Lilit en Gegham Grigoryan: “Familie is zeer belangrijk voor ons”

© (Foto IV)
Mia Vanacker

Hun namen doen vermoeden dat ze van buitenlandse origine zijn. Lilit en Gegham Grigoryan kwamen in april 2001 als humanitaire vluchtelingen vanuit Armenië naar België. Door hard te werken, bouwden ze hier een leven op. Net als hun twee dochters voelen ze zich Belg, alhoewel de band met de familie heel hecht blijft.

“Wij hebben al een lange weg afgelegd. Toen we hier in 2001 aankwamen, kregen we een huis van het OCMW. Dat was maar tijdelijk, maar het stelde ons in staat om de taal te leren en werk te zoeken. Maurice Latré was onze redder in nood. Hij zorgde ervoor dat we in West-Vlaanderen konden blijven. Ik was toen zwanger. Hij roemde de gezonde zeelucht en vond een huis in Oostduinkerke. Hij is nog altijd onze beste vriend en de kinderen noemen hem ‘opa’.”

Lilit en Gegham Grigoryan:
© (Foto IV)

“Niettegenstaande we volledig ingeburgerd zijn, hebben we nog altijd de Armeense nationaliteit. Dat maakt ons wel boos op de ministers. Vanaf dag een hebben wij gewerkt, belastingen betaald, wij spreken Nederlands, wij hebben een eigen woning in Oostduinkerke en sinds een jaar ook onze zaak Zapato in Nieuwpoort, maar voorlopig kunnen wij van geen sociale tegemoetkomingen, zoals pensioen, genieten. Wij voelen ons nochtans honderd procent Belg. Onze dochters Mariam en Amelia zijn hier geboren en zijn wel Belg.”

Een 'folietje' van Lilit is nagels stylen.
Een ‘folietje’ van Lilit is nagels stylen.© (Foto IV)

“Ik ben in een familie van schoenmakers geboren. De liefde voor het schoenen maken, zit diep in mijn genen. Mijn man heeft daarvoor een opleiding gevolgd en schoolt zich nog altijd bij. Wij werken samen in onze zaak Zapato, wat het Spaanse woord voor schoen is. Gegham werkt nog voltijds bij een aannemer van laminaat, zonneweringen… Ik werk deeltijds en doe het huishouden. Zapato doen we alle twee in bijberoep. Het is onze droom om onze zaak voltijds te kunnen runnen, met het hoofdaccent op schoenen maken, op speciale vraag van de klanten, volgens een speciaal design, maar betaalbaar. Schoenen maken, zie ik als een kunst. Gegham doet de onderkant, ik werk de bovenkant af.”

“Als ik iets moois kan maken, dan ben ik blij. Of het nu om schoenen, juweeltjes, accessoires voor schoenen, pocketjes gaat, dat doet er voor mij niet toe. Ik maak ook gordijnen en herstel ook stoel- en zetelovertrekken. Binnenkort ga ik ook borduren. Een folietje van mij is nagels stylen. Ik heb daarvoor ook een cursus gevolgd.”

Lilit maakt graag mooie dingen zoals deze juweeltjes.
Lilit maakt graag mooie dingen zoals deze juweeltjes.© (Foto IV)

“Mijn zus ontwerpt ook schoenen voor ons. Zij komt uit hetzelfde nest als ik en we kregen de liefde voor het metier met de paplepel mee. Onze band met de familie is zeer hecht. Onze dochters spreken trouwens ook perfect Armeens. Tijdens de zomervakantie gaan ze twee weken naar mijn familie in Armenië. Zij kijken daar zo naar uit. Ook wij gaan geregeld naar Armenië. Familie is zeer belangrijk voor ons. Ik denk dat wij een andere invulling aan familie geven dan jullie. In onze vrije tijd zoeken wij familie op of nodigen die uit. Een tuinfeest, een barbecue met speciale Armeense hapjes, de gezelligheid en verbondenheid, samen kunnen praten, vertellen, lachen…. Uit eten gaan, doen we eigenlijk niet zo veel. We houden wel van lekker eten, maar dan liever met de familie. Dat is zoveel gezelliger. Vaak brengen onze familieleden typisch Armeense ingrediënten mee.”

“Wij zijn gelovig. In theorie ben ik opgegroeid in de Gregoriaans Apostolische Kerk, maar die behoort tot het christendom. Ik maak geen onderscheid tussen christenen. Onze kinderen zijn in de Armeense kerk in Brussel gedoopt, maar hun communies deden ze hier. Vroeger gingen we wekelijks naar de mis, nu minder, maar we blijven kaarsjes branden, waar we ook gaan.”