Dossier aankoop Abdijhoeve Oudenburg nadert ontknoping

Redactie KW

Als we de positieve noot van burgemeester Ignace Dereeper (CD&V) en schepen van Financiën Myriam Maes (SP.A) in Oudenburg mogen geloven, komt er nog voor het einde van dit jaar een doorbraak in het dossier Abdijhoeve.

Als de stad er inderdaad in slaagt om de Abdijhoeve aan te kopen, dan zijn de jaren van het stadhuis als administratief centrum geteld. (Foto LIN)

Tijdens de gemeenteraad van donderdag 18 december werd de aanpassing aan het meerjarenplan 2014-2019 goedgekeurd. Daaruit blijkt duidelijk dat er onder meer voor een nieuwe Buitenschoolse Kinderopvang (BKO) – die zich nu in de Aernoudstraat bevindt – geld is voorzien. En die zou, na aankoop van Abdijhoeve, een prioriteit worden om daar een nieuw gebouw op te trekken. Het zou immers de bedoeling zijn om het hotelgedeelte af te breken en er een nieuw administratief centrum met ruimte voor stads- en OCMW-diensten op te trekken.

“De cijfers voor Oudenburg zien er rooskleurig uit”

Op de vraag van de oppositie waar de stad het geld – een eerste raming spreekt van 4,5 tot 5,5 miljoen euro – vandaan zal halen, antwoordde de burgemeester dat als er vanaf vandaag geen investeringen meer gebeuren, de stad halfweg deze legislatuur schuldenvrij zou zijn. “En ik mag zeggen dat de cijfers tussen 2022 en 2025 er voor Oudenburg bijzonder rooskleurig uitzien”, wierp Ignace Dereeper een mooi vooruitzicht in de raadszaal.

“De financiëring zal een stuk met eigen middelen en met een mogelijke financiële constructie gebeuren. Vergeet niet dat we voor de oude hoeve beroep kunnen doen op subsidies.”

Wat er dan met het oude gebouw van Riethove zal gebeuren, wou Stefaan Reynaert (Open VLD) weten. “Dat zullen we definitief bepalen als er een beslissing is over de Abdijhoeve”, antwoordde de burgemeester. Waarop Stefaan Reynaert op tafel gooide dat het toch wel heel vreemd is dat een OCMW-raadslid van de meerderheid zich onthouden heeft bij de stemming over het OCMW-budget. “Heeft dit misschien te maken met die mogelijke financiële constructie?”, wou raadslid Reynaert nog weten. Een antwoord kwam er niet.

(LIN)