Opvallende ‘okselstudie’ van onderzoeker uit Westrozebeke opgepikt door The Washington Post

Redactie KW

Onderzoeker Chris Callewaert (28) uit Westrozebeke heeft een opvallende vaststelling gedaan over de invloed van deodorants op onze okselgeur, en zelfs in de States hebben ze daar nu lucht van gekregen.

Chris Callewaert, verbonden aan de vakgroep biochemische en microbiële technologie aan de Universiteit van Gent, wordt in gespecialiseerde kringen ook wel ‘Dokter Oksel’ of ‘Doctor Armpit’ genoemd.

Hij legde in zijn onderzoek de focus op de bacteriën die leven in de oksel. “De ‘slechte’ bacteriën die de lijfgeur veroorzaken zijn gekend. Daarnaast zijn er ook ‘goede’ bacteriën, die helemaal geen of een eerder normale lijfgeur veroorzaken”, vertelde Chris Callewaert vorig jaar al in De Weekbode Roeselare. “Met bacteriële okseltransplantatie worden de ‘slechte’ bacteriën vervangen door de ‘goede’ bacteriën.”

Tegenovergesteld effect

Zijn onderzoek wees nu ook uit dat deodorants vaak ook een tegenovergesteld effect hebben. De Westrozebekenaar liet proefpersonen een maand lang een bepaalde deo gebruiken, vervolgens een maand niet en daarna weer wel. De resultaten toonden aan dat bepaalde ‘goeie’ bacteriën tijdens het gebruik van de deodorant verdwenen, maar dat de ‘slechte’ stand hielden. Waardoor de proefpersonen, na langdurig gebruik van die ‘okselverfrisser’, gewoon een ándere onaangename lijfgeur gingen aannemen.

Resultaten waarvoor fabrikanten van deodorants misschien de neus zullen ophalen, én die ook overwaaiden tot over de Grote Plas. The Washington Post wijdde er immers een groot stuk aan. De link naar het artikel vind je hier.

(FJA)