“Niet-Roemenen zijn welkom… als ze beter zijn”

FC Transilvania, met staand van links naar rechts Romulus Buna, Alberto Donath, Alin Baghiu, Andrei Rad Rares, Liviu Diaconu, Tibor Fekete, Alexandru Fumea, Sergiu Coltisor en Trica Cosmin. Onderaan van links naar rechts: Norbert Deak, Nelu Huluparu, Szilard Iacab, Alin Moraru, Constantin Popescu en Daniel Bucoveanu. Waren afwezig voor de foto: Dumitru Julei, Lorand Iacab, Claudiu Nedelcu, Silvester Lanciers, Pompei Suteu, Sorin Seliman, Marius Suteu, Marius Mocean en Laurentiu Sulugiuc. © (Foto AD)
Arjan Desante
Arjan Desante Medewerker KW

Tien Roemenen en één Belg, dat is de opvallende samenstelling van de ploeg die al een tijdje furore maakt op onze West-Vlaamse voetbalvelden. Hun uitvalsbasis: Roeselare. Ze kwamen individueel naar ons land om te werken en vonden elkaar in het voetbal. “Racisme op het veld? Er wordt wel eens ‘domme Roemenen’ geroepen, maar verder dan dat gaat het niet.”

FC Transilvania werkt zijn thuiswedstrijden af op zondagmorgen om 10.10 uur. Vorig seizoen mocht het team in zijn eerste jaar in competitie meteen de titel vieren in de C-reeks van het Roeselaars Liefhebbers Verbond (RLV), nu draaien ze bovenaan mee in de B-reeks.

Een van de bezielers van de club is de 31-jarige Liviu Diaconu. Liviu spreekt meer dan behoorlijk Nederlands, maar blijkt een uitzondering te zijn. “Zelf woon ik hier al zes jaar, langer dan de meeste jongens. Ik volgde lessen, maar leerde de taal toch vooral op het werk. Nederlands is echt wel moeilijk om te leren en sommige jongens denken eraan om later terug te keren naar Roemenië, daarom behelpen ze zich hier met Engels. Zelf heb ik samen met mijn vriendin een huis gekocht in Izegem en we hebben een kindje van 14 maanden, het is absoluut onze bedoeling om hier te blijven. Ons kind zal naar een Nederlandstalige school gaan, het is belangrijk dat wij de taal minstens een beetje spreken. Thuis is onze voertaal weliswaar nog steeds Roemeens.”

Weinig racisme

De tweede oprichter van FC Transilvania is de 30-jarige Andrei Rad Rares, die het liever bij Engels houdt. “Met enkelen speelden we al bij een Belgische ploeg, maar er waren steeds meer Roemeense vrienden die hier ook wilden voetballen”, aldus Andrei, die in Roeselare woont. “Uiteindelijk was er niet voldoende plaats voor iedereen en dus besloten we ons eigen team op te richten. Bijna iedereen woont in de regio. De meesten in Roeselare, anderen in Torhout of Ieper, maar niet verder dan dat. Toen ik hier een kleine zes jaar geleden arriveerde, kende ik heel weinig mensen. Nu is het aantal Roemenen fors gestegen en we vonden elkaar ook in het voetbal. Bij ons zijn de voetballende kwaliteiten wel prioritair. Er mag dus gerust een Belg of een Pool bijkomen, maar dan moet hij wel beter zijn dan de spelers die we hebben. Vorig jaar waren er twee Belgen in onze ploeg, nu nog eentje. Hij woont echter in Poperinge en is er daardoor niet altijd bij.”

“In Roemenië speelden we op professioneel niveau, maar we verdienden er amper iets”

Bijna een derde van de Roemenen in West-Vlaanderen woont in het Roeselaarse. Het gaat om iets meer dan duizend mensen. De vraagt rijst natuurlijk of het wel de ideale integratie is om samen met landgenoten een team te vormen. “We hebben aan het voetbal ook al veel Belgische vrienden overgehouden”, weerlegt Andrei. “Het is gewoon een groot voordeel dat iedereen op het veld dezelfde taal spreekt. Als je iets wil roepen naar je teamgenoten, maar het eerst nog in je hoofd moet vertalen, dan is de actie wellicht al voorbij.”

“Meespelen in een Belgische ploeg zou helpen om Nederlands te leren“, geeft Liviu toe. “We krijgen echter maar weinig negatieve reacties. Er was wel eens een scheidsrechter die niet in dialoog wou gaan. ‘Als je geen Nederlands kan spreken, dan moet je niets zeggen’, zei hij. Een enkeling floept er wel eens ‘domme Roemenen’ ofzo uit, maar dat is uitzonderlijk en nooit extreem. Ook in andere matchen wordt er wel eens iets geroepen of gezegd, we moeten daar niet te zwaar aan tillen.”

Opvallend: alle spelers van FC Transilvania zijn via interimkantoor Accent uit Roeselare in ons land terechtgekomen

“Accent heeft een kantoor in de stad Cluj-Napoca. Die ligt in het landsdeel Transsylvanië, waar we uiteraard de inspiratie haalden voor onze clubnaam”, verklaart Liviu. “Zelf ben ik niet afkomstig uit die regio, maar de meesten wel. In België zijn er gewoon meer jobs en we worden hier veel beter betaald dan in Roemenië. Dat is de eenvoudige verklaring waarom steeds meer Roemenen naar hier komen. Diegene met werk komt meestal alleen naar hier, tot hij iets kan huren. Zo is dat ook bij mij gegaan. Zodra ik een eigen stekje had, is mijn vriendin me achterna gereisd. De meesten komen met de intentie om hier enkele jaren te werken en dan terug te keren, maar het gebeurt vaak dat ze zich bedenken. Sommigen kopen hier een huis of bouwen een vriendengroep op. Er zijn ook enkele ploeggenoten die samenwerken, maar bij mij is dat niet zo. Ik werk bij CD Constructs, een bedrijf uit Roeselare dat grootkeukens maakt.”

“Ik ben dan weer aan de slag bij Soenen Golfkarton in Hooglede, maar heb hier nog geen huis gekocht”, klinkt het bij Andrei, de andere oprichter van het voetbalteam. “Dat is omdat ik er nog niet helemaal uit ben wat ik later wil doen: hier blijven of terugkeren naar Roemenië. Het staat wel vast dat ik blijf voetballen zo lang ik hier ben. We trainen met FC Transilvania op vrijdagavond na het werk, met enkelen spelen we op zaterdag mee bij een Belgische ploeg en op zondagmorgen is er dan onze eigen wedstrijd. Bovendien spelen we in de week ook nog een keertje minivoetbal, je mag dus wel stellen dat we redelijk dol zijn op voetballen.”

Oost-Europese derby

Bij Accent, dat zijn hoofdzetel in Roeselare heeft, staan ze positief tegenover het voetbalinitiatief van hun Roemeense werknemers. “We sponsoren trouwens ook een West-Vlaamse voetbalploeg die uitsluitend uit Polen bestaat (Orly Harelbeke, red.). Misschien moeten we eens een Oost-Europese derby organiseren“, lacht communicatieverantwoordelijke Lieven Van Nieuwenhuyze.

Anna Gaik is verantwoordelijk voor Accent Foreign, de buitenlandse tak van het bedrijf. “Enerzijds helpen wij buitenlandse mensen die hier al zijn, anderzijds gaan wij inderdaad op zoek naar geschikte mensen in het buitenland. Bijvoorbeeld in Roemenië”, licht ze toe. “Dat is het geval bij knelpuntberoepen, waarvoor we de geschikte profielen hier onvoldoende vinden. Dat Roeselare zoveel Roemenen telt, komt wellicht omdat Accent hier zijn eerste kantoor had. Het is dus historisch gegroeid. Intussen hebben we al 19 kantoren die zich specifiek op buitenlandse werknemers toespitsen.”

Waarom geen Nederlands?

Het feit dat er bij FC Transilvania slechts één speler de Nederlandse taal machtig is, doet bij Anna dan weer de wenkbrauwen fronsen. “Wij stimuleren dat ze de taal leren en ze krijgen bij ons ook de nodige info. We merken dan ook dat veel mensen hiermee aan de slag gaan”, zegt ze. “Ik kan wel zeggen dat het niet zo simpel is om de taal snel aan te leren. Dat weet ik uit eigen ervaring, want ik heb zelf Poolse roots en verhuisde twaalf jaar geleden naar België. Daardoor begrijp ik veel beter de bekommernissen van de buitenlanders die hier over de vloer komen. In mijn job is het noodzakelijk om de taal snel te leren omdat je er constant mee bezig bent, maar bij technische jobs is dat vaak veel minder het geval.”

Opvallend: alle spelers van FC Transilvania zijn via interimkantoor Accent uit Roeselare in ons land terechtgekomen

“Accent heeft een kantoor in de stad Cluj-Napoca. Die ligt in het landsdeel Transsylvanië, waar we uiteraard de inspiratie haalden voor onze clubnaam”, verklaart Liviu. “Zelf ben ik niet afkomstig uit die regio, maar de meesten wel. In België zijn er gewoon meer jobs en we worden hier veel beter betaald dan in Roemenië. Dat is de eenvoudige verklaring waarom steeds meer Roemenen naar hier komen. Diegene met werk komt meestal alleen naar hier, tot hij iets kan huren. Zo is dat ook bij mij gegaan. Zodra ik een eigen stekje had, is mijn vriendin me achterna gereisd. De meesten komen met de intentie om hier enkele jaren te werken en dan terug te keren, maar het gebeurt vaak dat ze zich bedenken. Sommigen kopen hier een huis of bouwen een vriendengroep op. Er zijn ook enkele ploeggenoten die samenwerken, maar bij mij is dat niet zo. Ik werk bij CD Constructs, een bedrijf uit Roeselare dat grootkeukens maakt.”

“Ik ben dan weer aan de slag bij Soenen Golfkarton in Hooglede, maar heb hier nog geen huis gekocht”, klinkt het bij Andrei, de andere oprichter van het voetbalteam. “Dat is omdat ik er nog niet helemaal uit ben wat ik later wil doen: hier blijven of terugkeren naar Roemenië. Het staat wel vast dat ik blijf voetballen zo lang ik hier ben. We trainen met FC Transilvania op vrijdagavond na het werk, met enkelen spelen we op zaterdag mee bij een Belgische ploeg en op zondagmorgen is er dan onze eigen wedstrijd. Bovendien spelen we in de week ook nog een keertje minivoetbal, je mag dus wel stellen dat we redelijk dol zijn op voetballen.”

Oost-Europese derby

Bij Accent, dat zijn hoofdzetel in Roeselare heeft, staan ze positief tegenover het voetbalinitiatief van hun Roemeense werknemers. “We sponsoren trouwens ook een West-Vlaamse voetbalploeg die uitsluitend uit Polen bestaat (Orly Harelbeke, red.). Misschien moeten we eens een Oost-Europese derby organiseren“, lacht communicatieverantwoordelijke Lieven Van Nieuwenhuyze.

Anna Gaik is verantwoordelijk voor Accent Foreign, de buitenlandse tak van het bedrijf. “Enerzijds helpen wij buitenlandse mensen die hier al zijn, anderzijds gaan wij inderdaad op zoek naar geschikte mensen in het buitenland. Bijvoorbeeld in Roemenië”, licht ze toe. “Dat is het geval bij knelpuntberoepen, waarvoor we de geschikte profielen hier onvoldoende vinden. Dat Roeselare zoveel Roemenen telt, komt wellicht omdat Accent hier zijn eerste kantoor had. Het is dus historisch gegroeid. Intussen hebben we al 19 kantoren die zich specifiek op buitenlandse werknemers toespitsen.”

Waarom geen Nederlands?

Het feit dat er bij FC Transilvania slechts één speler de Nederlandse taal machtig is, doet bij Anna dan weer de wenkbrauwen fronsen. “Wij stimuleren dat ze de taal leren en ze krijgen bij ons ook de nodige info. We merken dan ook dat veel mensen hiermee aan de slag gaan”, zegt ze. “Ik kan wel zeggen dat het niet zo simpel is om de taal snel aan te leren. Dat weet ik uit eigen ervaring, want ik heb zelf Poolse roots en verhuisde twaalf jaar geleden naar België. Daardoor begrijp ik veel beter de bekommernissen van de buitenlanders die hier over de vloer komen. In mijn job is het noodzakelijk om de taal snel te leren omdat je er constant mee bezig bent, maar bij technische jobs is dat vaak veel minder het geval.”

Opvallend: alle spelers van FC Transilvania zijn via interimkantoor Accent uit Roeselare in ons land terechtgekomen

“Accent heeft een kantoor in de stad Cluj-Napoca. Die ligt in het landsdeel Transsylvanië, waar we uiteraard de inspiratie haalden voor onze clubnaam”, verklaart Liviu. “Zelf ben ik niet afkomstig uit die regio, maar de meesten wel. In België zijn er gewoon meer jobs en we worden hier veel beter betaald dan in Roemenië. Dat is de eenvoudige verklaring waarom steeds meer Roemenen naar hier komen. Diegene met werk komt meestal alleen naar hier, tot hij iets kan huren. Zo is dat ook bij mij gegaan. Zodra ik een eigen stekje had, is mijn vriendin me achterna gereisd. De meesten komen met de intentie om hier enkele jaren te werken en dan terug te keren, maar het gebeurt vaak dat ze zich bedenken. Sommigen kopen hier een huis of bouwen een vriendengroep op. Er zijn ook enkele ploeggenoten die samenwerken, maar bij mij is dat niet zo. Ik werk bij CD Constructs, een bedrijf uit Roeselare dat grootkeukens maakt.”

“Ik ben dan weer aan de slag bij Soenen Golfkarton in Hooglede, maar heb hier nog geen huis gekocht”, klinkt het bij Andrei, de andere oprichter van het voetbalteam. “Dat is omdat ik er nog niet helemaal uit ben wat ik later wil doen: hier blijven of terugkeren naar Roemenië. Het staat wel vast dat ik blijf voetballen zo lang ik hier ben. We trainen met FC Transilvania op vrijdagavond na het werk, met enkelen spelen we op zaterdag mee bij een Belgische ploeg en op zondagmorgen is er dan onze eigen wedstrijd. Bovendien spelen we in de week ook nog een keertje minivoetbal, je mag dus wel stellen dat we redelijk dol zijn op voetballen.”

Oost-Europese derby

Bij Accent, dat zijn hoofdzetel in Roeselare heeft, staan ze positief tegenover het voetbalinitiatief van hun Roemeense werknemers. “We sponsoren trouwens ook een West-Vlaamse voetbalploeg die uitsluitend uit Polen bestaat (Orly Harelbeke, red.). Misschien moeten we eens een Oost-Europese derby organiseren“, lacht communicatieverantwoordelijke Lieven Van Nieuwenhuyze.

Anna Gaik is verantwoordelijk voor Accent Foreign, de buitenlandse tak van het bedrijf. “Enerzijds helpen wij buitenlandse mensen die hier al zijn, anderzijds gaan wij inderdaad op zoek naar geschikte mensen in het buitenland. Bijvoorbeeld in Roemenië”, licht ze toe. “Dat is het geval bij knelpuntberoepen, waarvoor we de geschikte profielen hier onvoldoende vinden. Dat Roeselare zoveel Roemenen telt, komt wellicht omdat Accent hier zijn eerste kantoor had. Het is dus historisch gegroeid. Intussen hebben we al 19 kantoren die zich specifiek op buitenlandse werknemers toespitsen.”

Waarom geen Nederlands?

Het feit dat er bij FC Transilvania slechts één speler de Nederlandse taal machtig is, doet bij Anna dan weer de wenkbrauwen fronsen. “Wij stimuleren dat ze de taal leren en ze krijgen bij ons ook de nodige info. We merken dan ook dat veel mensen hiermee aan de slag gaan”, zegt ze. “Ik kan wel zeggen dat het niet zo simpel is om de taal snel aan te leren. Dat weet ik uit eigen ervaring, want ik heb zelf Poolse roots en verhuisde twaalf jaar geleden naar België. Daardoor begrijp ik veel beter de bekommernissen van de buitenlanders die hier over de vloer komen. In mijn job is het noodzakelijk om de taal snel te leren omdat je er constant mee bezig bent, maar bij technische jobs is dat vaak veel minder het geval.”

De enige Belg: “Die Roemenen leven voor het voetbal”

Silvester Lanciers (30) uit Poperinge is de enige Belg bij FC Transilvania. “Bij voetbalclub ‘t Bourgondisch Kruis heb ik Liviu en Andrei leren kennen. Toen zij twee jaar geleden een nieuwe ploeg oprichtten, vroegen ze mij erbij. Ik spreek weliswaar geen Roemeens, maar de voetbaltaal is universeel. De meesten spreken bovendien degelijk Engels. Ze blijven na de match graag nog even napraten, het zijn sociale gasten. Ik kan zeggen dat ik er inmiddels enkele goede vrienden bij heb. Zo inviteerde ik ook enkele ploegmaten bij mijn minivoetbalploeg. Ik speel zelf niet zo vaak mee met FC Transilvania, maar omdat we meestal met 16 of 17 spelers zijn en opnieuw bovenaan meedraaien, kan dat geen kwaad. Mijn Roemeense ploegmaten leven veel meer voor het voetbal dan anderen en sommigen kunnen echt wel goed voetballen, hoor.”

Sportief succes

Op sportief vlak is FC Transilvania voorlopig een succesverhaal. Het team werd vorig seizoen vlot kampioen en staat na de promotie opnieuw bovenaan het klassement. “Het is zeker de bedoeling om door te stoten naar de A-reeks van het RLV en sommigen vragen zich nu al af wat daarna nog volgt”, zegt Liviu. “Om bijvoorbeeld in een provinciale competitie aan te treden, volstaan onze twee huidige sponsors zeker niet. We zijn echter nog niet zo ver, laat ons eerst de komende seizoenen afwachten. Momenteel speel ik zelf niet mee door een knieblessure, maar ik voetbalde lang in Roemenië. Daar schopte ik het tot in vierde klasse, anderen haalden een nog hoger niveau.”

“Een negental spelers, waaronder ikzelf, waren in de Roemeense tweede klasse actief”, zegt Andrei. “Een van ons speelde bij het jeugdteam van een eersteklasser. Dat is professioneel niveau, maar je verdient er niet meer dan 500 euro. Dan spreek ik over de lonen van nu, toen ik er speelde was het nog minder. Dat is natuurlijk niet veel geld en bovendien betalen ze vaak veel te laat of zelfs helemaal niet als je een blessure oploopt. Daarom kiezen velen ervoor om hier te komen werken voor een beter salaris. We hebben wel enkele spelers die een jaar of 20 zijn, voor hen is het misschien mogelijk om in het voetbal nog een stap hogerop te zetten. We houden hen alvast niet tegen. Als we spelers aan een mooie ploeg kunnen helpen, doen we dat graag. Zo bel ik regelmatig met landgenoot Florin Frunza, die bij KSV Roeselare speelde en nu assistent-trainer is bij Harelbeke. Hij werkt ook als makelaar en kan onze beste jongeren misschien aan een mooie transfer helpen. Voor ons is het dan ook belangrijk om mooi voetbal te brengen, zodat de toeschouwers tevreden zijn over wat ze zien. Sommige ploegen in de competitie spelen eerder hard, terwijl wij vooral technisch onderlegd zijn. In dat opzicht zou een betere grasmat welgekomen zijn, maar die kost dan helaas ook meer geld om te huren.”

Nog ‘buitenlandse’ teams

FC Transilvania blijkt geen alleenstaand geval te zijn in onze provincie. Zo spelen er uitsluitend Polen bij White Red uit Ingelmunster (RLV) en Orly Harelbeke (VLVB, Vlaanderens Liefhebbers Voetbalbond), terwijl Turken de plak zwaaien bij Osmanli Daimohk uit Meulebeke (CRMW, Cup Regio Mid West). Ook in de zaal vinden we meerdere voetbalteams die (quasi) uitsluitend uit buitenlandse spelers bestaan. Denk bijvoorbeeld aan de Iraniërs van Persepolis (KMVV, Kortrijkse Minivoetbal Vereniging) en de Roemenen van Arsenal (Futsal Ieper), waarbij ook spelers van FC Transilvania actief zijn.

Opvallend: alle spelers van FC Transilvania zijn via interimkantoor Accent uit Roeselare in ons land terechtgekomen

“Accent heeft een kantoor in de stad Cluj-Napoca. Die ligt in het landsdeel Transsylvanië, waar we uiteraard de inspiratie haalden voor onze clubnaam”, verklaart Liviu. “Zelf ben ik niet afkomstig uit die regio, maar de meesten wel. In België zijn er gewoon meer jobs en we worden hier veel beter betaald dan in Roemenië. Dat is de eenvoudige verklaring waarom steeds meer Roemenen naar hier komen. Diegene met werk komt meestal alleen naar hier, tot hij iets kan huren. Zo is dat ook bij mij gegaan. Zodra ik een eigen stekje had, is mijn vriendin me achterna gereisd. De meesten komen met de intentie om hier enkele jaren te werken en dan terug te keren, maar het gebeurt vaak dat ze zich bedenken. Sommigen kopen hier een huis of bouwen een vriendengroep op. Er zijn ook enkele ploeggenoten die samenwerken, maar bij mij is dat niet zo. Ik werk bij CD Constructs, een bedrijf uit Roeselare dat grootkeukens maakt.”

“Ik ben dan weer aan de slag bij Soenen Golfkarton in Hooglede, maar heb hier nog geen huis gekocht”, klinkt het bij Andrei, de andere oprichter van het voetbalteam. “Dat is omdat ik er nog niet helemaal uit ben wat ik later wil doen: hier blijven of terugkeren naar Roemenië. Het staat wel vast dat ik blijf voetballen zo lang ik hier ben. We trainen met FC Transilvania op vrijdagavond na het werk, met enkelen spelen we op zaterdag mee bij een Belgische ploeg en op zondagmorgen is er dan onze eigen wedstrijd. Bovendien spelen we in de week ook nog een keertje minivoetbal, je mag dus wel stellen dat we redelijk dol zijn op voetballen.”

Oost-Europese derby

Bij Accent, dat zijn hoofdzetel in Roeselare heeft, staan ze positief tegenover het voetbalinitiatief van hun Roemeense werknemers. “We sponsoren trouwens ook een West-Vlaamse voetbalploeg die uitsluitend uit Polen bestaat (Orly Harelbeke, red.). Misschien moeten we eens een Oost-Europese derby organiseren“, lacht communicatieverantwoordelijke Lieven Van Nieuwenhuyze.

Anna Gaik is verantwoordelijk voor Accent Foreign, de buitenlandse tak van het bedrijf. “Enerzijds helpen wij buitenlandse mensen die hier al zijn, anderzijds gaan wij inderdaad op zoek naar geschikte mensen in het buitenland. Bijvoorbeeld in Roemenië”, licht ze toe. “Dat is het geval bij knelpuntberoepen, waarvoor we de geschikte profielen hier onvoldoende vinden. Dat Roeselare zoveel Roemenen telt, komt wellicht omdat Accent hier zijn eerste kantoor had. Het is dus historisch gegroeid. Intussen hebben we al 19 kantoren die zich specifiek op buitenlandse werknemers toespitsen.”

Waarom geen Nederlands?

Het feit dat er bij FC Transilvania slechts één speler de Nederlandse taal machtig is, doet bij Anna dan weer de wenkbrauwen fronsen. “Wij stimuleren dat ze de taal leren en ze krijgen bij ons ook de nodige info. We merken dan ook dat veel mensen hiermee aan de slag gaan”, zegt ze. “Ik kan wel zeggen dat het niet zo simpel is om de taal snel aan te leren. Dat weet ik uit eigen ervaring, want ik heb zelf Poolse roots en verhuisde twaalf jaar geleden naar België. Daardoor begrijp ik veel beter de bekommernissen van de buitenlanders die hier over de vloer komen. In mijn job is het noodzakelijk om de taal snel te leren omdat je er constant mee bezig bent, maar bij technische jobs is dat vaak veel minder het geval.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier