Francky Dury: “Zo’n atypisch seizoen maakte ik nog nooit mee”

Francky Dury wil play-off 2 winnen om zo nog wat kleur te geven aan het seizoen. (Foto Belga) © BELGA
Redactie KW

Tussen oktober en december piekerde hij zich suf over mogelijke verklaringen voor de malaise waarin zijn ploeg toen verkeerde. Uiteindelijk bracht de wintermercato soelaas en slaagden Zulte Waregem en Francky Dury er nog relatief makkelijk in het behoud in de Jupiler Pro League af te dwingen.

Zulte Waregem opende play-off 2 met een 2-2-gelijkspel tegen OH Leuven. Niet meteen de start waarop iedereen die Zulte Waregem genegen is, had gehoopt.

Hoe heeft u het competitie-interval van drie weken tussen het eind van de reguliere competitie en de start van de play-offs beleefd?

“Eigenlijk vind ik dat een slechte periode: de onderbreking duurt een week te lang. Overal elders in Europa ligt de competitie maar twee weken stil omwille van interlandvoetbal. Bij ons wordt er nog een extra weekje aan gebreid in functie van de bekerfinale, die daar eigenlijk compleet verkeerd zit. Zowat elke coach in 1A is ongelukkig over die planning, ook omdat de uitslag van de bekerfinale een belangrijke impact heeft op het verloop van de nacompetitie. Dat mochten we vorig jaar zelf ervaren, nadat we zelf de Croky Cup wonnen tegen Oostende. Het is vreemd dat de Kalendercommissie dat nog altijd niet heeft aangepast en de bekerfinale, zoals in zowat elk Europees land, dus niet als apotheose van het seizoen plant. Bij het opmaken van de kalender is het commerciële duidelijk belangrijker dan het sportieve. Bij ons begint de competitie vroeger en eindigt ze later dan elders in Europa.”

Zou het, met die wetenschap in het achterhoofd, geen vergiftigd geschenk zijn mochten jullie via play-off 2 nog een Europees ticket bemachtigen?

Bij het opmaken van de kalender is het commerciële duidelijk belangrijker dan het sportieve

“Neen, dan nemen we graag de bluts met de buil erbij, zelfs al betekent dit dat we de voorbereiding vroeger moeten starten om Europese voorrondes te spelen. We willen play-off 2 winnen, om op die manier nog kleur te kunnen geven aan ons seizoen. Als je die ambitie niet hebt, wat heb je dan nog aan die laatste tien matchen? Dit is de periode van ‘money time’, waarin elke competitie naar zijn climax evolueert.”

Essevee was het seizoen in overdrive gestart en zette ook een bevredigend slot neer na Nieuwjaar. Hoe komt het dat het tussen speeldag 9 en 21 zo verkeerd kon gaan?

“Ik begrijp het nog altijd niet. In de eerste acht matchen pakten we 16 op 24, waarmee we derde stonden (na Club Brugge en Charleroi, red.). In de laatste negen matchen waren we goed voor 17 op 27, waarmee we na Nieuwjaar weer de derde beste ploeg waren (na Standard en AA Gent, red.). De periode die we daartussen beleefden… zoiets heb ik nooit eerder meegemaakt. Een pasklare verklaring heb ik daar nooit voor gevonden, ook niet tijdens de talloze loopuurtjes die ik in mijn vrije tijd maak. Is het Europees voetbal ons niet goed bevallen? Was het een gebrek aan ervaring? Konden we onze overwegend jonge ploeg tussenin niet de trainingen geven die ze nodig hadden omwille van de overvolle kalender? Feit is dat het Europees voetbal, voor een subtopper zoals wij, altijd een belasting zal zijn, maar dat is nog geen excuus om een parcours van 4 op 39 neer te zetten. Vermoedelijk is de meest plausibele verklaring nog dat de erg goede competitiestart iedereen zand in de ogen heeft gestrooid: we dachten dat we het vertrek van Meité, Lerager, Leye en de blessures van Bossut en Derijck wel even zouden opvangen. Maar: je centrale as vervang je niet zomaar.”

Zulte Waregem is op dat vlak een unicum: het moet de enige club zijn waar de coach op zo’n moment niet in vraag wordt gesteld?

“Klopt, mijn langdurig contract is op dat vlak een voordeel. Andere coaches worden ontslagen, maar zijn ergens misschien opgelucht omdat ze het dan zelf niet moeten oplossen. Kijk, spelers en technische staf wisten dat ze in hetzelfde schuitje zaten: we zaten samen in de miserie, we moesten er samen uitkomen. In oktober dachten we: ‘komt wel goed’, in november leefde het idee dat het wel zou keren eenmaal we de Europese matchen achter de rug hadden. Tot we in december allemaal beseften dat we dringend versterking nodig hadden.”

Hoe erg spookte het degradatiespook door uw hoofd?

“Als ik na de dagtaak naar huis vertrek, kijk ik nog altijd eens naar de prachtige nieuwe hoektribune die we dit seizoen in gebruik namen. Dan denk je: het is onmogelijk dat je met zo’n accommodatie naar 1B moet. Alleen: dat dachten ze in Mechelen ook, en daar hebben ze het wel zitten.

Eerst dachten we dat het wel goed zou komen, maar in december beseften we dat versterking absoluut nodig was

Is de revival hoofdzakelijk te danken aan de komst van Harbaoui en – in mindere mate – Marcq?

“Feit is dat we met die twee definitieve transfers twee jongens hebben gehaald die de competitie kenden, geen aanpassing nodig hadden en meteen voor rendement zorgden. Marcq heeft zijn kwaliteiten als aanjager en stofzuiger omwille van klierkoorts nog niet helemaal kunnen laten bewonderen, maar aan hem – als hij zijn niveau van destijds bij Charleroi haalt, tenminste – kunnen we volgend seizoen veel plezier beleven. Met Harbaoui vulden we de leemte in die ontstaan was na het vertrek van Leye: een scorende spits. Koppel dat aan de nieuwe schwung die in de ploeg kwam en je hebt het recept voor ons herstel.”

Wat heeft u als coach uit dit seizoen geleerd?

De opvallendste vaststelling is dat je zelfs met een ploeg die keihard werkt, heel professioneel en gedisciplineerd is en zich ten volle inzet, toch zo’n abominabele reeks kan neerzetten. Dat heeft alles met de wetmatigheden van het voetbal te maken. Speel je bovenaan, dan heb je op cruciale momenten het geluk aan je zijde. Bivakkeer je onderaan, is het glas eerder halfleeg en sjot je bij doelpogingen eerder op de buitenkant dan op de binnenkant van de paal, om het met een boutade te zeggen. Ik geef je een voorbeeld: in de thuismatch tegen Lokeren creëren we 18 doelkansen, waarvan er eentje binnen gaat. Zij puren uit vier kansen drie goals. Tegen Charleroi verlies je met 0-4, mede doordat je na 5 minuten een terechte penalty tegen krijgt en de ref geen geel trekt, maar rood. Juist volgens de letter van het reglement, maar indruisend tegen de geest van het spel. In heel wat matchen hadden we recht op meer, maar bleven we met lege handen achter. Na Nieuwjaar maakten we gelukkig ook eens de andere kant van de medaille mee. Thuis tegen Standard en in Kortrijk gingen we met de drie punten lopen, hoewel we met een gelijkspel ook vrede hadden kunnen nemen. Maar goed: dat is voetbal.”