Julie Bouckhuyt: ” Het leven is te kort om zwart-wit te denken “

Nancy Boerjan

Het ging niet zonder slag of stoot, maar op haar 25ste kan Julie Bouckhuyt eindelijk zichzelf zijn: een succesvolle tattooartiest die elke kans grijpt om het leven voluit te leven. “Ik heb geen plan, ik doe gewoon alles wat ik graag doe en liefst goed. We leven echt maar één keer, hoor!”

Wie is Julie Bouckhuyt?

Julie Bouckhuyt (25) werd geboren in Izegem en groeide op in Meulebeke.

Ze studeerde af in de richting ‘belettering’ aan het KTA in Roeselare. Ze leerde tatoeëren bij haar leermeester Paco in Waregem en opende al in 2014haar eigen zaak Djoels Ink in Deinze.

In juli 2017 won ze de tattoowedstrijd ‘Ink Master: Meester van de Lage Landen’, die te volgen was op Spike TV.

Julie maakt ook deel uit van de graffiticrew Los Flammos en schildert portretten.

www.djoelsink.com

“Sinds tweëenhalf jaar zorg ik voor Froefie, ik kan hem gewoon niet meer missen.”

“Ik ging niet graag naar school, ik werd er gepest. Toen ik zeventien was, ben ik eronderdoor gegaan. Het was een moeilijke tijd, ik kwam zelfs in het ziekenhuis terecht. Ik heb de school in Brugge daarna geruild voor het KTA in Roeselare, waar ik veel beter werd opgevangen en de kans kreeg om mezelf te zijn. Toen ik afstudeerde, werd het me duidelijk dat tattooartiest worden echt het enige was wat ik wilde. Zo ver ik me kan herinneren was ik altijd aan het tekenen of schilderen. Toen ik op mijn zevende toevallig in een tattooshop kwam, wist ik het ondanks die leeftijd meteen: ik zou tatoeëerder worden. Ik heb jarenlang als hulpje in een shop gewerkt, leerde zelf tatoeëren en heb nu sinds zes jaar mijn eigen shop Djoels Ink, naar de manier waarop vrienden mijn naam uitspreken.”

“Graffiti is een enorme uitlaatklep voor mij. Bij Los Flammos vind ik mensen die op dezelfde golflengte zitten. “

“Ik maak als enige vrouw deel uit van Los Flammos, een groep van een 15-tal West-Vlaamse graffitikunstenaars. Als kind keek ik enorm naar hen op; dat ik er nu zelf bij hoor, kan ik soms haast niet geloven. We spreken regelmatig af in een leegstaand pand altijd waar het toegelaten is weliswaar om er samen kunst te spuiten. Dat zijn ongelooflijk creatieve momenten met mensen die allemaal door dezelfde microbe gebeten zijn. Dikke fun!” (lacht)

“Ooit stak mijn moeder een briefje in mijn koffer toen ik nog op internaat in Brugge zat en daarop stond: ‘denk niet wit, denk niet zwart, denk in de kleuren van je hart‘. Ik zal die woorden nooit vergeten, ze zijn mijn leidraad geworden. Het leven is inderdaad te kort om zwart-wit te denken en ter plekke te blijven trappelen. Ik wil voluit leven, doen wat ik graag doe: tatoeëren, reizen, me amuseren en de lat alsmaar hoger leggen…”

“Mijn papegaai Lexus is er niet meer, maar ik bewaar zijn pluimen in een glazen kom.”

“Ik ben impulsief. Mijn shop draait uitstekend, maar de Antwerpse creatieve scene trekt me van langsom meer aan. Dus op een dag vertrek ik gewoon naar ginder, dat weet ik zeker. Deelnemen aan de tattoowedstrijd Ink Master voorbije zomer deed ik ook in een opwelling. Ik reed helemaal alleen naar Amsterdam, ben er tot mijn verrassing als winnaar uit de bus gekomen, en kwam alleen weer naar huis. Zulke dingen doen is mijn manier om mezelf uit te dagen, bevestiging te zoeken. Zie je wel dat ik het kán.”

“Ik boek soms helemaal alleen een hotelletje voor enkele dagen, in de natuur liefst, waar ik dan tot rust kom en alles eens op een rijtje zet. Dan doe ik niks anders dan tekenen, nadenken… Dat doet me deugd, zo krijg ik ook nieuwe ideeën. Af en toe alleen zijn deert me niet, integendeel.”

“De muziek van Eminem haalt me erdoor als het eens wat minder goed gaat.”

“Mijn moeder voedde me alleen op in heel moeilijke omstandigheden. We hebben echte armoede gekend. Maar ze was er altijd voor me en liet me mijn eigen weg volgen. Hoe ik mijn haar droeg, een piercing door mijn lip of wang… Ze vond het niet mooi, maar liet me mijn gang gaan. Zolang ik geen foute fratsen uithaalde of me niet met drugs bezighield, wat ik dan ook nooit heb gedaan. Mijn moeder is beirecool.”

“Ik zet dan wel zelf tattoos, maar als de dokter bij mij bloed moet prikken, ga ik alvast liggen. Ik kan er gewoon níét tegen! Toch wel een bizar trekje…”