Dinsdagochtend is voor de Brugse correctionele rechtbank een zaak ingeleid over frauduleuze praktijken in de vismijn van Oostende.
Vier vennootschappen en elf personen worden verdacht van een rol bij het omzeilen van de visquota. Ook toenmalig sp.a-schepen Yves Miroir moet zich voor de strafrechter verantwoorden.
Belgische vis als Ierse vis ingevoerd
Het gerechtelijk onderzoek naar de frauduleuze praktijken startte al in 2004. De raadkamer verwees de vijftien verdachten in juni 2012 door naar de correctionele rechtbank. Volgens het parket zijn ze allemaal betrokken bij een constructie die door de firma H&G International was opgezet. Vis, die gevangen werd in Belgische en Nederlandse wateren, zou via een Iers bedrijf als Ierse vis ingevoerd zijn. Op die manier kon men de visquota omzeilen. Aan de vismijn moest een commissie worden betaald op de verkoop van de vis, waardoor de vismijn volgens het parket als witwasmachine fungeerde.
Naast voormalige topmensen van de vismijn, de Oostendse vismijn zelf, de firma H&G International en enkele Nederlandse reders, moet ook de toenmalige schepen Yves Miroir zich voor zijn aandeel verantwoorden. Miroir heeft altijd elke betrokkenheid bij de affaire ontkend.
Dinsdag werden voor de verschillende partijen conclusietermijnen vastgelegd. De zaak zal op 24 februari gepleit worden.
(Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier