Karolien Damman: “Mevrouw de burgemeester? Zeg maar gewoon Karolien”

De nieuwe burgemeester van Kortemark bij het gemeentehuis. © Foto Kurt
Redactie KW

Het waren lange uren voor Karolien Damman, terwijl de stemmen zondag geteld werden. Groot was de verrassing dat ze maar liefst 1.691 voorkeurstemmen haalde en zo haar schepenambt mag inruilen voor de burgemeesterssjerp in de oranje-blauwe coalitie. Zo wordt ze de allereerste Kortemarkse burgermoeder. Met haar 153 centimeter mag ze dan wel de kleinste burgemeester van het land zijn, toch wil deze grande dame van de Kortemarkse politiek het liefst gewoon voor iedereen Karolien blijven.

“Het was de komst van de windmolens en het slibstort achter de steenbakkerij die me in 2009 in de politiek deden belanden”, steekt Karolien van wal. “Hierdoor kwam ik in het vizier van CD&V terecht en ging ik met hen in zee. Toen ik in 2012 verkozen werd en meteen een schepenambt mocht bekleden, was mijn keuze snel gemaakt: gezinsbeleid, BKO en landbouw waren mijn dada. Ik ben dan ook enorm trots dat ik 2 BKO’s realiseerde in Kortemark, want dit was meer dan nodig. Het doet veel deugd dat mijn inzet ook loonde. Eigenlijk mocht ik ook op de federale en provinciale lijst staan, maar mijn focus ligt in Kortemark. Hier kan en mag ik nog Karolien van CD&V zijn, zonder me strikt aan de regels vanuit Brussel te moeten houden.”

Volle bak vooruit

“Ik heb de laatste jaren heel wat mensen leren kennen die me hun problemen voorlegden. Als politica kan je de wereld niet veranderen, maar je kan wel helpen. Mijn 1.691 voorkeurstemmen verrasten mij enorm en nu liggen de verwachtingen heel erg hoog. Ik ga doen zoals ik al deed, maar mensen mogen niet denken dat ik nu alles ga veranderen of alles zal kunnen oplossen. Ik heb me ook aan de wetten te houden. De titel burgemeester is voor mij een hele eer, maar ik ga gewoon volle bak vooruit zoals ik bezig was. Ik kan ook niet overal aanwezig zijn, dat ligt niet in mijn aard en ik heb een gezin waar ik toch wat tijd wil mee doorbrengen. Ik wil wel bereikbaar en aanspreekbaar zijn en hopelijk ziet men mijn functie niet als een drempel: ze komen bij Karolien, niet bij mevrouw de burgemeester. Als het in mijn mogelijkheid en binnen mijn bevoegdheid ligt, zal ik een oplossing zoeken of helpen aanreiken. Ik wil me aan één stelregel houden: elke avond wil ik mezelf nog recht in de ogen kunnen kijken.”

Karolien Damman kreeg veel steun van haar man Tom Maes en kinderen Thomas en Laura.
Karolien Damman kreeg veel steun van haar man Tom Maes en kinderen Thomas en Laura.© Foto Kurt

“De weg naar de verkiezingen is lang en zwaar geweest en de ontlading op zondagavond was dan ook enorm groot”, blikt Karolien terug. “Gelukkig vind ik bij mijn man Tom altijd de nodige steun, hulp en raad. Alleen kan je zoiets niet. Ook mijn moeder en mijn schoonouders betekenen een grote steun voor mij. Tussen 16 en 20 uur probeer ik altijd thuis te zijn voor mijn gezin, maar op heel wat avonden kan ik ook op hun steun rekenen. In de toekomst wil ik erover blijven waken dat het sociale accent belangrijk blijft. Er zijn in het verleden zware en noodzakelijk investeringen gebeurd, maar nu wil ik graag ademruimte. Niet dat we blijven stilstaan, maar we moeten ons nu toespitsen op communicatie en inspraak van de burger. Een optimale dienstverlening naar de mensen toe is o zo belangrijk, zonder daarom de pijnpunten van de laatste zes jaar te vergeten.”

Inhoudelijk debatteren

“Met onze coalitiepartner Open VLD wil ik verder werken zoals we bezig waren. Ik ben heel tevreden met mijn blauwe collega’s, want ik kan met een gerust hart uitkijken naar een schepencollege dat volop zal gaan voor zijn bevoegdheden. Ook hoop ik constructief samen te werken met de oppositie. We moeten debatteren op inhoudelijk vlak en niet meer op de man spelen. Iedereen in de gemeenteraad zetelt voor het welzijn van Kortemark, dus ik zal de voorstellen van de oppositie meenemen en bespreekbaar maken.”

De manier waarop in het verleden soms gedebatteerd werd, wil Karolien Damman achter zich laten. “Persoonlijke problemen mogen ze bij mij thuis aan de keukentafel komen uitpraten, maar niet in het gemeentehuis.”

(Jeffrey Dael)