De kans dat Sep Vanmarcke zondag dicht eindigt in Paris-Roubaix, is heel groot. De geschiedenis leert ons immers dat de tweede zondag van april hem heel goed ligt.
Het is een opvallende vaststelling. Als Sep Vanmarcke op de tweede zondag van april een koers rijdt, doet hij mee voor de knikkers. Als junior schreef hij in 2005 en 2006 twee jaar naeen de Poelbergkoers in Tielt op zijn naam.
Als tweedejaarsbelofte volgde een achtste plaats in de Ronde van Vlaanderen, een jaar nadat hij in diezelfde koers als eerstejaars op de derde plek was geëindigd na Alexandre Pliuschin en Michael Morkov. Die editie vond echter pas eind april plaats.
In zijn derde en laatste campagne bij de beloften voegde Sep er een vijfde plaats in Vlaanderens Mooiste aan toe. Achter een ontketende Jan Ghyselinck moest hij in de sprint voor de tweede plek Rasmus Guldhammer en John Degenkolb voor zich dulden.
In Seps eerste seizoen bij de profs kreeg de tweede zondag van april geen vervolg. Zijn ploeg Topsport Vlaanderen kreeg dat jaar immers geen startrecht. In 2011 kwam zijn debuut in de Hel er wel. In de kleuren van Garmin eindigde Sep op de 20ste plaats op twee minuten van winnaar Johan Vansummeren. In zijn gezelschap één renner: generatiegenoot en eveneens debutant John Degenkolb.
Na een minder 2012 – 84ste in een groepje op 13 minuten met ook … John Degenkolb – brak Sep in 2013 helemaal de ban. Hij was de enige die Fabian Cancellara in de Hel kon volgen. In een prangende sprint moest hij echter de Zwitser voor zich dulden. Vorig jaar was Sep weer op de afspraak: vierde ditmaal, in een sprint met tien voor de tweede plaats achter winnaar Niki Terpstra. En wie werd tweede? Jawel, John Degenkolb.
Op zondag 12 april 2015 krijgt Sep een nieuwe kans. Dat de tweede zondag van april hem ligt, weten we intussen. Maar of dat volstaat, is nog maar de vraag. (TVB)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier