Vrouw staat terecht voor moordpoging door bed in brand te steken

Redactie KW

Een 39-jarige vrouw uit Zwevezele heeft zich voor de Brugse strafrechter moeten verantwoorden voor brandstichting en moordpoging.

V.R. zou het bed van haar partner in brand gestoken hebben, maar ze ontkent elke betrokkenheid.

Op 30 januari 2014 ontstond brand in hun woning langs de Meiboomstraat in Zwevezele. Toen Yves D. wakker werd, ging hij zelf de vlammen te lijf en liep hij zware brandwonden op. Uit onderzoek bleek dat er sprake was van brandstichting. Op het bed, waar de man op dat moment lag te slapen, werden sporen van brandversnellers aangetroffen. Bovendien had het slachtoffer heel wat medicatie in zijn lichaam.

Bijna tien maanden later werd zijn partner V.R. aangehouden op verdenking van moordpoging. Volgens een kennis zou ze de dag voor de brand immers gevraagd hebben of ze mazout dan wel benzine moest gebruiken. Haar advocaat Kris Vincke plaatste vraagtekens bij die verklaring. “Hij komt in oktober plots met dat verhaal, terwijl hij bij een verhoor in februari geen nuttige info had.” Ook het tijdsgebruik klopt niet volgens de raadsman van V.R. Zijn cliënte had immers al minstens een half uur de woning verlaten toen Yves D. alarm sloeg. “Als het al zo lang aan het branden was, is het onmogelijk dat hij dan pas wakker zou worden en beginnen blussen.”

Op de zitting schreeuwde de beklaagde haar onschuld uit. “Ik heb daar niets mee te maken. Ik heb mijn man wel ooit een keer Xanax gegeven, maar daar heb ik heel veel spijt van. Ik weet ook niet wie het dan wel gedaan heeft.” De beklaagde en het slachtoffer hebben zich intussen verzoend. Hij stelde zich dan ook geen burgerlijke partij.

De rechtbank doet uitspraak op 16 juni.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier