Beeld Patrice Lumumba vindt een thuis in Roeselare

Geert Doom met het gecontesteerde beeld van Patrice Lumumba en de arm van de vroeger kolonisator op hem. © (Foto Stefaan Beel)
Peter Soete

Er zijn niet veel Roeselarenaars die een buste in hun living hebben van Patrice Lumumba, de allereerste Congolese eerste minister die vermoord werd. Geert Doom heeft dat wel en blijkt dan nog dat het een kunstwerk is dat geen enkele Belgische gemeente of stad in zijn publiek domein wil plaatsen.

“Ik ben heel toevallig met de kunstenaar van die buste in contact gekomen”, begint Geert Doom zijn verhaal. “In 2012 heb ik een beeldje van kunstenaar Enca Caen van de schroothoop gered. Ik dronk een glas op de laatste avond van het popup café van de Roeselaarse scouts aan het station en zag daar een beeldje van Manneken Pis. Toen men mij vertelde dat alles dat daar nog stond voor de vuilinsbelt zou zijn, mocht ik dat beeldje meenemen. En ik heb het ingebouwd in de gevel van mijn huis. (lacht). Ik maakte ook een vriendengroep van Manneken Pis op Facebook en opeens contacteerde de kunstenaar Enca Caen mij en bezocht hij mij in Roeselare.”

Niet in Brussel

“We praatten wat, ondermeer over de Afrikaanse kunst die ik heb en plots viel de naam van Patrice Lumumba, de allereerste premier van Congo die werd vermoord. Bleek dat Enca Caen een buste had gemaakt van Lumumba en dat dit kunstwerk een plaats zou krijgen in Brussel. Maar onze hoofdstad zag daar plots van af omdat Enca Caen een arm in de Belgische kleuren en met de beeltenis van koning Boudewijn eraan had toegevoegd. Dat was natuurlijk om nogmaals te onderstrepen dat het de Belgen zijn die de hand hadden in de moord op Lumumba. Maar daaraan werd en wordt men nog altijd niet zo graag aan herinnerd in ons land.”

Tanden aan zee

“Heel veel mensen kennen trouwens absoluut niets van de geschiedenis en de moord op Lumumba. Het zijn Belgische militairen die in opdracht van de toenmalige Belgische regering en van de Belgische hoogste kringen de veel te ‘linkse’ Lumumba hebben omgebracht en zijn lijk deden verdwijnen. Het zijn zelfs twee Belgische militairen, geboren Pittemnaars, die het lijk van Lumumba hebben in stukken gezaagd en opgelost in zwavelzuur. Ze moesten de tanden van Lumumba, die ze blijkbaar niet konden oplossen, in zee gooien zodat er werkelijk niets meer over zou blijven van de man. Maar één van die miltairen bracht die tanden mee naar huis en die werden daar later bij een huiszoeking bij hem aan zee gevonden.”

In de living

“Maar het thema Lumumba en België blijft dus ook vandaag nog steeds zeer gevoelig en Enca Caen vond dan ook geen enkele stad of openbaar museum bereid om dat standbeeld een plaats te geven. Wel als hij de Belgische arm met de beeltenis van koning Boudewijn zou verwijderen maar dat weigerde Enca. De buste bleef dus al die tijd in zijn atelier en toen Enca Caen verhuisde en kleiner ging wonen, moest hij afstand doen van bepaalde werken en die Lumumbabuste was er één van. Hij contacteerde mij en vroeg me of ik een plekje had voor ‘Lumumba’ tussen mijn andere Afrikaanse objecten. En zo komt het dat ik nu iedere avond in mijn living het gezelschap heb van de vermoorde Patric Lumumba (lacht).”

(PS)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier