Krabben herkennen wordt kinderspel

Oostende/Marine bioloog Francis Kerkhof. Foto Peter Maenhoudt
Bert Vanden Berghe

De provincie heeft recent een krabbenzoekkaart ontwikkeld, waarbij je kan bepalen welke krab je precies hebt gevonden ergens aan onze kust. Wij trokken, gewapend met kaart en mariene bioloog Francis Kerckhof, naar het Klein Strand in Oostende. “Ik sluit niet uit dat er nog meer soorten onze richting uitkomen.”

Met de zoekkaart die de provincie ontwikkelde, kunnen we twintig krabben en twee heremietkreeften herkennen en benoemen. De provincie klopte daarvoor aan bij de Belgische Strandwerkgroep, de vereniging voor mariene biologie. Francis Kerckhof (62), die ook werkt voor het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, is al sinds jaar en dag de expert. Elke morgen passeert hij langs het Klein Strand in Oostende, vooral om de ringen van meeuwen te spotten en die door te geven. Dergelijke registraties zijn nuttig voor onderzoeken. Voor de krabben geldt hetzelfde. “De krabbenzoekkaart werd ontwikkeld opdat de mensen zouden weten om welk exemplaar het gaat, maar melden welke soorten waar gevonden worden is zeker ook nuttig”, aldus Francis. “Zelfs voor de gewone, klassieke strandkrab. Zo kunnen we bijhouden waar ze voorkomt en of er een evolutie mee gepaard gaat. Kwestie dat we niet opeens voor verrassingen komen te staan, zoals met de sterke daling van de mussenpopulatie een paar jaar geleden. Wij kunnen ook niet op elke plaats zijn, dus maken registraties van ‘burgerwetenschappers’ wel degelijk een verschil.”

Het Klein Strand fungeert als een soort baai en is dankzij de rotsen een speeltuin voor kleine krabben. “Maar noodzakelijk is dat niet. Elke krab heeft zijn biotoop en die zijn minstens allemaal even boeiend.” Net als de overige fauna, die op en langs het strand te vinden is. “Als het is ‘van eigen mossel eerst’, is het al hopeloos te laat”, grapt Francis, terwijl hij de talrijke Japanse oesters toont, de Filipijnse tapijtschelpen, de Amerikaanse zwaardschede, de stompe alikruik en de Pacifische zeepok, die tot voor kort vooral tegen de Canadese kust te vinden was, maar tegenwoordig zelfs al gedijt in Argentinië, Japan… en Oostende, dus. “Voor een bioloog is dat uiterst boeiend, maar het minpunt is dat de fauna wereldwijd wat uniformiseert. Je vindt straks overal hetzelfde, het ecologische equivalent van McDonalds.”

“De dode krabben die we vinden op het strand zijn helemaal geen dode krabben”

De meest voorkomende krab aan onze kust is ook een exoot. Twintig jaar geleden kwam de blaasjeskrab uit Azië niet eens voor in onze contreien. “Ze neemt het nog niet over van de klassieke strandkrab, omdat die dubbel zo groot kan worden en dus letterlijk en figuurlijk veel sterker staat.” Afgelopen weekend zag Francis nog een mannelijke blaasjeskrab, de grootste die hij tot nu toe vond.

Exoten spoelen aan

Het fenomeen van de exoten is niet nieuw. De Nieuw-Zeelandse zeepok kwam mee met de geallieerden in 1940. “Waarom die exoten hier welig tieren? De waterkwaliteit is sinds de jaren 70 en 80 enorm verbeterd. Voorts heb je de globalisering van de scheepvaart en het feit dat we geen strenge winters meer kennen, waardoor het makkelijker is om te overleven. Het is overigens niet uitgesloten dat er nog meer soorten hun introductie maken. De Amerikaanse zwemkrab bijvoorbeeld. En recent zagen we ook Columbuskrabben aanspoelen en die soort komt enkel maar voor in open zee en dan nog de Atlantische Oceaan. De Chinese wolhandkrab, bekend als de krab met de vacht op de scharen, passeert in de lente ook langs onze mondingen. Als bioloog moeten we sinds het begin van de metingen veel verder dan onze eigen grenzen kijken. Als we een soort ontdekken waarvan er geen registratie is bij ons, of in Europa, moeten we al informatie inwinnen uit de VS of Azië. Onze job is veel globaler geworden.”

Francis Kerckhof ving afgelopen weekend nog deze Aziatische soort op het Klein Strand in Oostende.
Francis Kerckhof ving afgelopen weekend nog deze Aziatische soort op het Klein Strand in Oostende.

Alhoewel krabben niet echt een seizoen kennen, zien we ze het vaakst opduiken in de zomer. “Dan vinden heel wat mensen strandkrabben op het strand, waarvan ze denken dat ze dood zijn. Maar dat is een groot misverstand, want in het merendeel van de gevallen zijn ze gewoon verveld. Jonge krabben maken dat drie tot vier keer per jaar mee. Dat is een heel ingrijpend proces. Niet alleen hun nochtans zeer rigide pantser schudden ze af, maar ook de binnenkant van hun kieuwen, ogen en zelfs darmen werpen ze af als ze groeien. Op dat moment zijn ze ook week en dus ook zeer kwetsbaar voor vogels, die ze op hun beurt opeten. Krabben zijn absoluut een waardevol en nuttig onderdeeltje in het ecosysteem. Het zijn opruimers: ze eten aas, en op hun beurt zijn ze belangrijk voedsel. Niet alleen voor vogels, maar ook voor andere, grotere krabben, die wél op ons bord belanden.”

Welk soort vind je het vaakst?

De porseleinkrab.
De porseleinkrab.

De vier soorten die het vaakst voorkomen aan onze kust zijn de strandkrab, de blaasjeskrab, de noordzeekrab en de porseleinkrab. “Je vindt ze op het strand, bij eb aan de rotsen of in de netten van de kruiers. Anderhalve dag na een storm is ook een goed moment om er te zien. Krabben komen, net als schelpen, het meest voor aan de Westkust.”

De blaasjeskrab.
De blaasjeskrab.

De meest voorkomende is de blaasjeskrab, te herkennen aan de blaasjes tussen de scharen. Ze kunnen een pantser ontwikkelen tot een viertal centimeter. Ze hebben een donker, vierkanten schild. De penseelkrab, ook al een inheemse soort, is er nauw verwant aan. De meest herkenbare is de strandkrab, die we in de zomer vaak zien opduiken aan het strand of in vissersnetjes. Ze graven zich overdag in. Het zijn hun vervelde lijfjes die we het vaakst vinden op het strand. De porseleinkrab is dan weer een kleintje: die eet vooral plankton en wordt vaak niet groter dan anderhalve centimeter. De porseleinkrab komt wereldwijd voor. De grootste in het rijtje is de noordzeekrab, de klassieke krab van zo’n 15 centimeter groot en met de zwarte uiteinden aan de schaar. Ze komt voor op rotsige plaatsen en in de Noordzee zelf. Ze kan tot wel drie kilogram wegen en is geschikt voor consumptie.

De Noordzeekrab.
De Noordzeekrab.

Je kan de krabbenzoekkaart gratis downloaden op www.west-vlaanderen.be of voor 0,50 euro een geplastificeerd exemplaar bestellen, online of bij het Tolhuis en het Bezoekerscentrum van het Zwin. Je kan ook je vondst ingeven op www.waarnemingen.be.

De strandkrab.
De strandkrab.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier