Wordt hervorming jeugdvoetbal de studax-reeks fataal ?

Wouter Vander Stricht

Eerst even aanstippen – ter verduidelijking en om ethisch niet uit de bocht te gaan – we zijn betrokken partij. Sinds we de wijselijke beslissing namen het provinciale voetbal achter ons te laten, of toch het actieve gedeelte, spelen we studaxvoetbal bij de NAR, de veteranenploeg van Winkel Sport.

De NAR staat voor niet-ambitieuze reserven, hoewel die vlag de lading ondertussen niet helemaal meer dekt. Maar de ploeg ontstond nu eenmaal toen Winkel Sport, toen nog een derdeprovincialer, met beloften startte en de ‘oudjes’ ook wel nog hun wedstrijden wilden spelen.
We kwamen er terecht in een ploeg waarvan we met velen in de jeugd nog samenspeelden, kortom de cirkel was rond. Onderschat het studax-voetbal ook niet. Er draven heel wat raspaardjes in rond. Kurt Grymonprez (KFC Izegem) speelde nog met Bruno Verhaeghe (Zwevegem) mee bij tweedeklasser KSV Ingelmunster, ook Piet Timmerman, Dimitri Himpe, Fabrice Staelens,… liepen we er de jongste jaren tegen het lijf. De trainer van Rekkem is Henk Vanhaezebrouck (jawel, de broer van) en de afgevaardigde van Winkel is niemand minder dan gewezen Rode Duivel Dirk Beheydt.
Niet dat het allemaal spelers zijn met ervaring op nationaal niveau, maar het voetbal dat er opgedist wordt, is meestal toch vrij aardig. Al blijft het natuurlijk wel veteranenvoetbal.

Hoe lang hoor je tot de jeugd?

Sinds dit jaar telde de reeks na het afhaken van Racing Lauwe nog 15 ploegen. Die brachten een leuke competitie op de been. Uiteraard met sterkere en iets minder sterke teams. Maar dat KFC Izegem op de slotspeeldag Zwevegem Sport de titel nog kon afsnoepen, bewijst dat er niemand echt bovenuit steekt. Ook de ploegen uit de rechterkolom konden op tijd en stond punten sprokkelen : iedereen tevreden dus.
Toen de eerste aanzet van de hervorming van het jeugdvoetbal bekend raakte, dacht niemand dat dit van invloed zou zijn op godbetert de studax-reeks, waarin zelfs nog enkele vijftigplussers aantreden. Die jeugdhervorming zorgt ervoor dat de gewestelijke reeksen nu nog maximaal acht ploegen tellen, dit om de verplaatsingen zo kort mogelijk te houden. Iets waar we ons kunnen in vinden, maar hoe lang hoor je nog tot de jeugd? Toch niet meer als je zelf in auto kunt rijden… En zeker de reservenploegen toch niet. Want het gevolg is dat de ploegen nu vier maal tegen elkaar spelen. Een collega van ons is met zijn reservenploeg ingedeeld bij Lo-Reninge A en Lo-Reninge B. Dat wil dus zeggen dat hij dit seizoen 8 (!) keer tegen Lo Reninge moet. Toch wel van het goede te veel.

IJveren voor één reeks

Het voorstel voor de studax-reeks ( nu ook in twee opgedeeld) viel niet echt in goede aarde bij die ploegen. Er werd op geanticipeerd. Er heerst een goede sfeer tussen de clubs onderling en samen werd besloten om toch te ijveren voor één reeks, want blijkbaar kan dit in de provincie Antwerpen wel.
Het voorstel werd eigenlijk zonder meer van tafel geveegd. Studaxploegen als KFC Izegem en Kuurne Sp. vierden dit jaar hun gouden jubileum. Sommige spelers zijn al vijftig jaar lid van de bond. Maar veel gehoor kregen deze trouwe leden niet. De bond had hier wel wat meer begrip mogen opbrengen voor de argumenten van deze groep voetballers.

Eentonige competitie

En onze vrees is dat dit wel eens het einde van de studax-reeks zou kunnen betekenen. De sterkere ploegen zijn nu ingedeeld in één reeks, de teams uit de rechterkolom in een reeks met veelvoudig kampioen Zwevegem. De reactie was meteen dat Zwevegem al tegen Nieuwjaar kampioen kan zijn in die reeks. En in de andere reeks zit KSV De Ruiter, dat het dit jaar al (sportief) wat moeilijk had. Maar hoeveel kansen krijgen zij om een wedstrijd te winnen ?
De vraag is hoeveel mensen zin hebben in zo’n eentonige competitie. Misschien is het studax-voetbal bij deze ten dode opgeschreven. Want een reeks van 15 ploegen kun je nog over twee reeksen verdelen, maar wat als straks enkele ploegen afhaken ?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier