De soep blijft aangebrand – Anya Yelles, 25 jaar na haar wereldhit

© SB
Peter Soete

‘Aangebrand. De soep is aangebrand. Je moet niet proeven want de soep is aangebrand.’ Zo. Die oorworm spookt voor de rest van de dag door je hoofd, met dank aan Anja ‘Yelles’ Noyelle. De Roeselaarse (49) maakte het ambiancenummer al in 1986, maar exact 25 jaar geleden werd haar aangebrande soep plots een gigantische hit. En dat allemaal door een telefoontje van Bart Peeters…

Of Anja Yelles eens soep wou komen maken op onze redactie? We moesten het geen twee keer vragen, maar Anja waarschuwde ons wel meteen dat de soep zeker aangebrand zou zijn. En we kregen er een schaterlach bovenop. Maar liefst 25 jaar na de hype kent iedereen haar meezinger nog. Zelfs onze KW-vlogger Xander gaat meteen uit de bol als hij hoort dat Anja Yelles op komst is. Ons jongste redactielid was precies een jaar oud toen de soep van Anja aanbrandde, maar Xander kent zijn klassiekers. Vlak voor ons interview blikt hij samen met haar een smakelijk duet in. Een generatiekloof? Niet in Schlagerland!

(Lees verder onder de video)

https://www.youtube.com/watch?v=agPcN-GY3BI

Anno 2019 werkt Anja Noyelle als administratief bediende bij opleidingsfonds Tofam in Zwijnaarde. De geboren Roeselaarse woont nu in Gent, maar bezoekt nog elke dinsdag haar moeder in Moorslede en wandelt daarna vaak nog even in haar geboortestad. Het was ook Roeselare die voor het eerst mocht kennis maken met haar aangebrande soep. “Als klein meisje liep ik dikwijls zingend met een haarborstel-micro door ons huis”, lacht Anja. “Mijn pa en ma zongen ook graag en namen ieder jaar deel aan een zangcrochet op De Ruiter, de wijk waar wij woonden. Toen ik negen jaar was, hoorde ik hen Daar bij die Molen zingen en ik wilde het jaar nadien zeker ook deelnemen. Dat gebeurde met Ik ben Verliefd op John Travolta, een liedje van Sandy. En voilà, ik was tien en de trein was vertrokken.”

Rijk ben ik door die hit niet geworden, maar dat heeft me nooit gestoord

“Ik ben nochtans eerder schuchter van aard”, bekent Anja. “Ik ging vroeger nooit alleen naar de bakker of slager. En nu nog stap ik nooit als eerste van een groep ergens binnen. Maar op een podium ben ik anders. Daar kan ik uit de bol gaan en voor ambiance zorgen.”

“Mijn eerste echte optreden was op het fanbal van John Landers, een zanger uit Passendale. Ik was toen dertien. In het begin vroeg ik voor een optreden 200 frank (5 euro, red.). En ik was nog bang dat dit te veel was. (lacht) Mijn zangcarrière startte in een goede periode. In het begin van de jaren ’80 schoten de vrije radio’s als paddenstoelen uit de grond en werden lokale zangers naar de studio uitgenodigd om hun nieuwe single te promoten. Iets later volgde bovendien de bloeiperiode van VTM, die Vlaamse artiesten eveneens een forum gaf.”

In de clinch

“In 1984 beslisten we op een bepaald ogenblik om een eerste plaatje in eigen beheer uit te geven. Boy was een Nederlandstalig nummer dat in de studio in Varsenare werd opgenomen. En uiteraard volgden er meer singles, want het was toen de gewoonte dat er om de vier maanden een nieuw plaatje werd voorgesteld. Wij verkochten die op mijn optreden, achterin de zaal. Zo ging dat in die periode.”

“Ik heb het doelbewust over ‘we’ omdat mijn optredens eigenlijk een echte familiehobby waren. Mijn pa en ik deden het management en bepaalden de muzikale koers. We gingen soms in de clinch maar à la limite begrepen we elkaar altijd. Mijn pa was trouwens ook tekstschrijver, chauffeur en technieker. (lacht) Ma waste en verzorgde mijn showkledij en mijn zus Marjan zong en danste mee. Het was telkens uitkijken naar het weekend, want dan was het iedere keer showbizztijd!”

Anja Yelles in de jaren '80. Toen maakte ze al een eerste versie van haar hit.
Anja Yelles in de jaren ’80. Toen maakte ze al een eerste versie van haar hit.© SB

“Ik zorgde er wel voor dat mijn studies niet verwaarloosd werden. Ik volgde de afdeling Handel in de Roeselaarse Burgerschool en had het voordeel dat ik makkelijk studeerde en ook voldoende discipline aan de dag kon leggen. Ik had dus niet echt problemen op school, maar er waren toch enkele leerkrachten die soms een steek onder water gaven. Ook sommige leerlingen maakten af en toe een jaloerse opmerking… Nu kan ik dat uiteraard plaatsen, maar als jong meisje blijft zoiets toch wel even hangen.”

Droomfabriek

“In het begin was het een beetje zoeken naar mijn genre. Zou het Nederlandstalig of Engelstalig worden, country of disco? Ik kwam er snel achter dat ik liefst ambiancenummers bracht en de Nederlandse Johny Blenco heeft veel nummers voor mij geschreven. Met Whiskey en Vrouwen ben ik tot in de finale van Fanclub geraakt op de toenmalige BRT. Johny Blenco heeft ook de tekst geschreven van De soep is Aangebrand. Wist je dat dat een cover is van Ramaja van Afric Simone? Mijn pa en ma zaten op een dag bij Johny en ma klaagde dat pa absoluut geen kok was. Hij liet zelfs de aardappelen aanbranden. Johny maakte er prompt soep van en we hadden een nieuw ambiancenummer.”

De glamour en glitter van de showbusiness is best leuk, maar er is in die wereld ook veel schone schijn.

“Het succes van deze single is zeer eigenaardig. Ik bracht Aangebrand voor het eerst uit in 1986 en nogmaals in 1994. Toen pikten de vrije radio’s het op en toevallig hoorde Bart Peeters dit nummer op zijn autoradio toen hij door West-Vlaanderen reed. Hij belde mij meteen op en vertelde me dat hij dit nummer wilde gebruiken in De Droomfabriek. Hij wilde er een klassieke versie van maken met een knipoog. Zo zou het strijkorkest aan strijkplanken staan en zou ik van tussen de lichten op een schommel naar beneden gebracht worden. Dansers en acteurs zouden voor de begeleiding op scène zorgen. Die volledige aflevering van de Droomfabriek werd trouwens helemaal opgebouwd rond de soep die was aangebrand. De climax kwam op het einde toen ik het nummer bracht. Het werd een echt succes, ja, echt waar. Ik werd de weken nadien gecontacteerd door evenementenkantoren en platenfirma’s en de optredens volgden elkaar in sneltempo op. Het werd dé klassieker van de ambiancemuziek.”

Veel schone schijn

“Rijk ben ik er niet van geworden. De tekst en muziek waren niet van mij en wij hadden de single ook niet in eigen beheer uitgebracht. Maar dat heeft mij nooit gestoord. Zingen is altijd een hobby geweest. Na mijn middelbare studies heb ik steeds gewerkt als bediende en dat doe ik nog altijd. In de showbusiness heb je te veel hoogtes en laagtes. Die glamour en glitter is best leuk maar er is in die wereld ook veel schone schijn. Ik heb gelukkig altijd beide voeten op de grond gehouden en dat is toch aan mijn ouders te danken. Ik ken de waarde van geld en besef dat je er in het leven niet komt zonder werken.”

“Ik treed nog steeds op, maar het is anders. Nu geniet ik er met volle teugen van. Vroeger werkten we soms vijf optredens af op een dag. We startten aan de kust, reden dan naar Limburg om ‘s nachts opnieuw aan de kust te eindigen. Dat is voorbij en dat is maar goed ook. Het moet plezant blijven. De eerste keer dat ik tegen mijn gedacht moet optreden, stop ik er onmiddellijk mee.”