Het plan dat de Belgische voetbalwereld hervormt ontstond in Roeselare

Dany Vanhollebeke (organisator van het debat), Johan Plancke (KSV Roeselare), Frederik Vanderbiest (Cercle Brugge) en Hugo Vandenheede (VV Coxyde). © VDB
Wouter Vander Stricht

In Schiervelde, waar ook de idee voor de nakende competitiehervorming werd geboren, werd gedebatteerd tussen de tweedeklassers. Het vagevuur stopt na dit seizoen met smeulen, want branden deed het nooit. Een reeks waar de kosten een veelvoud waren van de inkomsten houdt op te bestaan, met dank aan Johan Plancke, ceo van KSV Roeselare.

Volgend jaar dus geen tweede klasse meer. De beste ploegen mogen aantreden in eerste klasse B, de anderen komen in de nieuwe hoogste amateurreeks terecht. 24 ploegen maken straks deel uit van de ‘afdeling betaald voetbal’, als we het zo mogen omschrijven, de rest zijn amateurs. De strijd om bij dat elitekorps te horen, woedt momenteel, maar de kans is groot dat West-Vlaanderen straks zes teams levert. De huidige vier eersteklassers, Cercle Brugge dat nog hoopt de poort naar eerste klasse A open te breken en KSV Roeselare dat goed op weg is om zich sportief te plaatsen én de A-licentie te halen.

Want wat blijkt : een licentie halen primeert. Op Schiervelde hebben ze al de accommodatie, KV Oostende zal er straks gretig van gebruik maken om de play-offs af te werken. Of het gezond is dat onze provincie één op de vier ploegen uit het betaald voetbal levert, daar hoeven wij ons als West-Vlamingen geen zorgen over te maken. Dat doen ze beter elders, in Antwerpen bijvoorbeeld, of zelfs in heel Wallonië, dat minder vertegenwoordigers zal tellen.

Het einde van tweede klasse is in zicht en niemand is er rouwig om

Johan Plancke, de ceo van KSV Roeselare en de man die het plan van de competitiehervorming op het hoogste niveau vorm gaf, schrijft geschiedenis. Hij verbaast zich nu nog over dat het werd goedgekeurd, want hoeveel voorstellen werden de voorgaande jaren niet afgeketst, meestal puur uit eigenbelang van de clubs. Maar er moest iets gebeuren, tweede klasse is duur en genereert nauwelijks inkomsten. Onleefbaar dus. Tweede klasse houdt dus op te bestaan en niemand is er rouwig om.

Johan Plancke zette dus een evolutie in gang. Want de achterliggende bedoeling is immers ook dat de 16 eersteklassers en de 8 ploegen in eerste klasse B, binnen enkele jaren naar een verdeling gaan van 12 + 12. Maar daarvoor zal er wel nog wat water door De Mandel moeten stromen.

Een stevige wind dus aan de top van ons voetbal, maar daaronder stormt het. Tot in het provinciale voetbal zullen de gevolgen van deze competitiehervorming voelbaar zijn. Maar dat mag je Planckes plan niet aanrekenen. De onduidelijkheid komt er vooral omdat er onder de eerste amateurreeks gewerkt wordt met een opsplitsing tussen Vlaanderen en Wallonië en dat ons landje dan ook nog iets als Brussel kent. De Brusselse ploegen zullen straks moeten kiezen tot welke federatie ze willen horen. Het wordt een haast onontwarbaar kluwen, maar wat leven in de brouwerij, daar lusten we wel.

En wat leverde het debat zelf op. De wetenschap dat de (sub)top dit jaar breder en sterker is, de bevestiging van ons vermoeden dat een belofte uit eerste klasse het vaak moeilijk heeft in tweede, dat het grootste budget (Eupen) niet garant staat voor de titel en dan iedereen zich afvraagt waar dat geld van Antwerp nu wel vandaan komt.