De ondergang van de horecabaron van Brugge

Volgens zijn advocaat Filip Van Hende leeft Philip Calleeuw vandaag heel bescheiden in Spanje. © Kurt Desplenter
Piet De Ville
Piet De Ville Medewerker KW

Met zeven horecazaken op toplocaties in zijn portefeuille, was Philip Calleeuw ooit dé horecabaron van Brugge. Woensdag weet de man of hij naar de gevangenis moet voor grootschalige fiscale fraude. Hij verduisterde liefst 18,9 miljoen euro, onder meer met ‘zwarte’ mosselen. De man leeft nu naar eigen zeggen volledig berooid in een huurhuisje zonder comfort in Spanje.

De dagen dat Philip Calleeuw grote sier maakte in de regio, liggen ver achter ons. De Brugse horecapaus kocht tientallen peperdure handtassen voor zijn vrouw, deed zichzelf een Hummer cadeau en woonde in luxevilla’s en kastelen, onder meer kasteel Doeveren in Ruddervoorde. Volgens zijn advocaat Filip Van Hende leeft de vijftiger vandaag heel bescheiden in Spanje.

“Hij is al zijn bezittingen kwijt en woont samen met zijn vrouw en kinderen in een huurhuisje met weinig comfort. Hij komt er aan de kost als kok in een restaurantje van een Vlaming. In de wintermaanden komen daar geen toeristen, dus dan verdient hij nauwelijks iets. Ik weet dat kwatongen durven twijfelen, maar het is echt armoe troef voor mijn cliënt en zijn familie. Inclusief zijn schoonouders, die vlakbij in een huurhuisje wonen.”

Straks moet Calleeuw het mogelijk met nog minder comfort stellen, want er hangt hem een celstraf boven het hoofd. In eerste aanleg kreeg hij voor grootschalige fiscale fraude twee jaar effectieve celstraf, maar het openbaar ministerie ging in beroep en vorderde vier jaar effectief voor de sjoemelende horecapaus. Het hof van beroep in Gent doet uitspraak op woensdag 6 maart.

Rijk getrouwd

Het begon nochtans allemaal heel mooi voor de ambitieuze Calleeuw. In de jaren negentig leerde hij zijn latere echtgenote Dominique D. V. uit Lichtervelde kennen in de Brugse horeca. Haar ouders runden horecazaken in het Brugse en namen later ook de Tom Pouce op de Burg in hartje Brugge over. De gewiekste Calleeuw kwam zo ook in de zaak en nam samen met zijn vrouw de Tom Pouce over. Daarna, en naar verluidt grotendeels dankzij het kapitaal van zijn schoonfamilie, begon hij aan zijn veroveringstocht in de Brugse horeca.

Toplocaties

Calleeuw focuste zich daarbij op de toplocaties in de Brugse binnenstad, waar hij vooral een gegarandeerde stroom toeristen kon bedienen. Op die manier kon hij ook gemakkelijk de banken overtuigen om met leningen over de brug te komen, weten ingewijden in de Brugse horeca. Op zijn hoogtepunt runde Philip Calleeuw zeven zaken tegelijkertijd: De Beurze, Café Français, Le Grand Café Belfort en Le Panier d’Or op de Markt, Duc de Bourgogne op het Huidevettersplein, Tom Pouce op de Burg en hotel-restaurant ‘t Putje op ‘t Zand. In al zijn zaken samen stelde hij zo’n 140 persoonsleden te werk.

Tom Pouce op de Burg in Brugge was destijds de eerste horecazaak van Philip Calleeuw. De start van een imperium.
Tom Pouce op de Burg in Brugge was destijds de eerste horecazaak van Philip Calleeuw. De start van een imperium.© Davy Coghe

Dat Calleeuw het niet al te nauw nam met regels en wetten, bleek al in 2009. Toenmalig burgemeester Moenaert liet een week lang zijn terras sluiten wegens herhaaldelijke overtredingen op het verbod op ronselen, het aanklampen van passanten om ze in de zaak binnen te halen. Een resem andere uitbaters op de Markt dagvaardden de horecapaus daarvoor en stuurden een deurwaarder naar zijn zaken. Populair is Calleeuw nooit geweest in Brugse horecakringen, waar de begrippen afstandelijk en arrogant vallen om hem te beschrijven.

“In de sector werden wel wat vragen gesteld bij de erg snelle, steile klim die Calleeuw in de horeca maakte”, zegt Karel Hessels, voorzitter van Horeca Brugge en zaakvoerder van bekende zaken als Charlie Rockets, hotel Die Swaene en pizzeria Carlitos. “Horeca mag niet enkel gaan om snel geldgewin. Als uitbater moet het de bedoeling zijn dat mensen met plezier betalen voor een aangename ervaring en dat ze willen terugkomen. Ik stel met genoegen vast dat nu opnieuw meer Bruggelingen de horecazaken op de Markt bezoeken.”

Veel geld verdiend

Een ex-werknemer, die nu een eigen snackbar uitbaat in de binnenstad, is wél behoorlijk positief over zijn ervaringen met de gevallen horecamogul. “We hadden zeker niet te klagen. Ik werkte zoals de meeste collega’s enkel op procent. Een werkdag bestond vaak uit wel 13 uren, maar op een drukke dag verdienden we dan natuurlijk ook veel geld”, klinkt het. “We werden altijd contant uitbetaald door de ober die de kassa deed. Geld storten op een rekening, dat gebeurde nooit. Eigenlijk zagen of hoorden we Calleeuw zelden, enkel als hij eens binnen liep om iets te komen eten. Hij had maar liefst vier managers in dienst. Over die fraude wist ik niets. Of ik geloof dat Calleeuw nu echt helemaal blut is? Ik weet dat niet zeker, maar het zou me alleszins niet verbazen. Het was wel geweten dat hij héél kwistig met zijn geld omsprong.”

Het jaar 2012 luidde voor Philip Calleeuw het begin van het einde in. De fiscus ontdekte dat hij sjoemelde met zwarte mosselen. Twee medewerkers hadden de taak om op het einde van de dag langs alle restaurants te gaan om al het zwart geld in te zamelen, blijkbaar vaak met de fiets, en het te gaan afleveren bij Calleeuw thuis. Nadat de mosselenfraude ontdekt werd, besliste de fiscus om de hele boekhouding van Calleeuw door te lichten. Dat resulteerde in 2013 in een inval in al zijn restaurants én in zijn villa in Lichtervelde, waar de speurders op wel 400 peperdure handtassen en tal van luxewagens botsten.

In datzelfde jaar, eind augustus, woedde dan ook nog eens een hevige brand in het vernieuwde gedeelte van ‘t Putje op ‘t Zand. Het parket vermoedde kwaad opzet, maar een verdachte moest vrijgelaten worden wegens gebrek aan bewijs. In Brugge circuleerde zelfs het gerucht dat Calleeuw zelf de hand had in de brand, maar dat ontkende hij altijd met klem en werd nooit bewezen. 2013 was sowieso een rampjaar voor Calleeuw. Hij kwam toen ook terecht in een mediastorm over een lange reeks negatieve beoordelingen op TripAdvisor. Volgens sommigen waren de zaken van de Lichterveldenaar toeristenvallen, waar zo snel mogelijk zo veel mogelijk geld moest binnenstromen. Bruggelingen bleven liever weg uit zijn restaurants.

18,9 miljoen euro

Na ook nog een tweede inval in zijn villa, concludeerde het gerecht dat Calleeuw en zijn echtgenote alles bij elkaar voor 18,9 miljoen aan belastingen hadden ontdoken. Het rijk van de Brugse horecapaus was uit. Om zijn schulden terug te betalen, werd voor al zijn horecazaken, via curatoren, een koper gezocht en uiteindelijk ook gevonden. Woensdag weet de gewezen miljonair of hij effectief achter tralies vliegt. Voor zijn vrouw Dominique, die in eerste aanleg twee jaar met uitstel kreeg, wordt drie jaar gevorderd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier