Eskimopater Eric Dejaeger : “Ik houd wel van honden, maar niet op die manier”

Redactie KW

Na vier weken voor de rechtbank in het Canadese Iqaluit te hebben gezwegen, heeft gewezen priester Eric Dejaeger, dinsdag zelf het woord gevoerd.

Zijn advocaat Malcolm Kempt had zijn cliënt als eerste en wellicht enige getuige opgeroepen. Door paus Franciscus uit zijn priesterambt ontzet, beantwoordde Dejaeger vragen omtrent kerkelijke details als wie te biechten kwam, welke taal er werd gebruikt, wat hij droeg als hij op de missie(post) werkte en de regels aldaar. Hij ontkende op de missiepost (hongerende) kinderen eten te hebben gegeven.

“Niets van waar”

De rechtbank bracht het crimineel verleden van de broeder ter sprake, waarbij Kempt zijn cliënt doorheen de acht aanklachten leidde waarvoor hij sinds de start van het proces op 18 november schuldig pleitte. Dejaeger zei verantwoordelijkheid voor zijn daden te willen opnemen. Hij vertelde dat de incidenten in zijn slaapkamer op de missie(post) plaatsvonden en dat het jonge jongens betrof. Hij betastte de kinderen aan het kruis, boven hun broek, en deed dit slechts één keer met elk kind.

Kempt vroeg Dejaeger herhaaldelijk naar de tientallen andere aanklachten, waarop het antwoord was dat er ‘niets van waar is’. Dejaeger zei nooit seksuele daden met honden te hebben gesteld. De rechtbank kreeg te horen dat hij wel van honden houdt, ‘maar niet op die manier’.

75 aanklachten

In 1989 pleitte Dejaeger al schuldig voor acht aanklachten voor seksueel misbruik, wat hem vijf jaar cel opleverde. Hij kwam in 1991 vrij en hij zegt sinds zijn vrijlating niet meer te zijn hervallen. De acht gevallen dateren van voor de periode in de gevangenis.

Tegen Dejaeger zijn er 75 aanklachten. Het gaat vooral om seksuele misdrijven tegen Inuit-kinderen in het Canadese Nunavut tussen 1978 en 1982.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier