Voeders De Brabander oneens met schadeclaim dioxinecrisis van de overheid

Redactie KW

De Belgische staat, het Vlaamse gewest en het FAVV willen van de zeven beklaagden in de zaak Verkest een schadevergoeding van meer dan 400 miljoen euro. Het Roeselaarse veevoederbedrijf De Brabander, waar de dioxinecrisis uitbrak, vindt de claim alvast ongegrond. Dat bleek maandagmorgen bij de start van het proces voor de Gentse correctionele rechtbank.

De zeven beklaagden zijn de NV Verkest uit Deinze (nu NV Profat), vader Lucien Verkest, zijn echtgenote Jeanine Dhaenens en zoon Jan Verkest.

Voor de SPRL Fogra uit Betrix (nu SPRL Protelux) gaat het om Jacques Thill en zijn echtgenote Jacqueline. De totale schadeclaim van de overheidsdiensten bedraagt momenteel 401 miljoen euro, zegt advocaat Yoeri Vastersavendts van de Belgische staat en het federale voedselagentschap. Een deel van het bedrag is provisioneel en kan nog oplopen.

De advocaten van NV De Brabander, het veevoederbedrijf waar de dioxinecrisis uitbrak, vinden de schadeclaim van de staat echter ongegrond, omdat de overheid volgens hen zelf fouten gemaakt heeft. “De overheid heeft te lang gewacht om maatregelen te nemen”, zegt advocaat Dominique Blommaert.

“De dioxinecrisis is door onze analyses ontdekt, niet door de ambtenarij, die zeer passief reageerde. De vordering van 400 miljoen euro is ontoelaatbaar.” Volgens de advocaat van de Belgische staat zijn de aantijgingen onjuist en moet niet het proces van de overheid gemaakt worden.

Het openbaar ministerie is gestart met de vordering tegen de beklaagden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier