Jean-Pierre Severens: “Je moet niet rijk zijn hoor. Gewoon veel mensen kennen”

Jean-Pierre Severens: "Ik volg de politiek wel, maar zou er zelf niet aan meedoen. Ik wil voor Oostende zijn, niet voor één bepaalde ploeg." © Davy Coghe
Hannes Hosten

Muzikant Jean-Pierre Severens werd op 17 juni 60 jaar en viert op 9 september in de Kursaal de 20ste verjaardag van de Melody Makers, de succesvolle muzikale vriendenkring waar hij de dirigent, voorzitter en bezieler van is en waar zijn hele familie in meespeelt. Jean-Pierre en zijn gezin spoelden in 1992 aan in Oostende, maar is vandaag zo Oostends als de Mercator zelf.

“De Mercator, dat zit diep hoor”, vertelt Jean-Pierre, nadat we ons in de zon hebben geïnstalleerd op het bovendek. “Ik ben afkomstig van Wilrijk, waar de zeevaartschool gevestigd is. Dit was vroeger hun schip hé, een studieboot. Maar zelf heb ik de Mercator hier pas leren kennen. Ik ben ontzettend gelukkig dat het schip in Oostende ligt. In Antwerpen zou hij maar ergens zijn weggedoken aan ‘t Scheld. De stad heeft het schip nu zelfs gekocht. Of ik daar blij mee ben? Zie je mijn glimlach? Yes! De Mercator is hier groot geworden. Het is nu een stuk van Oostende.”

Een beetje zoals jij dus. Afkomstig uit Antwerpen, hier een bekendheid geworden.

“Zoals ik, ja. Wij kwamen in 1992 naar Oostende omdat mijn middelste dochter Jennifer met zware astma en epilepsie sukkelde. Ze was enkele weken thuis, dan weer enkele weken in het ziekenhuis… De dokters stelden voor haar in de week naar het Zeepreventorium in De Haan te sturen. Zondag de bus op en pas vrijdagavond weer thuis. Ik had toen muzikaal heel veel werk, zeker in de weekends. Ik zou mijn kind niet meer zien. Op 14 minuten beslisten we om naar Oostende te verhuizen. In 14 dagen was dat geklonken.”

Hoe ging het dan met Jennifer?

“Geloof je in mirakels? Dat was echt een mirakel. Wij kwamen aan in Oostende, wandelden één keer langs de dijk en ze kreeg kleur. Ze ademde weer. Sindsdien lag Jennifer nooit meer in het ziekenhuis. Ze heeft nog altijd de zwakste gezondheid, maar wordt sterk omringd door de familie en heeft een heel goede man. Hij verdient een standbeeld.”

“Wij lieten alles vallen en kwamen naar Oostende om onze dochter te redden”

Had je zelf moeite met die verhuizing?

Ik ben muzikant. Mijn plaats is overal. Het spijt me nu dat we hier niet 33 jaar vroeger kwamen wonen. Je kan er toch geen spijt van hebben dat je iets doet om je dochter te redden? We hebben alles laten vallen, maar dat was snel weer opgebouwd hoor. Je kind is toch het belangrijkste. En het heeft geholpen! Nee, we hebben ons daar nooit slecht bij gevoeld.”

Was het via de muziek dat je in Oostende ingeburgerd raakte?

“Ja. Een collega-muzikant vroeg me om éénmalig de Oostendse muziekvereniging Spoor te dirigeren in Luxemburg. Maar het klikte en we deden verder. Maar na drie jaar ging het niet meer bij Spoor. Met een 35-tal mensen trokken we eruit en richtten de Melody Makers op. Dat was van de eerste dag een succes. Vandaag hebben we 112 leden, waarvan ruim 80 muzikanten en daarnaast medewerkers allerhande… Het is één grote vriendengroep met de muziek als bindende kracht.”

Mijn balpen laat het afweten, maar geen nood. Jean-Pierre snelt naar beneden en komt terug met een bic van zijn maat, een medewerker van het schip. “Je hoeft niet rijk te zijn hoor in het leven”, lacht hij. “Gewoon veel mensen kennen. Ik zie graag mensen. Dat vind ik ontzettend boeiend.”

Veel muzikanten hebben een groot ego. Zijn er nooit wrijvingen bij de Melody Makers?

“Die probeer ik de kop in te drukken. Een klarinettist kwam voor de eerste keer bij ons repeteren. Hij was goed, heel goed. Maar bij elk foutje van iemand anders begon hij rond zich te kijken. Dat haalt de moraal naar beneden. In de pauze zei ik: ‘Bedankt, ‘t was tof!’ ‘Is het al gedaan?’, vroeg die man. ‘Voor u wel!’ antwoordde ik. ‘Weet je wel wie ik ben?’, zei hij. ‘Ja, je bent veel te goed voor ons’, heb ik gezegd.”

Hebben jullie dan geen muzikale toppers?

“Zeker wel, maar met de juiste ingesteldheid. De tweede, derde en vierde partij is even belangrijk. Ik zie ze graag, mijn muzikanten, en zij mij. Vorige week hebben ze me enorm verrast. Ik werd 60 jaar en mijn beste vriend Niko Geldhof lokte me mee naar de Zandvoordestraat, waar 80 muzikanten mij opwachtten en voor mij speelden. Ik was zo ontroerd.”

Ben je een emotioneel mens?

“Ja. Elke muzikant is dat. Maar niet té. Daar heb ik een hekel aan. Ik doe altijd wat moet. Als voorzitter moet je eerlijk zijn, maar diplomatisch. Ik heb tranen in de ogen als ik iemand moet ontslaan, maar dat gebeurt. Meestal niet omdat ze iets verkeerd deden, maar omdat ze niet meer genoeg tijd maken voor de Melody Makers. Als ze maar eens om de zes maanden meer komen repeteren, gaat het niet meer. Zo’n muziekgroep, dat moet je leven zijn hé.”

Je bent trompettist. Welk gevoel heb je als je zelf muziek speelt?

“Alle gevoelens. Als ik blues speel, voel ik de blues. Anders kan je dat niet brengen. Het is alsof je een verhaal voorleest. Dat rammel je ook niet af, je brengt het met gevoel. En dat probeer ik ook bij muziek. Je leeft jezelf in. Een goede muzikant is emotioneel en komt impulsief uit de hoek. In verliefdheid, in alles hé. Je gaat tot het uiterste.”

Ben jij zelf ook impulsief?

“Nee, eerder bedachtzaam. Té bedachtzaam zelfs. Als we een concert brengen, is het voor mij al gedaan voor we het gespeeld hebben. Ik laat niets aan het toeval over. We hebben een ongelooflijk goed bestuur, dat weet waar ik naartoe wil.”

Ben jij een democratisch leider?

Ik ben voor democratie zolang ze gebruikt wordt door de juiste mensen. Anders doet ze meer kwaad dan goed. Ik heb het gevoel dat ik het voor het zeggen heb bij de Melody Makers, maar de anderen zeggen wel als iets niet kan. Al gebeurt dat niet veel, want we denken allemaal hetzelfde. We hebben hetzelfde doel: mensen gelukkig maken. Nu ik erover nadenk: wij zijn wel een democratie, want de taken zijn verdeeld. We hebben een creaploeg, een werkploeg… elk met hun leider. Ik heb die leiders aangeduid, maar hou rekening met wat zij willen en stuur bij indien nodig. Dat is mijn taak als voorzitter.”

De politiek, is dat iets voor jou?

“Totaal niet. Ik denk aan hoe zwaar Niko Geldhof is aangepakt. Zo pijnlijk. Ik zou me dat persoonlijk aantrekken. Dat was allemaal niet waar, en je kan iedereen pakken op fouten. Politici gaan daar ver in. Je wordt soms neergemaaid. Gaat het goed, dan komt dat door iemand anders, gaat het slecht, dan ben jij het. Ik volg de politiek wel, maar zou er zelf niet aan meedoen. Ik wil voor Oostende zijn, niet voor één bepaalde ploeg. Ik vind wel dat Oostende heel positief geëvolueerd is. Heel België vindt dat.”

Heb je een kleur?

“In Wilrijk behoorde ik sinds mijn jeugd tot de Liberale Muziekvereniging De Vrijheidsvrienden. Maar wat daar de liberalen deden, doen hier de socialisten. Ze hebben een kleur nodig om te kunnen blijven bestaan. Krista Claeys vind ik een toffe madam. Tegen de Johan (Vande Lanotte, red.) zei ik eens dat hij bijlange niet is zoals ik over hem gelezen had. Bart Tommelein is ook emotioneel, hij speelt klarinet en zingt. Dat zijn mensen van drie verschillende kleuren. Maar het is de persoon die telt.”

Jij hebt een heel hecht gezin.

“Ja, en we zijn allemaal bij de Melody Makers: mijn vrouw, mijn dochters, mijn schoonzonen. Je moet een vereniging kiezen waar je familie en je vrienden ook bij zijn: dan ben je zeker dat je hen ziet. Het is tof dat wij elkaar zo graag zien. Wij gaan altijd samen op vakantie: met de kinderen en kleinkinderen en vriendin en secretaris van de muziekgroep Johanna De Muelenaere.”

“Je moet een vereniging kiezen waar je familie en vrienden bij zijn. Dan ben je zeker dat je hen ziet”

Wat is de rol van je vrouw Rita?

La mama. Zij draagt alles. Bij de Melody Makers speelt ze landsknecht, een soort trommel. Ze zorgt voor de kinderen, vooral voor onze middelste, en staat altijd voor alles klaar. En ze zorgt dat ik me goed in mijn vel voel.”

Je werd vorige week 60. Hoe sta je tegenover ouder worden?

Mijne papa was mijn beste vriend. Hij stierf in 1990 op zijn 56ste. Wij waren dag en nacht samen: we werkten samen en speelden samen muziek. Rond mijn 56ste dacht ik eraan dat ik nu die leeftijd had bereikt. Maar nu deed ik al vier jaar winst. Elke dag langer is een dag gewonnen. Ik sta er nu niet meer bij stil. Carpe Diem!”

Drie jaar geleden trouwden je drie dochters op dezelfde dag met een romantisch feest. Hoe belangrijk is het huwelijk voor jou?

Je trouwt niet voor de buitenwereld, maar wel om te kunnen zeggen ‘dit is mijn echtgenote’. Je hebt vrienden, heel goede vrienden en je hebt je echtgenote. Tot de dood ons scheidt? Zo zou het toch moeten zijn. Als het niet lukt, dan is dat maar zo, maar het is toch de norm die je meegeeft aan de jeugd. Alleen is toch maar alleen. En trouwen is die titel meegeven: echtgenoot of echtgenote. Zo ben ik ook ‘voorzitter’ van de Melody Makers, al doe ik even veel als al die anderen. Maar een titel geeft een mens een waarde, een appreciatie.”

Als Jean-Pierre voor lange tijd op reis zou gaan…

Naar de States: “Als ik met de Mercator mocht uitvaren, zou ik mijn vrouw, kinderen en kleinkinderen meenemen en alle Melody Makers. Dat zijn de mensen die ik het liefste zie. En deNiko (Geldhof, red.) mag ook nog mee, voor de sfeer en de ambiance. Als die allemaal mee zijn, dan mag de reis gerust lang duren. Een jaar of zo. Ik zou ze meenemen naar Amerika: New Orleans, Memphis, de Mississippi, de Golf van Mexico… Ik wil ze tonen waar ik me goed voel. Ik heb nog opgetreden in New Orleans. Ik voel me er even goed als in Oostende.”

Trompet: “Mijn trompet zou ik niet kunnen missen. Het spelen is routine geworden, maar ik verleg nog altijd de grens. Ik word nog lichtjes beter, zoals de rode wijn. Ook mijn computer en smartphone zouden mee moeten. Ik wil contact houden met alles en nog wat. Ik ben een Facebookfanaat. Ik zou alles willen weten, ook wat er in Oostende gebeurt. Zeker De Zeewacht zou ik willen volgen.”

Oostende: “Ik zou alles van Oostende missen. Ik ga graag naar de USA, maar ik kom even graag terug. Als ik op de autosnelweg aan Jabbeke kom, zet ik mijn raam open. Ik woon al sinds 1992 in Oostende, maar heb nog altijd het gevoel met vakantie te zijn. Ik ben een toerist, zie me hier zitten! Oostende vind ik de mooiste stad ter wereld. Echte Oostendenaars hebben dat misschien minder. Tuurlijk zou ik Oostende missen. Ik mag er niet aan denken. Maar je hebt hier alles hé. Wat een rijkdom!”

Knokke of Nieuwpoort: “Mocht ik niet meteen naar Oostende kunnen terugkeren, ga ik naar Knokke of Nieuwpoort. Het is er proper en deftig, er is een toeristisch gevoel, maar je hebt er ook vaste bewoners. En ook in de winter is er nog iets te beleven. Veel andere badplaatsen zijn ‘s winters dood. Naar Antwerpen? Daar kom ik alleen nog voor de muziek.”

Bio

Privé: Geboren in Wijnegem op 17 juni 1958. Groeide op in Wilrijk, woont sinds 1992 in Oostende. Getrouwd met Rita Vanlaeken, vader van Tamara (36), Jennifer (34) en Bianca (28), vier kleinkinderen.

Opleiding en loopbaan: Opleiding technische mechaniek en uitmuntendheid B aan het muziekconservatorium. Werkte in de Antwerpse haven en nu al 20 jaar als chauffeur bij Vereenooghe in Oostende. Trompettist, begeleidde bekende artiesten, speelt bij de Dixieland Streetband. Dirigent en voorzitter Melody Makers Oostende.

Vrije tijd: “Paardrijden, mocht ik er tijd voor hebben. En ik zou zo graag piano leren spelen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier