Kennis van Caroline Vyncke : “Het huis was precies opgekuist”

Geert Vanweehaeghe © BELGA
Redactie KW

Op het assisenproces over de moord op Caroline Vyncke (42) hebben enkele kennissen verteld over het gedrag van Geert Vanweehaeghe (37) in de dagen na de feiten.

De beschuldigde ging overal aanbellen om te vertellen over de verdwijning. Volgens enkele getuigen was zijn woning opvallend proper en opgeruimd.

De avond van de verdwijning trok Vanweehaeghe naar een café in de buurt. “Hij vroeg of hij een keer mocht bellen, omdat zijn vrouw al een paar uur verdwenen was. Ik heb hem dan mijn gsm gegeven”, getuigde de cafébaas. Ook in de volgende dagen vertelde hij over de verdwijning. “Die woensdag heeft hij aan mijn deur gebeld om te zeggen dat zijn vrouw weg was. Ik kende eigenlijk zelfs hun namen niet”, aldus een buurvrouw.

Geert Vanweehaeghe ging wel vaker bij mensen aanbellen om een praatje te maken. “Hij vertelde dan over van alles. Ik nam die verhalen niet voor waar aan, maar zag er ook geen kwaad in”, aldus Gianni Declercq. “Ook de avond van de verdwijning heeft hij aangebeld, maar ik heb niet opengedaan.” Meester Jan Leysen, raadsman van de burgerlijke partijen, merkte op dat de getuige slechts op enkele meters van de tweede beschuldigde woonde.

Declercq kreeg het trouwens ooit serieus aan de stok met Thomas Couvreur. De beschuldigde probeerde zijn poort in te stampen en vernielde zijn bel met een mes. “Ik wil me daarvoor verontschuldigen. Ik was mijn sleutels vergeten en wilde een ladder vragen. Ik dacht dat hij ermee aan het rammelen was door niet open te doen. Ik was dronken. Dat mes was omdat ik kwaad was dat hij de politie had geroepen”, reageerde Couvreur.

Het was een ondoordringbare stank. Ik ben er drie weken slecht van geweest

Twee dagen na de verdwijning kreeg Vanweehaeghe een koppel kennissen over de vloer. “Het huis rook heel fris. Het was precies opgekuist en heel proper”, aldus Bruno Deleersnyder. Het viel de man ook op dat de handtas en de pillen van Caroline Vyncke nog op tafel stonden. “Ik vond dat niet normaal. Ze pakte die tas overal mee naartoe, soms zelfs naar het wc.”

De getuige was ook aanwezig toen op 16 april 2011 een dijbeen van het slachtoffer in de Heulebeek werd aangetroffen. “Het was precies een stuk stof, maar uit dat stuk stof viel dan iets. Het was een ondoordringbare stank. Ik ben er drie weken slecht van geweest.” Sindsdien hebben de getuige en zijn echtgenote alle banden met Vanweehaeghe verbroken. “In die tijd was het ook een agressief en bezitterig persoon. Als hij zijn gedacht niet kreeg, kwam er schuim op zijn mond.”

Ze wilde liefst de relatie beëindigen, maar ze was bang dat Geert haar dan iets zou aandoen

Volgens een getuige van Jehova was het slachtoffer in die periode bang van haar partner. “Ik leerde haar kennen toen ik van huis tot huis ging. Caroline was geïnteresseerd in de zin van het leven.” Financiële problemen zorgden voor een druk op de relatie. “Ze wilde liefst de relatie beëindigen, maar ze was bang dat Geert haar dan iets zou aandoen.”

Tenslotte getuigden twee vuilnismannen dat ze twee dagen na de feiten Geert Vanweehaeghe voor zijn woning in zijn rolstoel zagen zitten. “Dat viel op omdat het heel koud was. Ik had die man daar nog nooit zien zitten. Er stonden daar anders ook nooit zoveel vuilniszakken.” De beschuldigde ontkende dat hij die dag zes vuilniszakken had buiten gezet.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier