Johan Museeuw 20 jaar na Lugano: “Ik hoop dat er in de verzengende hitte niets ergs gebeurt”

Johan Museeuw:"
Redactie KW

We herinneren het ons allemaal alsof het pas gebeurd is: Johan Museeuw die zich in het Zwitserse Lugano tot wereldkampioen op de weg kroont, amper een week nadat hij het einde van zijn carrière had aangekondigd. Schijnbaar gedesillusioneerd. “Ik wilde toen gewoon even van de wereld zijn, weg van de media.”

De late namiddag van zondag 13 oktober 1996… Naar traditie op de tweede zondag van oktober hield ik mij op in het Pajottenland, meer bepaald in Affligem, waar ik mijn aandacht verdeelde tussen de afsluitende manche van de Topcompetitie voor nieuwelingen en de ontknoping op televisie van het wereldkampioenschap voor profs in Lugano.

De aandacht voor het tweede oversteeg gaandeweg die voor het eerste, want Johan Museeuw was 650 kilometer verder op stap met de Zwitser Mauro Gianetti, van wie men veronderstelde dat hij de niet weinige hoogtemeters beter zou verteren dan de Gistelnaar. En Johan Museeuw, was dat niet die rare kwiet die de zondag voordien, na een fout afgelopen Paris-Tours, zijn afscheid van de wielersport had aangekondigd?

Johan Museeuw, was dat niet die rare kwiet die de zondag voordien zijn afscheid van de wielersport had aangekondigd?

Als ik twintig jaar later die herinneringen aan Johan Museeuw vertel, glimlacht hij eens. Ook voor hem liggen de gebeurtenissen van 20 jaar geleden nog vers in zijn geheugen. “Ik wilde toen gewoon even van de wereld zijn, weg van de media. Het was het einde van een afmattend seizoen. Een meer dan geslaagde campagne overigens, vooral door winst in Paris-Roubaix en het kampioenschap van België in Chapelle-lez-Herlaimont. Daarop volgde de Tour en kort daarna de olympische wegrit in Atlanta, waar ik tiende werd. En ten slotte de najaarsklassiekers, die er dat jaar te veel aan waren. Paris-Tours werd een afknapper die er echt niet meer bij kon. Was dát mijn leven? Néén!”

Hij amuseerde zich daags nadien als een gewone sterveling op de Oostendse oktoberfoor

En dus wilde Johan even van de wereld zijn. Om de druk van die ketel te halen, greep hij draconisch in. “Ik stop met koersen!”, declameerde hij op die zondag in Tours. Men had het begrepen, liet hem met rust, maar zijn quote zinderde als een schokgolf door wielerland. Johan zelf wist wel beter. Hij amuseerde zich daags nadien als een gewone sterveling op de Oostendse oktoberfoor. Wie hem daar tegenkwam, keek in avant-première naar de aanstaande wereldkampioen. Zijn gedachten zaten toen al lang bij de als een loodzwaar aangekondigde regenboogstrijd op Zwitsers grondgebied.

“Ik vertrok eerder dan de Belgische ploeg naar Lugano om mij in alle sereniteit maximaal te kunnen focussen”, verduidelijkt Johan nu. “Op woensdag kwam ik tijdens het losrijden ene Laurent Jalabert tegen. Ik vroeg hem of ik mocht meerijden. Dat mocht uiteraard, maar wat ik niet wist, was dat hij aan een stevig tempo naar Sankt-Moritz trok, 265 kilometer verder gelegen, op 2.000 meter hoogte. Dat traject bulkt van de hoogtemeters, maar ik kon Jaja moeiteloos volgen. Hij was nochtans een betere klimmer en had bovendien de Vuelta in de benen. Dat ik mij aan zijn zijde kon handhaven, deed een mooi klinkend belletje rinkelen. Met een bevrijd hoofd kon ik kennelijk bergen verzetten. Ik ken mijn lichaam en wist dat ik op zondag top zou zijn.”

Op zijn 31ste verjaardag

En of hij dat was! Op zijn 31ste verjaardag dan nog. Johan schoof mee in een vroege ontsnapping, die hij met Mauro Gianetti overleefde. Alweer een betere klimmer maar de Gistelnaar uit het vlakke West-Vlaanderen kreeg hem klein na één van de meest beklijvende duels uit de wielergeschiedenis. Velen moesten zich in de wangen knijpen om het te geloven en meerdere keren stamelen: Johan Museeuw, we-reld-kampioen?! Ja hoor. En Johan mocht een jaar lang met de regenboogtrui pronken.

Johan Museeuw:
Johan Museeuw: “

Het was de kers op de taart van een toen al meer dan geslaagde carrière. Jacques Anquetil, Gino Bartali, Fred De Bruyne, Roger De Vlaeminck, Laurent Jalabert, Sean Kelly, Raymond Poulidor, Erik Zabel en zoveel anderen ontberen dergelijke regenboogtrui. Johan wordt er jaarlijks rond deze periode druk aan herinnerd dat hij wél wereldkampioen werd. Logisch, want de naoorlogse Belgische ex-wereldkampioenen worden een uitstervend ras. Marcel Kint, Briek Schotte en Rik Van Steenbergen hadden er de leeftijd voor, in schril contrast met Stan Ockers, Jean-Pierre Monseré, Claude Criquielion en Rudy Dhaenens. Blijven over: Rik Van Looy, Benoni Beheyt, Eddy Merckx, Freddy Maertens, Johan Museeuw en Tom Boonen.

Met dank aan papa eddy

Wie dat in 1985 voorspeld had, zou als een wielerketter weggehoond zijn. Johan was als jongeling, qua resultaten, allesbehalve veelbelovend. In tegenstelling tot zijn papa Eddy, een veelwinnaar die in zijn tijdvak als jonge beroepsrenner niet correct behandeld werd en al stopte op zijn 22ste, omdat hij meer toekomst zag als garagist. Een kleine 20 jaar later wilde hij vermijden dat zijn zoon in hetzelfde straatje sukkelde. Johan mocht zich uitleven in het veld en geleidelijk omschakelen naar de weg. Op zeker ogenblik vond Eddy dat dit te bruusk verliep. Johans eindzege wenkte in de Ronde van West-Vlaanderen, maar dat was niet het plan en dus gebood Eddy Johan zijn koffers te maken en huiswaarts te keren.

Johan Museeuw 20 jaar na Lugano:
© BELGA

Johan pruttelde niet eens tegen. “Ook nu koersen de jonge renners te veel en recupereren ze te weinig“, meent hij. “Ze moeten vooral genieten, wars van prestatiedwang.” Die aanpak huldigt hij alvast met zijn 19-jarige zoon Stefano. “Hij is niet het grootste talent dat er rondrijdt, maar dat vertelden ze 30 jaar geleden ook van mij. Stefano boekt jaar na jaar progressie en behaalde inmiddels drie topvijfplaatsen in B-crossen. Hij heeft voorsprong op zijn schema.”

Timothy Dupont had er naar mijn gevoel in Qatar moeten bij zijn

We sluiten af met de vraag wie er 20 jaar later zijn opvolger wordt. “Sorry, dat is niet wat mij bezighoudt”, verrast hij. “De omstandigheden waarin dit WK zal worden gereden, zijn dat des te meer. Men heeft het de jongste jaren terecht over de gezondheid van de coureurs en de nultolerantie inzake doping. Toch blijven de renners in de hoek waar de klappen vallen. Wat ze hen in de WK-bakoven van Qatar lappen, is buiten elke proportie. Ik hoop dat er in de verzengende hitte niets ergs gebeurt. Ik verwijs naar de quote van Yves Lampaert, die zei ‘het is alsof je koerst met een haardroger voor je gezicht’. Als dat maar goed afloopt! In dat opzet draagt de UCI een verpletterende verantwoordelijkheid: om het smeer likt men de kandeleer. In deze omstandigheden is de Colombiaan Fernando Gaviria mijn favoriet bij uitstek. Hij kan goed tegen de hitte en verkeert in bloedvorm aangezien hij vorige zondag Paris-Tours won.”

“Ik zag Gaviria aan het werk in Koolskamp, waar hij geklopt werd door veelwinnaar Timothy Dupont (uit Bredene, red.). Die laatste had er naar mijn gevoel in Qatar moeten bij zijn. Hij had er Gaviria misschien naar de eventuele kroon gestoken. Dat Timothy allicht de internationale zegekoning van 2016 wordt, is voor hem geen troost, maar een veelzeggende titel, die men in België kennelijk onderwaardeert. Ten onrechte volgens mij.”

(Bernard Callens)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier