Bart Godderis verloor 26 kilogram en wil halve marathon lopen in 1 uur 20′

Bart Godderis: "Anderhalf jaar geleden liep ik de 5 km met een snelheid van amper 12 km per uur. Nu haal ik bijna 17 km per uur." (Foto JS)
Johan Sabbe

Begin 2017 woog Torhoutenaar Bart Godderis tot zijn verbijstering 90 kg. Nu, nog niet eens anderhalf jaar later, krijgt de weegschaal maar 64 kg meer te torsen. Die 26 kg minder komen Barts sportieve prestaties uiteraard ten goede. “Toen liep ik de 5 km met een snelheid van amper 12 km per uur en intussen haal ik over diezelfde afstand bijna 17 km per uur. Ik zal het niet verhullen: daar ben ik best wel trots op.”

Bart (36) woont met zijn vrouw Lies Vlieghe (33) en hun kinderen Hanne (10) en Junne (7) in de Sterstraat op de wijk Sint-Henricus. Bart werkt als pistoolschilder in de autobusfabriek VDL in Beveren-Roeselare. Al zijn vrije tijd gaat momenteel naar looptrainingen. “Ik loop quasi elke dag“, zegt hij. “Zo’n 65 à 75 km per week.”

Van 90 naar 64 kg

Bart is in zijn leven al van vele sporten thuis geweest. Hij heeft gevoetbald bij de beloften van KM Torhout en vervolgens in de provinciale reeksen bij de eerste elftallen van onder meer Aartrijke, Zedelgem, Ruddervoorde, Zarren, Handzame, Ichtegem en Lichtervelde. Doorgaans als linksachter. “Ik heb ook op een behoorlijk niveau minivoetbal gespeeld”, zegt hij. “Dat was in derde nationale bij MVZ in Zedelgem. Op een gegeven moment was ik echter op het voetballen uitgekeken en ben ik met wielrennen begonnen. Vier jaar bij de elite zonder contract en de nevenbonden. Ik kon wel vlot een koers uitrijden, maar veel meer dan dat was het niet. Ik had als renner te weinig talent. Wel vond ik het prettig om conditioneel op scherp te staan.”

“Begin 2017 woog ik plots 90 kg. Mijn lichaam sloeg alarm”

Na het koersen probeerde Bart aan hardlopen te doen bij Torrac. “Mijn gewicht was toen echter al tot een stuk boven de 80 kg gestegen en ik behaalde helaas tegenvallende resultaten in de loopwedstrijden. Dus haakte ik ontgoocheld weer af. Maar slim bleek dat niet te zijn, want begin 2017 woog ik plots 90 kg. Mijn lichaam sloeg alarm. Ik was veel te dik!” Bart knoopte weer met het lopen aan bij Torrac en werd door voorzitter Bart Schepens en zijn vrouw Sissi Callewaert aangemoedigd om het dit keer vol te houden. “Ook mijn veel jongere broer Yoni Godderis spoorde me aan om te lopen. Hij is nu 15 en presteert uitstekend bij de juniores. Aanvankelijk liep hij me vlot los, maar intussen is dat niet meer het geval (lacht). Al heeft hij ontegensprekelijk een pak talent.”

Streng voor zichzelf

Bart begon niet alleen keihard te trainen, hij lette ook strikt op zijn voeding. Gevolg: de kilo’s vlogen eraf en de conditie ging steil de hoogte in. “Het was bij momenten hard, maar het loonde”, zegt hij. “En als je merkt dat je grote vooruitgang boekt, motiveert dat om nóg strenger op jezelf te zijn. Het is bijna niet te geloven dat ik in zo’n korte tijd 26 kg ben kwijtgespeeld. Nu gaat er geen gram meer af, maar dat hoeft ook helemaal niet. Ik denk dat ik het ideale gewicht heb bereikt om degelijk te presteren. Ik heb overigens een coach gezocht om me van nabij te begeleiden. Dat is Jimmy Bultinck geworden, zelf al jaren een uitstekende hardloper. Hij zorgt ervoor dat ik op de juiste manier train en geen gekke dingen doe.”

Van het explosieve type

De voorbije winter nam Bart geregeld aan veldlopen deel, maar enkel om zijn conditie op peil te houden. De stratenlopen blijven zijn doel. Zijn besttijden mogen voor een 36-jarige amateur gezien worden: 18 minuten op de 5 km, 37 minuten op de 10 km en 1 uur 36′ op de halve marathon. “In de 20 km van Kortemark Loopt ben ik recent in 1uur 19′ gefinisht”, zegt hij. “Ik heb de gezonde ambitie om mijn chrono’s nog gevoelig te verbeteren. Op de 10 km zou ik graag 35 à 36 minuten halen en in de halve marathon 1 uur 20′. Die laatste tijd is een droom. Ik hoop dat hij op korte termijn in vervulling gaat.”

Of Bart ook de marathon wil proberen? “Daar heb ik totaal geen interesse voor. Ik ben als sporter nogal van het explosieve type. Ik wil van de eerste tot de laatste minuut het onderste uit de kan halen. Voor een marathon moet je leren doseren en je wedstrijd goed indelen. Dat is niet onmiddellijk iets waarop ik zit te wachten.” Of Bart écht geen behoefte heeft aan andere hobby’s naast het lopen? “Hooguit op zondag een pintje drinken in café ‘t Paviljoen”, lacht hij. “En uiteraard ook tijd maken voor Lies en de kinderen. Maar voor de rest wil ik maar één ding: lopen zo hard ik kan.”