Stelende grafdelvers in Brugge riskeren tot 1 jaar cel

De vier verdachte grafdelvers aan de rechtbank, vergezeld door een vrouwelijke kennis. © Foto LK
Laurens Kindt

Het Brugse parket vraagt celstraffen van zes maanden tot een jaar voor de vier grafdelvers van de stad Brugge die foto’s namen van skeletten en gouden voorwerpen die ze vonden in de graven voor eigen rekening doorverkochten. De vier vragen de vrijspraak.

De feiten kwamen eind 2017 aan het licht toen grafdelver Kevin D. uit Loppem gearresteerd werd wegens voetbalgeweld. In zijn gsm vond de politie diverse foto’s van skeletten, waaronder een beeld van een schedel met een swastika op, en achterhaalden ze ook dat er een speciaal groepje op sociale media was waar de man foto’s van skeletten deelde met zijn collega’s. De beelden werden daarbij voorzien van humoristisch bedoelde commentaar. Uit het verder onderzoek bleek bovendien dat bepaalde grafdelvers geregeld gouden tanden of sieraden stalen uit de graven en deze verkochten aan een goudsmid in Sint-Andries. Twee grafdelvers werden op staande voet ontslagen, twee anderen bleven in dienst van de stad Brugge tot de zaak voor de rechtbank zou komen.

Het parket van Brugge eiste vandaag/dinsdag 1 jaar cel voor Kevin D. uit Loppem. De andere drie grafdelvers riskeren zes tot acht maanden celstraf. “Als eksters plunderden ze alles wat blinkt uit de graven en dit voor slechts enkele honderden euro. Ze hebben geen enkel respect voor de overledenen. Een van de beklaagden is bekend als comedian die morbide humor brengt. Morbide zijn de feiten zeker, maar humoristisch? Dat denk ik niet”, aldus de procureur.

De stad Brugge stelde zich burgerlijke partij en eist in totaal 5500 euro schadevergoeding van hun (ex-)werknemers. “Door de talloze persartikels over deze zaak is de stad Brugge zwaar in diskrediet gebracht door haar eigen werknemers”, aldus de advocate van de stad. De advocaten van de vier beklaagden vinden die eis ‘hallucinant’. “Deze mensen hebben nooit een degelijke opleiding gehad. De stad Brugge wist maar al te goed dat dit nu eenmaal het systeem was bij de dienst van de grafdelvers. Het was al jaren zo. En nu is men plots geschokt, dat is weinig geloofwaardig”, klonk het unisono.

Beklaagden vragen de vrijspraak

Alle vier de beklaagden vragen de vrijspraak. Ze betwisten de tenlastelegging van grafschennis omdat het volgens hen niet (meer) om graven ging. “De concessies waren verlopen. Die menselijke resten moesten naar een verzamelplaats. Dat was hun werk. Als dat nog altijd een graf zou zijn, dan zouden ze zich bij iedere werkopdracht schuldig maken aan grafschennis”, klonk het.

Ook de diefstal wordt ontkend. “Van wie waren die goederen? Niet van de stad, niet van de nabestaanden die de concessie niet meer betaalden. Om van diefstal te kunnen spreken, moet je weten wie de eigenaar is”, pleitte de verdediging. Ook voor de zwarte humor in het internetgroepje hadden de raadslieden een uitleg. “Die morbide humor is voor hen een uitlaatklep. Van psychologische bijstand door de stad Brugge voor deze mensen, die toch een bijzonder en een zwaar beroep hebben, is er geen sprake. Voor hen is die humor een manier om hun dagelijkse werk te verwerken. Het is vuil werk, maar iemand moet het doen”, klonk het.

De rechter velt vonnis op 8 januari 2019.

(LK)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier