“Ik kon ook naar China, maar KVO voelt als thuiskomen”

"", aldus Joost Desender. (Foto RD)
Sam Bracke
Sam Bracke Medewerker KW

In zijn eerste weken als hoofdcoach kon Adnan Custovic met Jordi Lemiengre en Patrick Deman slechts op twee assistenten rekenen. Met de komst van Andy Vervenne en Joost Desender is dat euvel van de baan. Die laatste maakte de overstap van SV Roeselare en verzamelde onder meer bij Club Brugge naam en faam als physical coach.

“Ik ben op een leeftijd gekomen waarop ik vooral nog wil doen wat ik graag doe”, aldus Desender. “En dat is met profvoetballers werken. Ik zou hier graag nog een aantal jaar blijven en samen met dokter Goossens en met de rest van de medische staf het medisch-fysieke aspect verder professionaliseren. Vorig jaar had ik nog de mogelijkheid om in een buitenlands project in China te stappen. Als jonge trainer kan je dat allemaal overwegen, maar op mijn leeftijd is dat niet zo evident.”

De meeste supporters van KVO kennen jou wel bij naam, maar stel jezelf eens voor.

“Ik ben 58 jaar, woon in Sint-Michiels en zit al jaren in het voetbalwereldje. Mijn eerste stappen zette ik als jeugdspeler bij Club Brugge. Ik schopte het tot bij de beloften en maakte van daaruit de overstap naar de eerste ploeg van KM Torhout. Daarna was ik achtereenvolgens bij VV Aalter, SVD Handzame en bij Middelkerke actief. Mijn trainerscarrière lanceerde ik als verantwoordelijke van de voetbalschool van Club Brugge. Vervolgens was ik ook als speler-trainer bij Aalter en Middelkerke aan de slag. Van 2002 tot 2005 was ik jeugdcoördinator bij KV Kortrijk en daarna kon ik weer bij Club Brugge als physical coach terecht. Met een tussenpauze van één seizoen bij Germinal Beerschot (2008-2009, red.) ben ik tot de zomer van 2015 constant bij Club Brugge aan het werk geweest, eerst bij de beloften en later bij de eerste ploeg. Tot voor kort was ik deeltijds bij SV Roeselare aan de slag en dat combineerde ik met mijn taak als leerkracht aan de topsportschool in Brugge. Die job zal ik nog een paar weken uitoefenen, om me daarna voltijds als physical coach van KV Oostende in te zetten.”

Hoe ben je in het vak gerold?

“De interesse in physical coaching is er altijd al geweest. In de jaren 80 bestond die term nog niet, maar ik was er toen wel al mee bezig. Het is pas na 2006, toen Jürgen Klinsmann met de Duitse nationale ploeg op het WK succes oogstte met zijn fysieke coaches, dat ook hier de ogen zijn opengegaan. Ik heb er me steeds verder in verdiept en ben er steeds in gegroeid. In het trainerswereldje is het niet eenvoudig om te concurreren met ex-profvoetballers, dus om de top te bereiken moet je je wel in een ander vakgebied specialiseren.”

“Ik werkte al met tien proftrainers waarvan Preud’homme en Daum me het meest zijn bijgebleven”

Van waar de keuze om na al die jaren bij Club Brugge een stapje terug te zetten?

“Na Club Brugge wou ik even tijd nemen voor mijn gezin, dat is ook heel belangrijk. Ik heb drie kinderen en ondertussen al twee kleinkinderen. Ik wilde weer meer thuis zijn, vandaar ook mijn keuze voor het onderwijs toen. Trainer zijn op hoog niveau is zeer leuk, maar onderschat de tijdsinvestering niet. De spelers gaan nu naar huis (op het moment van het interview hebben de spelers net hun middagmaal genuttigd na de ochtendtraining, red.), maar ik heb nog meerdere uren werk aan de opmaak van trainingen, controle van de hartslagmeters, gps en monitoring van andere spelersdata. Vrije dagen of vrije weekends zijn er nauwelijks. Maar nu zit ik bij KVO weer op het hoogste niveau te werken en dat doet me deugd.”

De taak van een physical coach wordt in het moderne voetbal steeds belangrijker.

“Zowat alle clubs investeren tegenwoordig in een physical coach en ik voorspel dat die rol – net al die van een keepertrainer – binnenkort niet meer weg te denken zal zijn. Binnen vijf jaar zal zelfs elke club over een physical coach beschikken. We zitten in een periode van specialisaties en het fysieke aspect hoort daar zeker bij. Het is onze bedoeling om voetballers ook als atleten op te leiden. In het moderne voetbal is het conditionele aspect alsmaar belangrijker aan het worden. Toppers lopen nu al 12 tot 14 kilometer per wedstrijd met heel veel meters aan hoge intensiteit, terwijl dat in de jaren 70 en 80 nog 8 kilometer was.”

Wat zijn je eerste indrukken hier in Oostende?

“Het is echt top om hier te werken. Ik heb natuurlijk het voordeel dat ik hier al veel mensen ken. Zo werkte ik in Beerschot samen met dokter Goossens. Jordi (Lemiengre, red.) en Andy (Vervenne, red.) ken ik goed van uit mijn opleidingen aan de trainersschool. Ook Rudy Fort (hoofd scouting en video-analyse, red.), Patrick Deman (keepertrainer, red.), Luc Devroe en Wim De Meyer (uit de periode van bij Club Brugge, red.) ken ik, dus heb ik eigenlijk echt wel een gevoel van thuiskomen. Op voorhand had ik me goed ingelicht bij mijn voorganger Gino Caen, tevens een vriend van me, en ook hij kon alleen maar positieve dingen over dit Oostende vertellen.”

Custovic kende je nog niet. Hoe hoog schat je hem in?

“Adi is een heel bekwame kerel. Hij denkt soms nog als voetballer wat in vele omstandigheden nog een voordeel kan zijn. Hij is de tiende proftrainer waarmee ik werk. Michel Preud’homme en Christoph Daum waren met voorsprong de meest ervaren coaches in dat lijstje. Custovic is nog jong, maar toch bijzonder ambitieus en tactisch opvallend sterk.”

KVO is in volle groei, maar ik kan me voorstellen dat je hier over minder middelen beschikt dan vroeger in Brugge.

“Ik heb het voordeel dat ik de voorbije drie maanden bij SV Roeselare met veel minder middelen heb leren werken. Maar ook in daar heb ik mooi werk kunnen leveren. Hier zijn de mogelijkheden groter, maar qua omkadering kunnen ze hier uiteraard nog niet tippen aan een echte topclub. Kijk je naar de behaalde resultaten in functie van het budget, dan doet Oostende het weer super goed. Ik ben overigens positief verrast over de kwaliteit binnen de groep.”

Wat heb je hier het eerst aangepast?

“Het ligt niet in mijn aard om eisen te stellen en ik werk met de middelen die ik ter mijn beschikking heb. Het is wel een pluspunt dat er vorige week een nieuwe fitnessruimte is bijgekomen om aan pre-training te doen. Daar kunnen de spelers wat stabilisatieoefeningen uitvoeren of een specifiek blessurepreventief plan volgen in samenwerking met de medische staf.”

Boeken, opleidingen, cursussen… Joost Desender is echt ‘bezeten’ van zijn vak

De nieuwe physical coach van KV Oostende heeft al een rijkgevulde bibliografie met een achttal publicaties bij elkaar geschreven. “Mijn eerste werk schreef ik samen met mijn voorganger Gino Caen (het Duivels Football Fun Boek in 2002, red.) en daarna volgden nog een zevental boeken met voornamelijk de jeugdopleiding als thema.” Daarnaast is de Bruggeling ook bezieler van de opleiding physical coach. “Daar ben ik nu voor het derde jaar mee bezig en ondertussen kan je die cursus in zeven centra volgen. Ik steek daar veel tijd en energie in, want het is mijn eigen initiatief, maar ik geniet wel ten volle van de medewerking van Voetbal Vlaanderen. België is trouwens het enige Europese land waar je deze specifieke opleiding kan volgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier