Openbaar Ministerie vraagt vrijspraak Barbara Gandolfi in oplichtingszaak Jean-Paul Belmondo

De Oostendse maakte haar ex-vriend 200.000 euro lichter. © BELGA
Redactie KW

Het openbaar ministerie vraagt in beroep de vrijspraak voor ex-playmate en mediafiguur Barbara Gandolfi (43) voor het oplichten van de Franse acteur Jean-Paul Belmondo (85). De Oostendse maakte haar ex-vriend 200.000 euro lichter en werd daarvoor in eerste aanleg veroordeeld tot 9 maanden cel met uitstel. Maar volgens het openbaar ministerie van het hof van beroep in Gent, is er sprake van twijfel.

Gandolfi had van 2008 tot 2012 een relatie met Belmondo. In die periode bleef ze samen met haar ex-vriend en zakenpartner Frédéric Vanderwilt enkele nachtclubs uitbaten. Jean-Paul Belmondo leende in 2009 in dat kader 200.000 euro aan zijn vriendin.

‘Oplichting’ oordeelde de eerste rechter in Brugge. De rechter stelde dat ze ondanks de schriftelijke leningsovereenkomst nooit de intentie hadden om het geld terug te betalen en veroordeelde Gandolfi tot 9 maanden cel met uitstel en een boete van 5.500 euro. Frédéric Vanderwilt werd veroordeeld tot 18 maanden effectief en een boete van 5.500 euro.

Sprake van twijfel

In beroep is de procureur-generaal minder overtuigd dat Gandolfi door middel van listige kunstgrepen 200.000 euro wist los te peuteren van Belmondo. “Als je die telefoongesprekken leest, merk je dat Belmondo beseft dat zijn jong veulen niet in zijn wei zal blijven lopen. Hij was op dat moment niet meer de door liefde verblinde ezel. Wat mevrouw gedaan heeft, is moreel misschien niet netjes, maar ik ben hier niet om de moraalridder uit te hangen. Volgens mij is er sprake van twijfel, en dus moet de vrijspraak volgen.”

Gandolfi en Vanderwilt gingen in hun pleidooi ook resoluut voor de vrijspraak. “Belmondo wou zelf dat ik – in plaats voor Frédéric te werken – zelf iets begon. Daarvoor diende die 200.000 euro, die ik nadien ook volledig heb terugbetaald. Ik heb het geld trouwens gekregen in 2009, en we zijn nadien nog drie jaar samen gebleven.”

Uitspraak op 19 juni.

(Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier