaai begroette. (Foto ML)
Redactie KW

Nog even en het grootste theaterfeest van Vlaanderen gaat van start. Theater aan Zee strijkt neer in Oostende van 25 juli tot 4 augustus. Op de openingsdag wordt in het vredegerecht tijdens een assisenzaak de dood zelf aangeklaagd. Reder ter visserij Willy Versluys is één van de getuigen à charge in deze nu al legendarische zaak: ‘Eenieder heeft recht op leven’. Zelf verloor hij als ondernemer al zeven mensen op zee of aan de wal.

Op 25 juli staat de dood zelf terecht. In een heuse rechtszaak en volgens alle regels van een rechterlijke strafprocedure. Els Leenknecht is advocate van de burgerlijke partijen en Walter van Steenbrugge verdedigt de dood. Openbaar aanklager Jean-Luc Cottyn vertaalt de persoonlijke getuigenissen in een juridische aanklacht. Uiteindelijk doet een twaalfkoppige door het lot aangewezen jury uitspraak op 4 augustus om 11 uur.

Onder de verschillende getuigen en deskundigen die hun aanklacht of verdediging verwoorden, onder andere Wim Distelmans en Jean Paul Van Bendegem maar ook Oostendenaar Willy Versluys. Professioneel kreeg hij in het verleden als voorzitter van de verzekeringsmaatschappij Hulp in Nood, maar vooral als reder ter visserij, al veel met de dramatische dood van vissers te maken.

Hoe ben je, als getuige, in die assisenzaak/theaterproductie gerold?

“Voorgedragen door voormalig stafhouder mr. Marie-Hélène Vanhonsebrouck werd ik benaderd door de jonge Nederlandse toneelmakers Eva Knibbe en Bart van de Woestijne die dit theaterexperiment al één keer in Amsterdam zelf hebben opgezet. Ik heb hen verteld wat ik heb meegemaakt, vooral in verband met het drama met de Z. 582 Asannat. Ze waren erg onder de indruk, vond ik. Ik vertelde hen ook over de afscheidsrede voor mijn twee omgekomen bemanningsleden en het naambordje van de Asannat dat later op de Nederlandse kust aanspoelde en hoe uiteindelijk na negen maanden ook de stoffelijk overschot van Bouba, mijn Mauritaanse technicus, door de zee werd prijsgegeven.”

Jij bent in het proces getuige à charge en vindt dat de dood veroordeeld dient te worden.

“Begrijp me wel. Ik vind dat de dood bij het leven hoort en vice versa. Geen problemen mee. Ik heb er als vrijzinnige ook vrede mee dat er na de dood niets meer is. Weg is weg. Dus met het fenomeen dood, als het einde van het leven kan ik me verzoenen. Soms is het zelfs een verlossing uit ziekte, afzien of hoge ouderdom. Maar ik heb het er moeilijk mee dat de dood soms tergend diep in het leven ingrijpt, willekeurig toeslaat, onnodige angst creëert, onzekerheid veroorzaakt…”

Kan je dat illustreren?

“Neem het vergaan van de Z.582 (de kustvisser verging op 28 december 2016. Eric Maeckelbergh en Omar Fall Diaw Babacar, roepnaam Bouba, kwamen om, Johny Ronsijn kon zich in benarde omstandigheden redden, red.) Waarom duurde het zo lang dat we van de maandenlange vermiste Bouba niets wisten? Voor de familie en ikzelf, die hem als een zoon beschouwde, was dat hard om dragen. In de dood is iedereen gelijk en dat is een geruststellende gedachte, maar de manier waarop de dood ook het leven zelf hypothekeert, alle drama en onrechtvaardigheid die de dood in een mensenleven kan veroorzaken is er voor mij teveel aan.”

Tot zeven keer toe verloor je mensen bij het beoefenen van de visserij. Een trieste balans.

“En als reder ben je daar nauw bij betrokken: er waren de twee doden van de Asannat, één visser kreeg ooit een fatale hartaanval aan boord, een ander raakte levensgevaarlijk gewond aan het hoofd door een boomkor en stierf ter plaatse, twee vissers werden geëlektrocuteerd: één aan de wal toen hij een treinspoor overstak, één in de machinekamer en een meevarend passagier aan boord van mijn IJslandvaarder Amandine benam zich ooit van het leven door overboord te springen.”

Het mysterieus kapseizen van de Z.582 werd zelfs door de kunstscene geabsorbeerd.

“De Brugse kunstenaar en streetartiest Strook schiep een reuzengroot abstract gezicht van Bouba tegen de gevel van Toerisme Oostende met afvalhout van onder andere de Z. 582, van strandcabines en dekplanken van de Mercator. Mijn afscheidsrede aan de omgekomen bemanningsleden werd opgenomen in de expo in het Visserijmuseum over ‘Onze Vissers’, en nu is er Theater aan Zee.”

Wordt het visje op ons bord niet te duur betaald? In veel lijstjes komen vissers, bouwvakkers en mijnwerkers in de tragische top tien van dodelijke ongevallen voor.

“Juist, procentueel berekend levert de visserijsector zelfs het meest aantal slachtoffers. Een bouwvakker kan schuilen tijdens stormweer, een visser is er aan overgeleverd. Ooit werd men traditiegetrouw visser van vader op zoon. Gelukkig is het vandaag een meer vrije keuze en voor velen blijft het ook de onweerstaanbare roep van de zee, waar ze veel voor over hebben. De sector probeert wel het aantal dodelijke ongevallen door steeds meer en betere veiligheidsmaatregelen in te perken.”

Zelf al de adem van de dood in de nek gevoeld?

“Zoals iedereen al ervaren dat ik in het verkeer soms nipt aan veel erger ben ontsnapt. En als zesjarige ben ik in een diepe waterput op een binnenkoer van mijn grootvaders woonst gevallen. Gelukkig kon ik me, aangemoedigd door pépé Staf, vastgrijpen aan een touw met emmer dat hij me toewierp. Maar ik was nog te klein om te beseffen dat het gedaan had kunnen zijn. Was er toen geen volwassene in de buurt geweest…”

Hoe bereid jij je op die assisenzaak voor?

“Weinig. Ik zal eerlijk en uit het hart vertellen wat ik te vertellen heb, hoe ik over de dood denk. Ik heb mijn zienswijze al doorgegeven aan de openbare aanklager en ik vermoed dat hij én de verdedigende advocaat mij op die basis wel vragen zullen stellen. Maar meer weet ik ook niet over het verdere verloop want ik heb nog geen contact gehad met de rest van de betrokken actoren. Misschien dat de advocaten zelf zoals altijd wat toneel zullen spelen maar ‘Eenieder heeft recht op leven’ is geen toneelstuk, er is ook geen generale repetitie. maar eerlijk: ik kijk er wel naar uit.” (Marc Loy)

Tickets voor het proces en het vonnis of voor de livestream in een naburige zaal van het Vredegerecht te koop aan de balie van De Grote Post of Toerisme, via www.theateraanzee.be of 059 33 90 00.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier