Stephen Orbie: “Ben goed, maar nog niet top”

Redactie KW

Ook voor Stephen Orbie is het koersseizoen goed en wel begonnen. Met vijf wedstrijden in twee weken heeft hij er zelfs een behoorlijk drukke periode opzitten. De absolute topvorm heeft hij naar eigen zeggen nog niet te pakken, maar met een achtste plaats in Bellegem toonde de Reningelstenaar wel dat hij deze winter niet heeft niet stilgezeten.

Dat Stephen Orbie ook dit seizoen een man zou worden om rekening mee te houden, daar moest eigenlijk niet aan getwijfeld worden. De 30-jarige elite zonder contract is al jaren goed voor meerdere ereplaatsen en kan ook geregeld zijn zege meepikken. In 2017 werd hij nog twee keer tweede en een keer derde. Dichtbij, maar dat mag nu een tikkeltje beter. En dankzij zijn overstap naar het VDM Van Durme Michiels-Trawobo CT is de motivatie alvast meer dan aanwezig.

Nieuwe ploeg

“Ik voel me enorm goed bij mijn nieuwe ploeg”, knikt Stephen. “Al heel mijn leven rijd ik bij West-Vlaamse teams en nu zit ik bij een Oost-Vlaamse ploeg. Het is eens iets anders: je ontmoet mensen die je nog niet kende, gaat naar koersen die je voor de eerste maal zal betwisten,… maar dat maakt het ook wel leuk. In vergelijking met vorig jaar zal ik meer Oost-Vlaamse koersen rijden en er staan meer interclubs en manches van de Beker van België op het programma. Daar kijk ik wel naar uit. Ik zal me zeker kunnen uitleven dit jaar. Topcompetitie of profkoersen zijn te hoog gegrepen voor mij, daar start ik enkel om de hoop te vullen. Maar alles daaronder, laat maar komen!”

“Topcompetitie of profkoersen zijn te hoog gegrepen voor mij”

“Er heerst ook een uitstekende sfeer tussen de renners”, vervolgt de Reningelstenaar. “Dat heb ik op onze ploegstage in Benidorm al ondervonden. En met iemand als Benjamin Verraes in de rangen weet je ook altijd waarvoor je moet rijden. Ik ken Benjamin al van toen hij nog in Poperinge woonde en we komen nog steeds goed overeen. Ik heb er geen enkel probleem mee om, zoals in Moorslede-Slypskapelle of in de Scheldeprijs (Beker van België), in zijn dienst te rijden. Je weet dat hij het kan afmaken en je krijgt ook veel waardering voor het geleverde werk. Dan wil je je wel eens dubbel plooien.”

Graag nog eens winnen

Maar ook zijn persoonlijke ambities heeft hij nog lang niet opgeborgen. Na een jaartje zonder hoopt Orbie om in 2018 opnieuw het zegegebaar te kunnen maken. Vorige week kwam hij in Bellegem al eens vrij dichtbij.

“De conditie is zeker in orde. Ik heb nog niet het supergevoel te pakken, maar ik ben al slechter aan het seizoen begonnen”, grijnst de hardrijder van VDM. “Mijn achtste plaats in Bellegem was alvast een positief signaal. Op een lastig, heuvelachtig parcours reed ik na ongeveer 80 km met drie man een gat van 45 seconden toe op de vijf vluchters. Dat doe je niet met slechte benen. In Slypskapelle was ik ook goed, maar daar heb ik in de finale vooral moeten werken voor Verraes, die het wel mooi afmaakte.”

“Ik heb nog niet het supergevoel te pakken, maar ik ben al slechter aan het seizoen begonnen”

Dat ziet er dus mooi uit voor het vervolg van het seizoen, want de 30-jarige postbode beleeft meestal zijn beste periode in de zomermaanden. “Ik zou graag nog eens winnen dit seizoen. Het maakt me eigenlijk niet uit in welke periode dat is. Ik zal wel zien wanneer de topvorm komt. Maar het klopt wel dat ik meestal goed ben in de zomer. Als het regent, mag ik het in principe al vergeten. Dan ben ik zo’n 20 à 30 procent minder. Dan trap ik altijd twee tanden te groot, heb ik moeite om mijn bochten vlot aan te snijden en in het peloton te rijden…. Dat is niks voor mij. Geef mij dan maar de zon, dat maakt het al een pak aangenamer koersen.” (BVS)