Een stukje Engeland in Brugge

Linda en Luc in hun voortuin. Het idee voor de 'porche' boven de voordeur haalden ze in Engeland. © Benny Proot
Trui Lievens
Trui Lievens Medewerker KW

In de Jonkheer Paul Coppietersdreef in Sint-Andries (Brugge) ligt een stukje Engeland op amper 400 m². Het levenswerk van Luc Vernieuwe en Linda Dhont, die als fervente anglofielen regelmatig tuininspiratie gaan opdoen over de plas.

Waar zich ooit de weilanden van jonkheer Paul Coppieters uitstrekten, werd in de jaren 50 een nieuwe woonwijk gebouwd. Luc Vernieuwe en Linda Dhont, beiden gepensioneerde stadsambtenaren, kochten een van die huizen in 1982. Daarbij was de aanleg van de tuin niet meteen hun eerste zorg. Luc, van wie de tuinervaring tot dan toe beperkt was gebleven tot het als tiener verplicht gras afrijden, berustte aanvankelijk in de aanwezige tuin. “Een pijpenla,” lacht hij, “met meer mos dan gras en een klein betonnen vijvertje met warempel enkele vissen, dat alles afgeboord met een ligustrumhaag.”

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Over het Kanaal

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Toen Linda en Luc bij toeval door de boeken van de Nederlandse tuinaanleggers Rob Herwig en Mien Ruys bladerden, begonnen beiden te dromen van een betere toekomst voor hun tuin. En toen ze op advies van vrienden toch maar eens het Kanaal overstaken, ging voor hen – letterlijk – een nieuwe wereld open. “We bezochten er vooral tuinen en kastelen en waren meteen verkocht”, glundert Linda. “Ondertussen gaan we minstens vier tot vijf keer per jaar naar Engeland; als het kriebelt, zijn we weg! Mijn favoriete plek is nog altijd Sissinghurst en ondertussen zijn we ook lid van de National Trust. Ik droom ervan om ooit enkele maanden per jaar in Engeland te wonen… Het mooie aan de Engelse tuinen is onder meer dat ze lijken over te gaan in de natuur rondom; schitterend.”

“Wat we in Engeland zagen, bracht ons inspiratie voor een eigen cottagetuin”, pikt Luc opnieuw in. “We spraken daarvoor een tuinontwerper aan, al hebben we zijn plannen uiteindelijk toch niet volledig gevolgd. Sommige van zijn voorstellen waren niet erg praktisch. Enkel de grote lijnen van zijn ontwerp bleven overeind en we gingen ook voor onze eigen plantenkeuze.”

“We zijn geen tuinexperten, maar wél tuiniers geworden”

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Tuin in progress

“Door onze nieuwe tuininteresse ontdekten we dat er ook bij ons in de buurt goeie kwekerijen zijn. Daar gaan we regelmatig eens ons licht opsteken. Met de jaren is onze tuin wel alweer veranderd, want ook een tuin veroudert met je mee.” Het is, zoals Luc omschrijft, een werk inprogress. “En natuurlijk maakten we in het begin ook fouten; zoals te veel planten zetten, of de verkeerde planten zoals irissen, lupines…. die groeien hier helemaal niet of toch niet goed. Ik kan niet zeggen dat we met de jaren tuinexperten zijn geworden, maar we zijn wél tuiniers”, vindt Luc. “Onze tuin is ook nietgelekt“,glimlacht Linda. “Ook iets wat we geleerd hebben van de Engelsen. Zie je dat groen op het terras? Als ik een ‘sopje’ heb, schrob ik dat er wel eens af, maar het stoort me niet. En plantjes die zichzelf hebben gezaaid mogen blijven. Waarom niet?”

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

En wie van hen doet het meeste werk in de tuin? “Vroeger was ik dat, maar nu doet Luc het meeste werk”, wijst Linda, die thuis ook nog de handen vol heeft met haar viltatelier Elledee. Waarop Luc aanvult: “Nu ik met pensioen ben, is het een leuk werk geworden en géén karwei meer. Maar alle veranderingen in de tuin gebeuren in samenspraak.” Niet dat het koppel nu ook weer zo heel veel werk in zijn tuin steekt. “Na de winter komen we toe met een grote week ‘opkuiswerk'”, verklapt Linda. “Voor en tijdens de winter ruimen we niets op. Dan sta je bijvoorbeeld ‘s morgens op en ligt er rijm op de uitgebloeide planten; een mooi beeld.” “Je kan onze tuin als ‘chaotische wanorde’ of ‘ordelijke chaos’ omschrijven”, vult Luc lachend aan.

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Het koppel koos in zijn tuin ook niet voor een strak kleurenschema, alle kleuren kunnen. Al zijn het eerder pasteltinten geworden, een keuze van Linda. In een Engelse tuin mogen rozen niet ontbreken. Niet alleen tuindecoratie, maar ook heel wat rozensoorten maakten de oversteek mee vanuit Engeland en doen hun uiterste best om zich ook in Brugge thuis te voelen. Ze dragen zoete namen als Pink Cloud, Albertine, Zepherin Drouhent, Quirlande d’Amour, Souvenir de la malmaison en de Paul Lemon Pillar, een klimroos die net zo heerlijk geurt als de naam doet vermoeden. “Ik droom eigenlijk van een tuin die het hele jaar door bloeit”, aldus Luc. “Maar daarvoor zouden we veel meer bloembollen in de grond moeten stoppen”, besluit Linda.

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Een stukje Engeland in Brugge
© Benny Proot

Een stukje Engeland in Brugge