KVK-coach Anastasiou: “Spelers moeten vertrouwen uitstralen”

KV Kortrijk hervatte de trainingen onder leiding van Yannis Anastasiou. © vdb
Redactie KW

Na de medische en fysieke testen van de voorbije twee dagen stond vanmorgen de eerste veldtraining op het programma, waarop nieuwbakken coach Yannis Anastasiou 21 spelers verwelkomde.

Het was onder een loden hitte dat de 19 kernspelers – Anthony Van Loo en Hervé Kage revalideerden binnen – het veld betraden. Na de opwarming werd meteen pittig getraind en stonden onder andere een afwerkingsoefening en een wedstrijd op balbezit op het programma. Looplijnen werden al meteen getraind, die erg belangrijk worden in de visie van Yannis Anastasiou.

Hard gewerkt in moeilijke omstandigheden

De nieuwe coach trad tijdens de training niet al te vaak op het voorplan. “Zo’n eerste trainingsweek is altijd moeilijk, maar ik ben wel tevreden met wat ik daarnet heb gezien. De spelers hebben hard gewerkt in door de hoge temperatuur moeilijke omstandigheden. Ik heb alvast enkele kleine zaken gezien die ik wil verbeteren en ik wil ook enkele nieuwe zaken in het team smeden. Vooral dan hoe we moeten spelen en reageren in balbezit en -verlies.”

De nieuwe coach heeft zijn stempel alvast op de club kunnen drukken. Op zijn vraag gaat KVK voor het eerst op een lange stage in het buitenland en hij kreeg de stafleden die hij wou, namelijk physical coach Youssef Vos en assistent Steve Rutter. “Dat klopt, en dat is ook logisch. Ik ken die twee mensen al lang en ze leven voor hun vak. Net als ik, want ik ben een workaholic. Zij weten hoe ik werk en denk.”

Minder oefenduels, maar sterkere tegenstanders

En het klopt ook dat ik op stage naar Nederland wou. Ik hoorde dat men hier vroeger enkele dagen op teambuilding naar de Ardennen trok, maar het is naar mijn mening beter dat de spelers echt lange tijd samen zijn, om zo de onderlinge band te versterken. En we spelen er ook drie leuke oefenmatchen.”

Ook op dat vlak voerde Anastasiou dus een wijziging door: minder oefenduels, maar wel wedstrijden tegen telkens sterke tegenstanders. “Ik spar liever tegen goede tegenstanders uit verschillende competitie. Het is toch ook voor de jongens fijner om tegen leuke opponenten te spelen? Uit zulke matchen leer je ook meer. En daar is het mij om te doen, want er is hier nog veel werk. Omdat er veel spelers weg zijn, kan ik niet voortbouwen op de fundamenten van vorig seizoen. Maar dat vind ik niet erg. Het is nu aan de spelers om te tonen dat het geloof aanwezig is om iets te bereiken. Ze moeten vertrouwen uitstralen en dan komt alles wel goed.” (CDW)